Uitspraak Nº 200.262.434/01. Gerechtshof Den Haag, 2019-08-14

ECLIECLI:NL:GHDHA:2019:2260
Docket Number200.262.434/01
Date14 Agosto 2019
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht

Uitspraak : 14 augustus 2019

Zaaknummer : 200.262.434/01

Rekestnummer rechtbank : FA RK 19-2012

Zaaknummer rechtbank : C/09/570223

[appellant] ,

wonende te [woonplaats] , Litouwen,

verzoeker in hoger beroep,

hierna te noemen: de man,

advocaat mr. J.E.C. Verhoeff te Den Haag;

tegen

[geïntimeerde] ,

wonende te [woonplaats] ,

verweerster in hoger beroep,

hierna te noemen: de vrouw,

advocaat mr. C.C.B. Boshouwers te Amsterdam.

In verband met het bepaalde in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure gekend:

de raad voor de kinderbescherming Haaglanden,

hierna te noemen: de raad.

Als belanghebbende is aangemerkt:

mr. drs. A.M. Beijersbergen-van Bosveld Heinsius ,

in haar hoedanigheid van bijzondere curator over de na te noemen minderjarige,

hierna: de bijzondere curator.

PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

De man is op 10 juli 2019 in hoger beroep gekomen van een beschikking van 26 juni 2019 van de rechtbank Den Haag.

De vrouw heeft op 24 juli 2019 een verweerschrift ingediend.

Bij het hof zijn voorts de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de man:

- op 19 juli 2019 een journaalbericht van 18 juli 2019 met bijlagen;

- op 19 juli 2019 een journaalbericht van diezelfde datum met bijlagen;

- op 25 juli 2019 een journaalbericht van 23 juli 2019 met bijlagen;

- op 29 juli 2019 een journaalbericht van diezelfde datum met bijlage;

- op 30 juli 2019 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

van de zijde van de vrouw:

- op 26 juli 2019 een journaalbericht van diezelfde datum met bijlage;

- op 29 juli 2019 een overzicht van producties bij het verweerschrift.

Voorts is op 24 juli 2019 van de zijde van de bijzondere curator het verslag van haar gesprek met de na te noemen minderjarige ingekomen.

De zaak is op 31 juli 2019 mondeling behandeld.

Ter zitting waren aanwezig:

  • -

    de man, bijgestaan door zijn advocaat en door [tolk] als tolk in de Russische taal;

  • -

    de vrouw, bijgestaan door haar advocaat en door [tolk] als tolk in de Russische taal;

  • -

    [vertegenwoordiger van de raad] namens de raad;

  • -

    de bijzondere curator.

Zowel de advocaat van de man als de advocaat van de vrouw heeft ter zitting pleitnotities overgelegd.

De hierna te noemen minderjarige is in raadkamer gehoord.

PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN

Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de bestreden beschikking.

Bij die beschikking is, voor zover van belang, het verzoek van de man tot teruggeleiding naar Litouwen van de minderjarige [de minderjarige] , geboren [in] 2011 te [geboorteplaats] , Litouwen, afgewezen. Ook is de door de man verzochte proceskostenveroordeling van de vrouw afgewezen.

Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daartegen in hoger beroep niet is opgekomen. Onder meer staat het volgende vast:

  • -

    Partijen zijn [in] 2011 te [plaats] , Litouwen met elkaar getrouwd.

  • -

    Bij beschikking van 1 februari 2017 van het Vilnius City District Court te Litouwen is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken.

  • -

    Partijen zijn de ouders van [de minderjarige] en zijn gezamenlijk met het gezag over [de minderjarige] belast.

  • -

    De man heeft de Litouwse nationaliteit, de vrouw heeft de Russische nationaliteit en [de minderjarige] heeft de Litouwse en de Russische nationaliteit.

BEOORDELING VAN HET HOGER BEROEP

1. In geschil is de afwijzing van de door de man verzochte teruggeleiding naar Litouwen van [de minderjarige] .

2. De man verzoekt het hof, bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

  1. de bestreden beschikking te vernietigen, althans een nieuwe beschikking te wijzen zodanig dat de teruggeleiding van [de minderjarige] alsnog wordt bevolen met onmiddellijke ingang naar zijn gewone verblijfplaats in [woonplaats van de man] , Litouwen, althans op een door het hof te bepalen datum, waarbij de vrouw [de minderjarige] dient terug te brengen naar Litouwen, dan wel [de minderjarige] op eerste verzoek dient af te geven aan de man onder overhandiging aan de man van [de minderjarige] reisdocument, zodat de man [de minderjarige] kan teruggeleiden naar Litouwen, dan wel op een andere wijze de teruggeleiding van [de minderjarige] te gelasten op een door het hof te bepalen wijze;

  2. de vrouw te veroordelen om aan de man te betalen de door hem in verband met de achterhouding en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT