Uitspraak Nº 200.255.693/01. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-09-24

ECLIECLI:NL:GHARL:2019:7936
Docket Number200.255.693/01
Date24 Septiembre 2019
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden

afdeling civiel recht

zaaknummer gerechtshof 200.255.693/01

(zaaknummer rechtbank Noord-Nederland C/18/179759 / FA RK 17-3211)

beschikking van 24 september 2019

inzake

[verzoekster] ,

wonende te [A] ,
verzoekster in hoger beroep,

verder te noemen: de moeder,

advocaat: mr. D. Beuving te Hengelo,

en

[verweerder] ,

wonende te [B] ,

verweerder in hoger beroep,

verder te noemen: de vader,

advocaat: mr. W.J.P. Suringar te Assen.

1 Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst voor het geding in eerste aanleg naar de beschikkingen van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, van 24 april 2018 en 4 december 2018, uitgesproken onder voormeld zaaknummer.

2 Het geding in hoger beroep
2.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het beroepschrift met productie(s), ingekomen op 4 maart 2019;

- het verweerschrift met productie(s);

- een journaalbericht van mr. Beuving van 7 maart 2019 met productie(s);

- een journaalbericht van mr. Beuving van 11 maart 2019 met productie(s);

- een journaalbericht van mr. Suringar van 17 juni 2019 met productie(s);

- een journaalbericht van mr. Beuving van 6 augustus 2019 met productie(s).

2.2

De mondelinge behandeling heeft op 22 augustus 2019 plaatsgevonden. Partijen zijn in persoon verschenen, bijgestaan door hun advocaten. Namens de raad voor de kinderbescherming (verder: de raad) is mevrouw [C] verschenen. Mr. Beuving en mr. Suringar hebben het woord mede gevoerd aan de hand van een door hen overgelegde pleitnota.

3. De feiten

3.1

Partijen zijn gehuwd in [---] . In de zomer [---] is hun relatie beëindigd. Het huwelijk van partijen is [---] ontbonden door echtscheiding.

3.2

Partijen zijn de ouders van:

- [de minderjarige1] (verder te noemen: [de minderjarige1] ), geboren [in] 2012, en

- [de minderjarige2] , roepnaam [de minderjarige2] (verder te noemen: [de minderjarige2] ), geboren [in] 2014.

3.3

De kinderen [---] hebben sinds [---] 2018 hun hoofdverblijfplaats bij de vader.

3.4

In eerste aanleg heeft de vader verzocht de echtscheiding uit te spreken en - voor zover hier van belang - te bepalen dat de man wordt belast met het eenhoofdig gezag over de kinderen en dat tussen de moeder en de kinderen geen omgangs- en contactregeling zal gelden, althans slechts een omgangs- en contactregeling indien en voor zover deze wordt begeleid door de hulpverleningsinstanties rondom de moeder en daarbij hulpverleners feitelijk aanwezig zijn.

3.5

De moeder heeft in eerste aanleg verweer gevoerd en zelfstandig verzocht de echtscheiding uit te spreken en - voor zover hier van belang - te bepalen dat er tussen de moeder en de kinderen een zorgregeling zal gelden waarbij de kinderen de ene week op zaterdag van 14.00 uur tot 16.00 uur bij de moeder zullen verblijven en de andere week op zondag van 14.00 tot 16.00 uur, onder de voorwaarde dat dit contact onder begeleiding zal plaatsvinden.

4 De omvang van het geschil
4.1

Bij de bestreden beschikking van 4 december 2018 is, voor zover hier van belang, bepaald dat de vader alleen wordt belast met het gezag...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT