Uitspraak Nº 201609403/1/A2. Raad van State, 2017-10-25

ECLIECLI:NL:RVS:2017:2896
Docket Number201609403/1/A2
Date25 Octubre 2017
CourtCouncil of State (Netherlands)

201609403/1/A2.

Datum uitspraak: 25 oktober 2017

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellante], wonend te [woonplaats],

tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 4 november 2016 in zaak nr. 16/3608 in het geding tussen:

[appellante]

en

de Belastingdienst/Toeslagen.

Procesverloop

Bij besluit van 24 februari 2015 heeft de Belastingdienst/Toeslagen de aan [appellante] toegekende huurtoeslag voor het jaar 2011 definitief berekend en vastgesteld op nihil en een bedrag van € 3.197,00 aan teveel betaalde voorschotten teruggevorderd.

Bij besluit van 8 juli 2016 heeft de Belastingdienst/Toeslagen het door [appellante] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 4 november 2016 heeft de rechtbank het door [appellante] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellante] hoger beroep ingesteld.

De Belastingdienst/Toeslagen heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

De Belastingdienst/Toeslagen heeft een nader stuk ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 september 2017, waar [appellante], vertegenwoordigd door mr. M.G.J. Smit, advocaat te Rotterdam, en de Belastingdienst/Toeslagen, vertegenwoordigd door drs. J.G.C. van de Werken, zijn verschenen.

Overwegingen

Inleiding

1. Op 21 augustus 2011 heeft de Belastingdienst/Toeslagen op naam van [appellante] en met gebruikmaking van haar DigiD een digitale aanvraag voor huurtoeslag ontvangen voor het jaar 2011 voor het adres [locatie 1] te Rotterdam. In de aanvraag is het nummer van de bankrekening vermeld, waarop de voorschotten huurtoeslag konden worden overgemaakt.

Bij antwoordformulier, ondertekend op 21 september 2011, is op naam van [appellante] hetzelfde bankrekeningnummer opgegeven als bankrekeningnummer waarop de voorschotten konden worden overgemaakt.

Bij besluit van 12 september 2011 heeft de dienst aan [appellante] een voorschot huurtoeslag toegekend van € 3.197,00. Dit besluit is naar het adres [locatie 2] te Rotterdam gestuurd, waar [appellante] blijkens de gemeentelijke basisadministratie (hierna: GBA, thans: basisregistratie personen (BRP)) woonachtig was.

In februari 2012 is [appellante] met haar gezin teruggekeerd naar Bulgarije.

Bij de definitieve berekening van de huurtoeslag is gebleken dat [appellante] in 2011 in de GBA niet op het in de aanvraag opgegeven adres stond ingeschreven. De Belastingdienst/Toeslagen heeft daarom bij besluit van 24 februari 2015 de huurtoeslag voor het jaar 2011 definitief vastgesteld op nihil en het bedrag aan teveel betaalde voorschotten geheel teruggevorderd.

[appellante] heeft hiertegen bezwaar gemaakt, omdat zij naar eigen zeggen voor 2011 geen huurtoeslag heeft aangevraagd noch heeft ontvangen. Zij stelt dat sprake is van identiteitsfraude. Zij heeft op 3 februari 2015 aangifte gedaan bij de politie van valsheid in geschrifte en vervolgens bij brief van 16 februari 2015 de Belastingdienst/Toeslagen geïnformeerd en de dienst verzocht een onderzoek in te stellen.

Bij brief van 25 maart 2015 heeft de dienst zich op het standpunt gesteld dat geen reden is om [appellante] aan te merken als slachtoffer...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT