Uitspraak Nº 200.274.754/01. Gerechtshof Amsterdam, 2020-12-22

ECLIECLI:NL:GHAMS:2020:3181
Date22 Diciembre 2020
Docket Number200.274.754/01
CourtGerechtshof Amsterdam (Nederland)
GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I

zaaknummer : 200.274.754/01

zaak-/rolnummer rechtbank Noord-Holland : 7614944\CV EXPL 19-3434

arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 december 2020

inzake

PCI NEDERLAND B.V.,

gevestigd te Lijnden,

appellante,

advocaat: mr. A.E.M. Bierens te Veghel,

tegen

EUROPEAN CAR TRADE COMPANY B.V.,

gevestigd te Zwaanshoek,

geïntimeerde,

niet verschenen.

1 Het geding in hoger beroep

Partijen worden hierna PCI en ECTC genoemd.

PCI is bij dagvaarding van 10 december 2019 in hoger beroep gekomen van een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem (hierna: de kantonrechter), van 18 september 2019, onder bovenvermeld zaak-/rolnummer gewezen tussen PCI als eiseres en ECTC als gedaagde.

Tegen de niet verschenen ECTC is verstek verleend.

PCI heeft daarna een memorie van grieven met producties ingediend.

Ten slotte is arrest gevraagd.

PCI heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en - uitvoerbaar bij voorraad - alsnog haar vorderingen volledig zal toewijzen, met veroordeling van ECTC in de kosten van het geding in beide instanties met nakosten.

PCI heeft bewijs aangeboden van haar stellingen.

2 Feiten

De kantonrechter heeft in het bestreden vonnis onder 2.1 tot en met 2.7 de feiten vastgesteld die hij tot uitgangspunt heeft genomen. Deze feiten zijn in hoger beroep niet in geschil en dienen derhalve ook het hof als uitgangspunt. Samengevat en waar nodig aangevuld met andere feiten die als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist zijn komen vast te staan, komen de feiten neer op het volgende.

2.1

PCI en ECTC zijn in 2018 een overeenkomst aangegaan met betrekking tot het leveren van software en het onderhoud daarvan.

2.2

Artikel 6.3 van de overeenkomst luidt als volgt:

“(…) Facturering van het maandbedrag vindt per 12 maanden plaats. Betaling geschiedt per automatische incasso. (...) [ECTC] verstrekt een doorlopende SEPA-machtiging door de SEPA-gegevens in te vullen en te ondertekenen.

2.3

Artikel 6 van de op de overeenkomst toepasselijke algemene voorwaarden luidt – voor zover van belang – als volgt:

6.1 Facturen worden door Klant [ECTC, hof] betaald volgens de op de factuur vermelde betalingscondities. Bij gebreke van een specifieke regeling zal Klant binnen 30 dagen na factuurdatum betalen.

(…)

6.3

De overeengekomen betalingstermijnen gelden als fatale termijnen. Klant is in verzuim door het enkel verstrijken van de betalingstermijn; een sommatie en/of ingebrekestelling is hiertoe niet vereist. Bij verzuim van tijdige betaling van het factuurbedrag of een deel daarvan is Klant vanaf de vervaldatum tot aan de dag van de algehele voldoening aan [PCI] een onmiddellijk opeisbare rente verschuldigd van 1,5% van het factuurbedrag voor iedere maand of elk gedeelte van een maand waarmee de vervaldag wordt overschreden. Indien door ten gevolge van het niet nakomen van de betalingscondities tot incasso van het verschuldigde bedrag moet worden overgegaan, zijn zowel de gerechtelijke als buitengerechtelijke incassokosten geheel voor rekening van Klant. Behoudens wanneer Klant is aan te merken als een consument of kleine ondernemer, worden de buitengerechtelijke incassokosten vastgesteld op 15% van het verschuldigde bedrag met een minimum van € 250,-.

6.4

De door Klant gedane betalingen strekken steeds eerst ter aflossing van alle verschuldigde rente en kosten en vervolgens van opeisbare facturen die het langste open staan. (…)

2.4

PCI heeft aan ECTC de volgende facturen verstuurd:

1804166, gedateerd 19 oktober 2018 € 8.712,00

18038155, gedateerd 15 november 2018 € 119,15

18038156, gedateerd 15 november 2018 € 3.624,05

1804919, gedateerd 10 december 2018 € 5.760,81

De automatische incasso van het bedrag van € 8.712,00 is op 2 november 2018 gestorneerd wegens onvoldoende saldo. Vervolgens is het bedrag na afschrijving op 19 november 2018 door ECTC gestorneerd met als opgegeven reden: oneens met incasso. De bedragen van € 119,15 en € 3.624,05 zijn na afschrijving op 23 november 2018 eveneens door ECTC gestorneerd met als opgegeven reden: oneens met incasso.

2.5

Op 26 november en op 7 december 2018 hebben partijen telefonisch contact gehad over de facturen.

2.6

Bij e-mailbericht van 11 december 2018 heeft PCI gesommeerd tot betaling van de vier genoemde facturen.

2.7

De advocaat van PCI heeft bij brief van 14 december 2018 gesommeerd tot betaling van de facturen vóór 18 december 2018, vermeerderd met incassokosten, rente en dossierkosten.

2.8

Bij brief van 18 december 2018 heeft de advocaat van PCI opnieuw gesommeerd tot betaling.

2.9

Op 20 december 2018 heeft ECTC een bedrag van € 12.445,20 voldaan.

2.10

Bij brief van 20 december 2018 heeft de advocaat van PCI nogmaals gesommeerd tot betaling, vergezeld van een schikkingsvoorstel. Daarna is tussen 21 december 2018 en 4 januari 2019 nog door de advocaat van PCI met ECTC gecorrespondeerd over de sommaties.

2.11

Op 10 januari 2019...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT