Uitspraak Nº 200.294.672_01. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2022-10-25

ECLIECLI:NL:GHSHE:2022:3690
Docket Number200.294.672_01
Date25 Octubre 2022
CourtGerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Team Handelsrecht

zaaknummer 200.294.672/01

arrest van 25 oktober 2022

in de zaak van

1 [appellant] ,

wonende te [woonplaats] ,

hierna: [appellant] ,

2. [X] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [X] ,

3. [Y] Holding B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [Y] Holding,

4. [Y] Totaal Schilderwerken B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [Y] Totaal Schilderwerken,

5. [Y] Totaal Vastgoedonderhoud B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [Y] Totaal Vastgoedonderhoud,

6. [de B.V.] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [de B.V.] ,

7. Hurema Administratie B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: Hurema Administratie,

appelanten,

hierna gezamenlijk: [appellanten] ,

advocaat: mr. P.J.L. Tacx te Someren,

tegen

1 [de vennootschap] ,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna: [de vennootschap] ,

2. [geïntimeerde 2],

wonende te Helmond,

hierna: [geïntimeerde 2] ,

geïntimeerden,

hierna gezamenlijk: [geïntimeerden] ,

advocaat: mr. C.C.C.A.M. Kuijken te Valkenswaard,

op het bij dagvaardingsexploot van 26 april 2021 ingeleide hoger beroep van het vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats Eindhoven, van 14 april 2021 tussen [appellanten] als eisers en [geïntimeerden] als gedaagden.

1 Het geding in eerste aanleg (zaak C/01/358699 HA ZA 20-344)

Hiervoor verwijst het hof naar voornoemd vonnis en het daaraan voorafgaande tussenvonnis van 5 augustus 2020.

2 Het geding in hoger beroep
2.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het voornoemde dagvaardingsexploot van [appellanten] met een productie;

  • -

    de memorie van grieven tevens wijziging van eis van [appellanten] ;

  • -

    de memorie van antwoord van [geïntimeerden] met producties;

  • -

    de akte tot uitlaten van [appellanten] ;

  • -

    de antwoordakte van [geïntimeerden]

2.2

Na gevraagd arrest heeft het hof een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op de voornoemde stukken en de stukken van de eerste aanleg.

Korte aanduiding van (de aard van) het geschil

2.3

In dit geding gaat het kort gezegd om uitleg en toepassing van een overeengekomen relatiebeding.

3 De feiten

Als gesteld en niet (voldoende) betwist vormen de volgende feiten voor het hof het uitgangspunt.

3.1

[appellant] is enig aandeelhouder en bestuurder van [X] , die op haar beurt enig aandeelhoudster en bestuurster is van [Y] Holding. [geïntimeerde 2] is enig aandeelhouder en bestuurder van [de vennootschap] .

3.2

[appellant] en [geïntimeerde 2] hebben als (indirect) aandeelhouders en bestuurders van de voornoemde vennootschappen samengewerkt binnen de zogenoemde [Y] Totaal Groep, waartoe ook [Y] Totaal Schilderwerken, [Y] Totaal Vastgoedonderhoud, [de B.V.] en Hurema Administratie behoren. De [Y] Totaal Groep gebruikt een relatienetwerksysteem dat Bouwworks is genaamd.

3.3

In het kader van de samenwerking binnen de [Y] Totaal Groep zijn in 2018 geschillen gerezen. [appellant] en [geïntimeerde 2] hebben de samenwerking willen beëindigen, maar konden het aanvankelijk niet eens worden over de afwikkeling ervan. Tijdens de mondelinge behandeling van een kort geding hebben [appellanten] en [geïntimeerden] op 3 april 2019 een vaststellingsovereenkomst gesloten en het daarvan opgemaakte en door partijen (mee)ondertekende proces-verbaal vermeldt, voor zover van belang, dat:

“(…) partijen verklaren overeen te komen als volgt:

1. [de vennootschap] levert aan [Y] Holding (...) haar aandelen in [Y] Totaal schilderwerken, [de B.V.] en Hurema Administratie (...). (...) De koopprijs bedraagt in totaal € 525.000,--. (...)

(...)

3. (…)

Voor [de vennootschap] en [geïntimeerde 2] gelden geen concurrentiebedingen. Wel gelden directe en indirecte relatiebedingen voor hen voor de duur van twee jaar vanaf het moment van levering van de aandelen voor [Y] Totaal Schilderwerken, Hurema Administratie, [de B.V.] en [Y] Totaal Vastgoed Onderhoud. Dit betekent dat [de vennootschap] en [geïntimeerde 2] direct noch indirect relaties van genoemde vennootschappen tijdens de genoemde periode zullen benaderen en/of bedienen. [appellant] zal voor de levering van de aandelen een relatielijst aanleveren van de bestaande relaties van de vennootschappen, die blijken uit de systemen van de vennootschappen over de afgelopen vijf jaar. (...) Bij overtreding van het relatie(…)beding verbeurt de overtreder een direct opeisbare boete van

€ 50.000,-- per overtreding en van € 1.000,-- per dag dat de overtreding voortduurt aan de genoemde vennootschappen.

(…)

9. Met inachtneming van deze overeenkomst verlenen partijen elkaar over en weer finale kwijting.

10. Partijen doen over en weer afstand van de vorderingen tot ontbinding en/of

vernietiging van deze overeenkomst.

(...)”

3.4

Bij notariële akte van 21 augustus 2019 heeft [de vennootschap] aan [Y] Holding haar aandelen in [Y] Totaal Schilderwerken, [de B.V.] en Hurema Administratie geleverd.

3.5

[geïntimeerde 2] is op 1 oktober 2019 bij [XY] Vastgoedonderhoud B.V. (hierna: [XY] ) in dienst getreden als operationeel directeur.

4 De vorderingen en uitspraken in eerste aanleg
4.1

In dit met de dagvaarding van 14 mei 2020 ingeleide geding hebben [appellanten] gevorderd dat de rechtbank uitvoerbaar bij voorraad kort gezegd:

I. primair:

a. voor recht zal verklaren dat de resterende koopprijs van € 200.000,= als bedoeld in de notariële akten van 21 augustus 2019 door verrekening met de door [de vennootschap] verbeurde boetes is voldaan;

b. [geïntimeerden] hoofdelijk althans [geïntimeerde 2] zal veroordelen tot betaling aan

[appellanten] van € 1.801.000,=, met wettelijke rente;

subsidiair:

[geïntimeerden] hoofdelijk althans [geïntimeerde 2] zal veroordelen, tot betaling aan

[appellanten] van € 2.001.000,=, met wettelijke rente;

II. [de vennootschap] zal veroordelen tot doorhaling van het pandrecht zoals bedoeld in de notariële akte d.d. 21 augustus 2019;

III. [de vennootschap] zal veroordelen tot teruggave althans afgifte van de originele bankgarantie verstrekt door [Y] Holding;

IV. zal bepalen dat [de vennootschap] een direct opeisbare dwangsom van € 2.500,= verbeurt voor elke dag dat zij in gebreke blijft om aan veroordeling II en/of III te voldoen,

V. [geïntimeerden] zal veroordelen in de proces- en nakosten, met wettelijke rente.

4.2

De rechtbank heeft bij het tussenvonnis van 5 augustus 2020 een mondelinge behandeling gelast, die op 25 februari 2021 is gehouden.

4.3

Bij het beroepen vonnis van 14 april 2021 heeft de rechtbank de vorderingen van [appellanten] afgewezen en [appellanten] uitvoerbaar bij voorraad veroordeeld in de op

€ 12.129,= begrote...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT