Uitspraak Nº 201602966/1/R1. Raad van State, 2017-04-05

ECLIECLI:NL:RVS:2017:943
Date05 Abril 2017
Docket Number201602966/1/R1
CourtCouncil of State (Netherlands)

201602966/1/R1.

Datum uitspraak: 5 april 2017

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

1. [appellant sub 1] en anderen, allen wonend te Ermelo,

2. [appellant sub 2A], wonend te Ermelo, en anderen,

3. Bungalowpark De Bosuil B.V., gevestigd te Ermelo,

4. [appellant sub 4], wonend te Ermelo,

5. [appellante sub 5], gevestigd te Ermelo,

6. [appellant sub 6], wonend te Ermelo, en de Vereniging van Eigenaren VvE Parc Veluwerijck, gevestigd te Ermelo (hierna: [appellant sub 6] en de VvE Parc Veluwerijck),

7. [appellante sub 7], gevestigd te Ermelo,

en

de raad van de gemeente Ermelo,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 18 februari 2016 heeft de raad het bestemmingsplan "Tonselse Veld 2014" vastgesteld.

Tegen dit besluit hebben [appellant sub 1] en anderen, [appellant sub 2A] en anderen, Bungalowpark De Bosuil, [appellant sub 4], [appellante sub 5], [appellant sub 6] en de VvE Parc Veluwerijck en [appellante sub 7] beroep ingesteld.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening heeft desverzocht een deskundigenbericht uitgebracht.

Bungalowpark De Bosuil, [appellant sub 2A] en anderen, [appellant sub 4], [appellante sub 7], [appellante sub 5] en de raad hebben hun zienswijze daarop naar voren gebracht.

Bungalowpark De Bosuil, [appellant sub 2A] en anderen, [appellant sub 4], [appellante sub 5] en de raad hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 20 februari 2017, waar [appellant sub 1] en anderen, bijgestaan door mr. L. Bolier, rechtsbijstandsverlener te Elspeet, [appellant sub 2A] en anderen, bijgestaan door mr. M. Kuiper, advocaat te Harderwijk, Bungalowpark De Bosuil, vertegenwoordigd door [gemachtigde], [appellant sub 4], bijgestaan door mr. J.J. Wolleswinkel, advocaat te Barneveld, [appellante sub 5], bijgestaan door ing. J.G.P. van Schaik, rechtsbijstandsverlener te Barneveld, [appellant sub 6] en de VvE Parc Veluwerijck, bijgestaan door mr. Visser, rechtsbijstandsverlener te Leeuwarden, [appellante sub 7], bijgestaan door S. van Westreenen, rechtsbijstandsverlener te Barneveld, en de raad, vertegenwoordigd door mr. F.A. Pommer, advocaat te Nijmegen, en S. Veltman, K. Braamskamp, S.M.L. van Beek, J. van den Bosch en ing. D. Visser, zijn verschenen. Voorts zijn ter zitting [belanghebbende A] en [belanghebbende B], beide vertegenwoordigd door mr. Bolier, rechtsbijstandsverlener te Elspeet, [belanghebbende C], vertegenwoordigd door [gemachtigde], Camping De Haeghehorst, vertegenwoordigd door [gemachtigde], bijgestaan door mr. A.M. Ubink, advocaat te Zwolle, en het college van gedeputeerde staten van Gelderland, vertegenwoordigd door mr. P.G.A.L. Evers, als partij gehoord.

Overwegingen

I. INLEIDING

Het plan

1. Het plan is vastgesteld om een planologisch actueel kader te bieden voor het gebied "Tonselse Veld". Ook heeft de raad beoogd om een aantal initiatieven mogelijk te maken. Het plan voorziet in enige woningbouw, in uitbreiding van niet-agrarische bedrijven en in een uitbreiding van Camping De Haeghehorst waarbij ook een nieuw parkeerterrein wordt aangelegd. Het plan voorziet tevens in een nieuwe ontsluitingsweg voor enkele bedrijven aan de Harderwijkerweg in het plangebied.

De uitbreiding van Camping De Haeghehorst vindt plaats in een bosgebied. Op grond van de Boswet geldt een herplantplicht voor de bomen die verloren gaan vanwege de uitbreiding. In het plangebied is geen ruimte om aan de herplantplicht te voldoen. Om die reden is dit voorzien op een locatie aan de Flevoweg. Hiertoe is een wijzigingsplan vastgesteld dat bij uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:879, in rechte onaantastbaar is geworden. Ook is vanwege de uitbreiding van Camping De Haeghehorst een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nbw 1998) verleend die bij uitspraak van 29 maart 2017, ECLI:NL:RVS:2017:847, in rechte onaantastbaar is geworden.

De appellanten

2. [appellant sub 1] en anderen exploiteren op de percelen [locatie 1], [locatie 2] en [locatie 3] respectievelijk een opslag- en houtbewerkingsbedrijf, een diervoederbedrijf en een transport- en opslagbedrijf in het plangebied.

Bungalowpark De Bosuil is exploitant van een recreatiepark aan de Eendenparkweg 57 buiten het plangebied.

Onder [appellant sub 2A] en anderen bevindt zich een aantal omwonenden en bedrijven, waarvan sommigen in het plangebied en anderen buiten het plangebied zijn gevestigd dan wel wonen.

[appellant sub 4] is eigenaar van het perceel [locatie 4] in het plangebied waar zij een hondentrimsalon exploiteert.

[appellante sub 5] is eigenaar van een eendenhouderij aan de [locatie 5] en [locatie 6], [locatie 7] en [locatie 8] binnen het plangebied.

[appellant sub 6] is eigenaar van een recreatiewoning in het recreatiepark Parc Veluwerijck, gevestigd aan de [locatie 9] buiten het plangebied. Hij is tevens voorzitter van de VvE Parc Veluwerijck.

[appellante sub 7] is eigenaar van een begoniakwekerij op het perceel [locatie 10] binnen het plangebied.

Leeswijzer

3. Deze uitspraak is als volgt opgebouwd:

I. Inleiding;

II. Ontvankelijkheid [appellant sub 2A] en anderen;

III. Camping De Haeghehorst;

IV. Bedrijventerrein;

V. Ontsluitingsweg en wegverbreding;

VI. Het beroep van [appellante sub 7] voor het overige;

VII. Het beroep van [appellante sub 5];

VIII. Het beroep van [appellant sub 4];

IX. Het beroep van [appellant sub 1] en anderen;

X. Slotoverwegingen.

Toetsingskader

4. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan moet de raad bestemmingen aanwijzen en regels geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De raad heeft daarbij beleidsruimte en moet de betrokken belangen afwegen. De Afdeling beoordeelt aan de hand van de beroepsgronden of het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan in overeenstemming is met het recht. De Afdeling stelt niet zelf vast of het plan in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening, maar beoordeelt aan de hand van die gronden of de raad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening.

Wettelijke bepalingen en planregels

5. De relevante wettelijke bepalingen en planregels die ten grondslag liggen aan de hierna volgende rechtsoverwegingen, zijn opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak.

II. ONTVANKELIJKHEID [APPELLANT SUB 2A] EN ANDEREN

6. Ingevolge de artikelen 3:11, 3:15 en 3:16 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) wordt het ontwerpplan ter inzage gelegd voor de duur van zes weken en kunnen gedurende deze termijn zienswijzen naar voren worden gebracht bij de raad.

Het beroep van [appellant sub 2A] en anderen is onder meer ingesteld door [appellante sub 2B]. [appellante sub 2B] heeft geen zienswijze over het ontwerpplan naar voren gebracht.

Ingevolge artikel 8:1 van de Awb, in samenhang gelezen met artikel 8:6 van de Awb en artikel 2 van bijlage 2 bij de Awb alsmede met artikel 6:13 van de Awb, kan geen beroep worden ingesteld tegen het besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan door een belanghebbende die over het ontwerpplan niet tijdig een zienswijze naar voren heeft gebracht, tenzij hem redelijkerwijs niet kan worden verweten dit te hebben nagelaten.

Deze omstandigheid doet zich niet voor. Het beroep van [appellant sub 2A] en anderen voor zover ingesteld door [appellante sub 2B] is niet-ontvankelijk.

III. CAMPING DE HAEGHEHORST

Inleiding

7. Bungalowpark De Bosuil, [appellant sub 2A] en anderen en [appellante sub 7] richten zich tegen het plandeel ter plaatse van de camping De Haeghehorst op het perceel Fazantlaan 4. Ter plaatse van de gronden aan de zuid- en zuidoostzijde van de camping is een uitbreiding van het kampeerterrein voorzien. Op die gronden voorziet het plan in 70 toeristische kampeerplaatsen. Ook voorziet het plan in de aanleg van een parkeerterrein in bestaand bosgebied aan de noordwestzijde van de bestaande camping.

Ontvankelijkheid

8. Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Awb wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Om als belanghebbende in de zin van de Awb te kunnen worden aangemerkt, dient een natuurlijk persoon een voldoende objectief en actueel, eigen, persoonlijk belang te hebben dat hem in voldoende mate onderscheidt van anderen en dat rechtstreeks wordt geraakt door het bestreden besluit.

8.1. Het beroep van [appellant sub 2A] en anderen is onder meer ingesteld door [appellante sub 2C], [appellant sub 2D], [appellant sub 2E], [appellant sub 2F], [appellant sub 2G] en [appellant sub 2H], [appellant sub 2I] en [appellante sub 2J], en [appellant sub 2K]. Zij wonen op een afstand van minimaal ongeveer 340 m van het hier relevante gedeelte van het plangebied. Niet is gebleken dat zij vanaf hun percelen zicht hebben op de camping en het parkeerterrein. Mede gelet op de aard en omvang van deze ruimtelijke ontwikkelingen is deze afstand naar het oordeel van de Afdeling te groot om een rechtstreeks bij het bestreden besluit betrokken belang te kunnen aannemen. [appellante sub 2C], [appellant sub 2D], [appellant sub 2E], [appellant sub 2F], [appellant sub 2G] en [appellant sub 2H], [appellant sub 2I] en [appellante sub 2J], en [appellant sub 2K] hebben geen feiten of omstandigheden aangevoerd in verband waarmee zou moeten worden geoordeeld dat ondanks deze afstand een objectief en persoonlijk belang van hen rechtstreeks door het besluit zou worden geraakt.

De conclusie is dat [appellante sub 2C], [appellant sub 2D], [appellant sub 2E], [appellant sub 2F], [appellant sub 2G] en [appellant sub 2H], [appellant sub 2I] en [appellante sub 2J], en [appellant sub 2K] geen belanghebbenden zijn als bedoeld in artikel 1:2, eerste lid, van de Awb bij dit gedeelte van het bestreden...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
13 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 201608869/1/R3. Raad van State, 2017-06-28
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 28 juni 2017
    ...juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2294 (Weert) en of de mogelijk gemaakte ontwikkeling voorziet in een behoefte (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 (Ermelo)). De behoefte aan de mogelijk gemaakte ontwikkeling dient met het oog op de uitvoerbaarheid van het plan te zijn onderbouwd (u......
  • Uitspraak Nº 201802120/1/R2. Raad van State, 2020-04-29
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 29 april 2020
    ...afhankelijk is van de aanwezigheid van een bestaande voorziening, zoals bijvoorbeeld een recreatieterrein (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 13.6. Aan de gronden op de zuidwestpunt van Overbosch zijn de bestemmingen "Horeca" en "Verkeer - Parkeerterrein" toegekend. Aan de gro......
  • Uitspraak Nº 202103894/1/R3. Raad van State, 2022-10-26
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 26 oktober 2022
    ...aan te merken als een stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 3.1.6, tweede lid, van het Bro (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 (Ermelo), aldus de Afdeling in de uitspraak van 28 juni 7.4. Dit plan voorziet in een uitbreiding van het bestemmingsvlak "Wonen" met een omv......
  • Uitspraak Nº 201706648/1/R3. Raad van State, 2018-08-08
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 8 augustus 2018
    ...het standpunt dat geen sprake is van een stedelijke ontwikkeling. De raad verwijst naar de uitspraak van de Afdeling van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943, onder 13.4. Volgens de raad is sprake van een parkeerterrein ten behoeve van een bestaande voorziening. De raad stelt voorts dat hij i......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien
13 sentencias
  • Uitspraak Nº 201608869/1/R3. Raad van State, 2017-06-28
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 28 juni 2017
    ...juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2294 (Weert) en of de mogelijk gemaakte ontwikkeling voorziet in een behoefte (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 (Ermelo)). De behoefte aan de mogelijk gemaakte ontwikkeling dient met het oog op de uitvoerbaarheid van het plan te zijn onderbouwd (u......
  • Uitspraak Nº 201802120/1/R2. Raad van State, 2020-04-29
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 29 april 2020
    ...afhankelijk is van de aanwezigheid van een bestaande voorziening, zoals bijvoorbeeld een recreatieterrein (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 13.6. Aan de gronden op de zuidwestpunt van Overbosch zijn de bestemmingen "Horeca" en "Verkeer - Parkeerterrein" toegekend. Aan de gro......
  • Uitspraak Nº 202103894/1/R3. Raad van State, 2022-10-26
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 26 oktober 2022
    ...aan te merken als een stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 3.1.6, tweede lid, van het Bro (uitspraak van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943 (Ermelo), aldus de Afdeling in de uitspraak van 28 juni 7.4. Dit plan voorziet in een uitbreiding van het bestemmingsvlak "Wonen" met een omv......
  • Uitspraak Nº 201706648/1/R3. Raad van State, 2018-08-08
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 8 augustus 2018
    ...het standpunt dat geen sprake is van een stedelijke ontwikkeling. De raad verwijst naar de uitspraak van de Afdeling van 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:943, onder 13.4. Volgens de raad is sprake van een parkeerterrein ten behoeve van een bestaande voorziening. De raad stelt voorts dat hij i......
  • Vraag een proefperiode aan om aanvullende resultaten te zien

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT