Uitspraak Nº 201500432/2/R3, 201500589/2/R3, 201908991/3/R3 en 201908992/2/R3. Raad van State, 2020-03-06

ECLIECLI:NL:RVS:2020:694
Date06 Marzo 2020
Docket Number201500432/2/R3, 201500589/2/R3, 201908991/3/R3 en 201908992/2/R3

201500432/2/R3, 201500589/2/R3, 201908991/3/R3 en 201908992/2/R3.

Datum uitspraak: 6 maart 2020

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de verzoeken om opheffing (artikel 8:87 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb)) van de bij uitspraak van 27 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:965, getroffen voorlopige voorziening en om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Awb) in de gedingen tussen onder meer:

1. het college van burgemeester en wethouders van Schiedam,

2. het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

verzoekers,

en

het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

verweerder.

Procesverloop

Bij uitspraak van 27 maart 2019 heeft de Afdeling de voorlopige voorziening getroffen dat de rechtsgevolgen van de bij die uitspraak vernietigde besluiten van 1 maart 2016 en 19 april 2016, waarbij het college van gedeputeerde staten de raden van de gemeenten Schiedam en Den Haag aanwijzingen heeft gegeven als bedoeld in artikel 3.8, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro), in stand blijven tot 6 weken nadat nieuwe besluiten op de verzoeken van de colleges van burgemeester wethouders van Schiedam en Den Haag om ontheffing van de Verordening ruimte 2014 van de provincie Zuid-Holland in werking zijn getreden, tenzij gedurende die termijn bij de bevoegde rechter beroep is ingesteld tegen die nieuwe besluiten omtrent ontheffing, in welk geval de voorlopige voorziening vervalt wanneer op het beroep is beslist.

Bij besluiten van 5 november 2019 heeft het college van gedeputeerde staten de verzoeken om ontheffing opnieuw afgewezen.

Tegen deze besluiten hebben onder meer de colleges van burgemeester en wethouders van Schiedam en Den Haag beroep ingesteld.

De colleges van burgemeester en wethouders van Schiedam en Den Haag hebben de voorzieningenrechter verzocht de bij uitspraak van 27 maart 2019 getroffen voorlopige voorziening op te heffen en een voorlopige voorziening te treffen voor de besluiten van 5 november 2019.

De voorzieningenrechter heeft de verzoeken ter zitting behandeld op 27 februari 2020, waar het college van burgemeester en wethouders van Schiedam, vertegenwoordigd door mr. G.H.J. Heutink, advocaat te Amsterdam, R. Schmidt en R.B. van Lieshout, deskundige, het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, vertegenwoordigd door mr. J.H. Potter, en het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland, vertegenwoordigd door mr. J. van Vulpen, advocaat te Nijmegen, mr. I.T.F. Vermeulen en drs. D.J. Droogh, deskundige, zijn verschenen. Voorts zijn ter zitting [bedrijven] (tezamen: "Decathlon"), vertegenwoordigd door mr. A.R. Klijn, advocaat te Amsterdam, als partij gehoord.

Overwegingen

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

2. De colleges van burgemeester en wethouders van Schiedam en Den Haag willen grootschalige sportdetailhandel met een "try & buy"-formule mogelijk maken op Sportplaza Harga te Schiedam, gelegen aan de Hargalaan in de zuidoostelijke oksel van het knooppunt Kethelplein, respectievelijk de zogeheten Rijkswaterstaatkavel aan de Rhône op het bedrijventerrein Forepark te Den Haag. De colleges van burgemeester en wethouders van Schiedam en Den Haag stellen dat dit winkelconcept zoveel ruimte vergt dat vestiging in de binnensteden niet mogelijk is. De colleges van burgemeester en wethouders van Schiedam en Den Haag hebben het college van gedeputeerde staten daarom op 25 juni 2014, respectievelijk 7 juli 2014 gevraagd om een ontheffing van artikel 2.1.4, eerste lid, van de Verordening ruimte 2014. Dit betreft de Verordening ruimte 2014-I, als bedoeld in de uitspraak van 27 maart 2019.

Bij besluiten van 9 december 2014 heeft het college van gedeputeerde staten geweigerd de gevraagde ontheffingen te verlenen.

Bij besluit van 26 januari 2016 heeft de raad van de gemeente Schiedam het bestemmingsplan "Sportplaza Harga" vastgesteld, dat voorziet in bedoelde sportdetailhandel. Bij besluit van 24 maart 2016 heeft de raad van de gemeente Den Haag het bestemmingsplan "Forepark-Rhône" vastgesteld, dat voorziet in bedoelde sportdetailhandel.

Bij besluiten van 1 maart 2016 en 19 april 2016 heeft het college van gedeputeerde staten de raden van de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT