Uitspraak Nº 200.273.709/01. Gerechtshof Den Haag, 2021-02-23

ECLIECLI:NL:GHDHA:2021:303
Date23 February 2021
Docket Number200.273.709/01
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht

Zaaknummer: 200.273.709/01

Zaaknummer Hoge Raad der Nederlanden : 18/05125

Zaaknummer gerechtshof Amsterdam : 200.219.037/01

Zaaknummer rechtbank Amsterdam : 5526054 EA VERZ 16-1426

Beschikking van 23 februari 2021

inzake

ABN AMRO Bank N.V.,

gevestigd te Amsterdam,

verzoekster in hoger beroep,

hierna te noemen: ABN AMRO,

advocaat: mr. M.J.M.T. Keulaerds te Den Haag,

tegen

[verweerder] ,

wonende te [woonplaats] ,

verweerder in hoger beroep,

hierna te noemen: [verweerder] ,

advocaat: mr. R.H.G. Evers te Leusden.

1 Het geding in hoger beroep
1.1.

Voor het verloop van het geding tot dan toe verwijst het hof naar de beschikking van de Hoge Raad van 24 januari 2020 (ECLI:NL:HR:2020:114, NJ 2020/307), gewezen tussen ABN AMRO als verzoekster in cassatie en [verweerder] als verweerder in cassatie (hierna: de verwijzingsbeschikking).

1.2.

Bij de verwijzingsbeschikking heeft de Hoge Raad de beschikking van het gerechtshof Amsterdam van 25 september 2018 (ECLI:NL:GHAMS:2018:3495) vernietigd en het geding naar dit hof verwezen ter verdere behandeling en beslissing.

1.3.

ABN AMRO heeft een verzoekschrift na verwijzing genomen en [verweerder] een verweerschrift na verwijzing met producties.

1.4.

Vervolgens heeft op 11 september 2020 per videoconferentie (via een directe beeld- en geluidsverbinding met het hof) de mondelinge behandeling plaatsgevonden, waarbij partijen hun standpunten hebben toegelicht. Beide partijen hebben daarbij gebruik gemaakt van op voorhand aan het hof toegezonden spreekaantekeningen. Deze stukken maken deel uit van het dossier. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

1.5.

Tot slot hebben partijen een beschikking gevraagd waarvan de uitspraak (nader) is bepaald op heden.

2 De feiten
2.1.

De kantonrechter heeft in de beschikking van 24 februari 2017 onder 1 (1.1 tot en met 1.10) de feiten vastgesteld die bij de beoordeling van deze zaak tot uitgangspunt zijn genomen. Deze feiten zijn niet in geschil en dienen derhalve ook dit hof tot uitgangspunt. Het gaat in deze zaak, voor zover na cassatie en verwijzing van belang, om het volgende:

a. [verweerder] , geboren in 1952 is op 1 juli 1981 in dienst getreden bij ABN AMRO. Zijn laatstgenoten salaris bedroeg € 5.163,68 bruto per maand exclusief vakantiegeld en emolumenten.

b. In verband met in de jaren 2000 en 2006 door de overheid doorgevoerde wijzigingen in het pensioenstelsel, waarbij de pensioenleeftijd respectievelijk verlaagd en verhoogd werd, heeft ABN AMRO in overleg met de sociale partners geïnvesteerd om de pensioenaanspraken van haar werknemers op een niveau vergelijkbaar met het voorheen geldende niveau te handhaven. Resultaat van die investeringen is dat werknemers van ABN AMRO ten behoeve van wie deze investeringen zijn gedaan, waaronder [verweerder] , op of omstreeks het 62e of 63e levensjaar een pensioenopbouw bereiken en een aanspraak op een pensioenuitkering kunnen doen gelden die, zonder deze investeringen, pas op de AOW-gerechtigde leeftijd zou worden bereikt. Daarbij is ook een regeling getroffen om het gemis aan AOW vanaf het 62e of 63e levensjaar tot de daadwerkelijke AOW-gerechtigde leeftijd te overbruggen met een financiële voorziening op het niveau van de AOW. [verweerder] heeft zelf niet hoeven investeren in deze pensioenopbouw- en overbruggingsregeling.

c. [verweerder] is met ingang van 1 augustus 2015 boventallig verklaard wegens het vervallen van zijn functie als gevolg van een reorganisatie. Op de gevolgen hiervan is van toepassing het Sociaal Plan CAO 1 januari 2013 – 1 januari 2014, verlengd tot 1 januari 2016 (hierna: het sociaal plan), dat door ABN AMRO was overeengekomen met drie vakbonden. Op grond van (par. 3, 4 en 6 van hoofdstuk IV van) het sociaal plan kan een werknemer waarvan de functie vervallen is verklaard kiezen voor vrijwillig vertrek of voor plaatsing in de Mobiliteitsorganisatie. Bij vrijwillig vertrek ontvangt de werknemer een beëindigingsvergoeding, stimuleringspremie genoemd, plus twee (of, afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden meer) bruto maandsalarissen. In de Mobiliteitsorganisatie wordt gedurende twaalf maanden begeleiding geboden bij het vinden van een nieuwe functie binnen of buiten ABN AMRO, met doorbetaling van salaris, vakantiegeld en emolumenten (eventueel zonder werkzaamheden te verrichten). Vindt de in de Mobiliteitsorganisatie geplaatste werknemer geen nieuwe functie binnen deze termijn, dan volgt beëindiging van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van 75% van de stimuleringspremie.

d. De omvang van de stimuleringspremie is gebaseerd op het bruto maandsalaris per gewerkt dienstjaar op basis van de tot 1 januari 2009 geldende kantonrechtersformule en loopt op met het toenemen van de leeftijd en het aantal dienstjaren van de werknemer die het betreft. In par. 5 van hoofdstuk IV van het sociaal plan is een aftoppingsregeling van de stimuleringspremie (hierna: de aftoppingsregeling) opgenomen, die luidt als volgt:
De bruto stimuleringspremie zal voor medewerkers van ABN AMRO niet hoger zijn dan het bruto Salaris (….) tot de datum waarop de Medewerker op grond van de Pensioenregeling 2006 een pensioenuitkering krijgt die gelijk is aan de pensioenuitkering, berekend volgens de Pensioenregeling 2000, die hem zou zijn uitbetaald als hij onder de Pensioenregeling 2000 op 62 jaar met pensioen zou zijn gegaan (…).
Laatst vermelde pensioenleeftijd wordt in het sociaal plan aangeduid als de individuele pensioenleeftijd. Dat is de leeftijd (62 of 63 jaar) waarop aanspraak kan worden gemaakt op de onder 2.1.b. vermelde uitkeringen c.q. financiële voorzieningen.

De individuele pensioenleeftijd heeft [verweerder] vóór 1 september 2016 bereikt, namelijk per 1 juni 2014 op een leeftijd van 62 jaar en enkele maanden.

e. [verweerder] is vanaf 1 augustus 2015 in de Mobiliteitsorganisatie geplaatst geweest en heeft niet tijdig een andere functie gevonden. De arbeidsovereenkomst is met ingang van 1 september 2016 ( [verweerder] was toen 64 jaar en 6 maanden oud) opgezegd. De hem toekomende stimuleringspremie is in verband met de aftoppingsregeling bepaald op nihil.

f. [verweerder] heeft met ingang van 1 september 2016 aanspraak gemaakt op een vroegpensioenuitkering. Als gevolg daarvan heeft hij tussen 1 september 2016 en het bereiken van zijn AOW-gerechtigde leeftijd op 19 november 2017 geen pensioen meer opgebouwd. Hij ontvangt daardoor een lager ouderdomspensioen dan het geval zou zijn geweest als hij geen aanspraak had gemaakt op de vroegpensioenuitkering.

3
3. De beoordeling van het hoger beroep na cassatie en verwijzing
3.1.

[verweerder] stelde zich in de inleidende dagvaarding op het standpunt dat de aftoppingsregeling nietig is in verband met het bepaalde in art. 3 jo 13 van de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid (hierna: WGBLA). Hij heeft in eerste aanleg verzocht, voor zover nu van belang, ABN AMRO te veroordelen hem 75% van de stimuleringspremie, te weten € 230.775,- te betalen.

3.2.

De kantonrechter heeft (in twee beschikkingen van 24 februari respectievelijk 14 april 2017) bepaald dat de aftoppingsregeling nietig is wegens strijd met de WGBLA. Zij heeft de vordering van [verweerder] toegewezen tot een bedrag van € 90.621,51, zijnde de inkomensderving tot aan de AOW-gerechtigde leeftijd vermeerderd met pensioenschade.

3.3.

Bij beschikking van 25 september 2018 heeft het hof Amsterdam de beschikkingen van de kantonrechter bekrachtigd met veroordeling van ABN AMRO in de kosten van het hoger beroep. Daartoe heeft het hof, kort gezegd, geoordeeld dat de aftoppingsregeling een verboden direct onderscheid naar leeftijd maakt (art. 3 lid 1WGBLA) en dat deze regeling niet een passend en noodzakelijk middel is in de zin van art. 7 lid 1WGBLA. Overwogen is in dit verband onder meer:

3.10. Het hof is met de kantonrechter van oordeel dat de aftoppingsregeling in artikel IV.5 van het sociaal plan niet een passend en noodzakelijk middel is om het door ABN AMRO geformuleerde doel, het bewerkstelligen van een eerlijke verdeling van de beschikbare middelen onder alle bij het ontslag betrokkenen, te bereiken. Door de aftoppingsregeling worden oudere werknemers die een lang dienstverband hebben zonder aanwijsbare oorzaak onevenredig hard getroffen. Zij krijgen als zij ten tijde van hun ontslag hun individuele pensioenleeftijd hebben bereikt (hetgeen zij tussen hun 62-jarige en 63-jarige leeftijd doen) of die leeftijd kort na hun ontslag bereiken geen of een relatief lage stimuleringspremie, terwijl zij gezien hun leeftijd slechte kansen op de arbeidsmarkt hebben en als zij niet waren ontslagen nog enkele jaren hadden kunnen werken. Zij missen, indien zij geen ander werk vinden, in die jaren in ieder geval dertig procent van hun inkomen, terwijl ook hun pensioen niet verder wordt opgebouwd. Anders dan ABN AMRO stelt, hebben de werknemers, van wie de stimuleringspremie wordt afgetopt, dus wel degelijk nadeel van de regeling. Het effect van de aftoppingsregeling is bovendien dat de door ABN AMRO genoemde beloning voor trouwe dienst in de regeling van het sociaal plan illusoir wordt. In theorie heeft de desbetreffende werknemer wel recht op een hoge stimuleringsregeling maar in de praktijk ontvangt deze niets of een veel lager bedrag, omdat er wordt afgetopt. Ook toen de Pensioenregeling 2000 en de Pensioenregeling 2006 een vroegere pensioendatum kenden dan de AOW-leeftijd was daarvoor een objectieve rechtvaardigingsgrond nodig. Niet is gebleken dat de criteria daarvoor destijds anders waren dan nu. De omstandigheid dat ABN AMRO in het verleden maatregelen heeft genomen om haar werknemers niet de dupe te laten worden van de verhoging van de pensioenleeftijd door extra geld in de “pensioenpot” te storten, maakt het voorstaande niet anders. Die extra...

Om verder te lezen

Begin Gratis

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex

Ontgrendel volledige toegang met een gratis proefperiode van 7 dagen

Transformeer je juridische onderzoek met vLex

  • Volledige toegang tot de grootste verzameling common law-rechtspraak op één platform

  • Genereer AI-samenvattingen van zaken die direct de belangrijkste juridische kwesties belichten

  • Geavanceerde zoekfuncties met nauwkeurige filter- en sorteermogelijkheden

  • Uitgebreide juridische inhoud met documenten uit meer dan 100 rechtsgebieden

  • Vertrouwd door 2 miljoen professionals, waaronder toonaangevende internationale kantoren

  • Toegang tot AI-aangedreven onderzoek met Vincent AI: zoekopdrachten in natuurlijke taal met geverifieerde citaten

vLex