Uitspraak Nº 201601289/1/A2. Raad van State, 2016-09-07

ECLIECLI:NL:RVS:2016:2396
Docket Number201601289/1/A2
Date07 Septiembre 2016
CourtCouncil of State (Netherlands)

201601289/1/A2.

Datum uitspraak: 7 september 2016

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant A] en [appellant B], wonend te Oijen, gemeente Oss (hierna samen en in enkelvoud: [appellant]),

appellanten,

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 7 januari 2016, gerectificeerd bij uitspraak van 29 februari 2016, in zaak nr. 14/695 in het geding tussen:

[appellant]

en

het college van burgemeester en wethouders van Oss.

Procesverloop

Bij besluit van 13 september 2011 heeft het college een verzoek van [appellant] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen.

Bij besluit van 8 januari 2014 heeft het college opnieuw beslist op het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar, dat bezwaar gegrond verklaard en hem een tegemoetkoming in planschade toegekend van € 3.500,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 november 2010.

Bij uitspraak van 7 januari 2016, gerectificeerd bij uitspraak van 29 februari 2016, heeft de rechtbank het door [appellant] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 8 januari 2014 vernietigd, het besluit van 13 september 2011 herroepen, bepaald dat het college aan [appellant] een tegemoetkoming in planschade betaalt van € 4.340,00, vermeerderd met de wettelijke rente, en bepaald dat de uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 2 augustus 2016, waar [appellant], bijgestaan door mr. G.H. Blom, werkzaam bij Achmea Rechtsbijstand, en door P.J.M. Ceelen, en het college, vertegenwoordigd door ir. A. Straathof, werkzaam bij gemeente, zijn verschenen. Tevens is daar verschenen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Agrosaar America B.V., vertegenwoordigd door mr. J. van Groningen, advocaat te Middelharnis, en [gemachtigde].

Overwegingen

Het verzoek

1. [appellant] is sinds 8 april 1991 eigenaar van het perceel en de daarop gelegen agrarische bedrijfsgebouwen en woning aan de [locatie 1] in Oijen (hierna: het perceel). Hij exploiteert daar een melkveehouderij. [appellant] heeft op 9 november 2010 een verzoek om een tegemoetkoming in planschade ingediend waarin hij stelt schade te lijden ten gevolge van het besluit van 22 juli 2004, gewijzigd bij besluit van 16 januari 2007, waarbij krachtens artikel 19, eerste lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening vrijstelling is verleend van het bestemmingsplan "Buitengebied" voor de bouw van een biomassavergistingsinstallatie aan de [locatie 2] in Oijen. De installatie is ten zuidwesten van het perceel gelegen op een afstand van ongeveer 150 m van de bedrijfsbebouwing op het perceel. Tussen het perceel en de installatie zijn de Parallelweg en open agrarische gronden gelegen. De biomassavergistingsinstallatie bestaat uit vijf silo’s en een bedrijfsgebouw op een perceel van ongeveer 75 bij 180 m.

2. Het geschil gaat over de hoogte van de aan [appellant] toegekende tegemoetkoming in planschade. De rechtbank heeft bepaald dat het college aan [appellant] een tegemoetkoming van € 4.340,00 betaalt. [appellant] is van opvatting dat hem een hoger bedrag dient te worden toegekend wegens de geurhinder en het risico op verspreiding van dierziekten. Verder is volgens hem de taxatie gebaseerd op een onjuiste objectafbakening.

Hierna wordt eerst de procedure tot aan het hoger beroep weergegeven (3-7), waarna de gronden van hoger beroep worden besproken (8-11).

De eerdere besluitvorming en procedure bij de rechtbank

3. Bij besluit van 13 september 2011 heeft het college het verzoek van [appellant] afgewezen. Het college heeft hieraan een advies van de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (hierna: de SAOZ) van juli 2011 ten grondslag gelegd. De SAOZ heeft geconcludeerd dat de planologische wijziging heeft geleid tot een planologisch nadeel voor [appellant]. Zij heeft de waardevermindering van het object getaxeerd op € 5.000,00. Uitgaande van het forfait van 2% van de waarde van het object voor de planologische wijziging, zijnde een bedrag van € 6.500,00, heeft de SAOZ geconcludeerd dat de schade geheel voor rekening van [appellant] kan worden gelaten wegens het normaal maatschappelijk risico.

Bij besluit van 5 maart 2012 heeft het college het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

4. Bij uitspraak van 27 september 2012 (12/1081) heeft de rechtbank geoordeeld dat de SAOZ de oude en nieuwe bebouwings- en gebruiksmogelijkheden juist heeft beoordeeld. Voorts was de rechtbank van oordeel dat de SAOZ haar standpunt dat de gestelde geuroverlast niet tot een planologisch nadeel leidt onvoldoende had gemotiveerd. Daartoe heeft de rechtbank overwogen dat onvoldoende is weersproken de stelling van [appellant] dat een verleende milieuvergunning, die door de Afdeling in stand is gelaten, niet...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
5 temas prácticos
  • Uitspraak Nº HAA 16_3628 en 17_1856. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft veroorzaak......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 295. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...het advies van LBP Sight. 10.2.5. Volgens vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) dient een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft vero......
  • Uitspraak Nº 15_2267E. Rechtbank Oost-Brabant, 2017-08-31
    • Nederland
    • 31 d4 Agosto d4 2017
    ...Onder verwijzing naar de uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396, en van 7 december 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3255, is de rechtbank van oordeel dat er geen aanleiding bestaat voor het oordeel dat de StAB met......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 2254 en 17_3250. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...ten grondslag gelegd. 7.2.3. Volgens vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) dient een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft veroorzaa......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
5 sentencias
  • Uitspraak Nº HAA 16_3628 en 17_1856. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft veroorzaak......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 295. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...het advies van LBP Sight. 10.2.5. Volgens vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) dient een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft vero......
  • Uitspraak Nº 15_2267E. Rechtbank Oost-Brabant, 2017-08-31
    • Nederland
    • 31 d4 Agosto d4 2017
    ...Onder verwijzing naar de uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396, en van 7 december 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3255, is de rechtbank van oordeel dat er geen aanleiding bestaat voor het oordeel dat de StAB met......
  • Uitspraak Nº AWB - 16 _ 2254 en 17_3250. Rechtbank Noord-Holland, 2017-08-08
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 8 d2 Agosto d2 2017
    ...ten grondslag gelegd. 7.2.3. Volgens vaste rechtspraak (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2396) dient een geobjectiveerde vergelijking te worden gemaakt tussen de planologische maatregel waarvan gesteld wordt dat deze schade heeft veroorzaa......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT