Uitspraak Nº 201609742/1/A3. Raad van State, 2018-05-09

ECLIECLI:NL:RVS:2018:1551
Date09 Mayo 2018
Docket Number201609742/1/A3
CourtCouncil of State (Netherlands)

201609742/1/A3.

Datum uitspraak: 9 mei 2018

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant], woonplaats kiezend te [plaats],

tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 7 november 2016 in zaak nr. 15/7610 in het geding tussen:

[appellant]

en

de burgemeester van Den Haag.

Procesverloop

Bij besluit van 31 maart 2015 heeft de burgemeester het paspoort van [appellant] vervallen verklaard.

Bij besluit van 23 september 2015 heeft de burgemeester het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 7 november 2016 heeft de rechtbank het door [appellant] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld.

De burgemeester heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

[appellant] heeft nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 11 september 2017, waar [appellant], vertegenwoordigd door mr. C.F. Wassenaar, advocaat te Rotterdam, en de burgemeester, vertegenwoordigd door mr. M. Wilbrink en J. Taal, zijn verschenen.

Na het sluiten van het onderzoek heeft de Afdeling het onderzoek heropend teneinde bij de minister van Veiligheid en Justitie ter attentie van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (hierna: NCTV) om toezending van het proces-verbaal van 1 mei 2014 te vragen.

Bij brief van 20 oktober 2017 heeft de NCTV een ongeschoonde versie van het proces-verbaal van 1 mei 2014 verstrekt en daarbij met een beroep op artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) verzocht te bepalen dat uitsluitend de Afdeling daarvan kennis mag nemen.

Bij brief van 24 oktober 2017 heeft de korpschef van politie een geschoonde versie van het proces-verbaal van 1 mei 2014 verstrekt.

De Afdeling heeft het beroep van de NCTV op artikel 8:29 van de Awb zo begrepen dat dit betrekking heeft op de door de korpschef zwart gemaakte onderdelen van het proces-verbaal.

Op 6 november 2017 heeft de Afdeling in een andere samenstelling beslist dat de verzochte beperking van de kennisneming gerechtvaardigd is.

[appellant] en de burgemeester hebben de toestemming, als bedoeld in artikel 8:29, vijfde lid, van Awb, verleend.

[appellant] en de burgemeester hebben een schriftelijke zienswijze ingediend.

Met toestemming van partijen is afgezien van een verdere behandeling ter zitting.

Overwegingen

Inleiding

1. De relevante bepalingen uit het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: VWEU), het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: het EVRM), het Vierde Protocol bij het EVRM, de Paspoortwet en de Awb zijn opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak. De bijlage maakt deel uit van de uitspraak.

2. Bij brief van 23 september 2014 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties het nationale paspoort van [appellant] aan de burgemeester toegezonden met het verzoek dit vervallen te verklaren. De minister heeft [appellant] op verzoek van de NCTV opgenomen in het Register Paspoortsignalering (hierna: het Register). Het paspoort was door de Politie Haaglanden ingehouden.

De burgemeester heeft bij brief van 12 november 2014 aan [appellant] meegedeeld dat hij voornemens is het paspoort vervallen te verklaren.

Besluitvorming

3. Bij besluit van 31 maart 2015 heeft de burgemeester het paspoort van [appellant] vervallen verklaard. Daaraan heeft de burgemeester ten grondslag gelegd dat [appellant] staat vermeld in het Register en dat de minister heeft meegedeeld dat de signalering in dat register nog voldoet aan het gestelde in artikel 23 van de Paspoortwet. Voorts heeft [appellant], daartoe in de gelegenheid gesteld, niet binnen de gestelde termijn van acht weken gebruik gemaakt van de gelegenheid overeenstemming te bereiken als bedoeld in artikel 44, vierde lid, van de Paspoortwet, zodat niet wordt overgegaan tot teruggave van het nationale paspoort. Omdat een Nederlandse identiteitskaart op grond van artikel 46a van de Paspoortwet niet kan worden geweigerd of ingetrokken en signalering op grond van de Paspoortwet geen gevolg heeft voor het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart, kan aan [appellant] een document worden verstrekt waarmee hij zich kan legitimeren en waarmee hij binnen Europa kan reizen. Daarom wordt [appellant] volgens de burgemeester door het vervallen verklaren van het nationale paspoort niet onevenredig benadeeld in de zin van artikel 45, tweede lid, van de Paspoortwet.

4. Na dit besluit heeft de burgemeester kennisgenomen van de brief van 29 januari 2015 van de NCTV gericht aan [appellant]. Daarin heeft de NCTV meegedeeld dat het gegronde vermoeden bestaat dat [appellant] zal vertrekken naar Syrië om zich aan te sluiten bij een van de jihadistische strijdgroepen aldaar, die één van de grootste terroristische dreigingen vormt tegen Nederland, haar bondgenoten en aan haar bevriende mogendheden. Het vertrekken met de intentie om bij terroristische groepen aan te sluiten, training te ondergaan en gewapende strijd te leveren of ondersteunen wordt beschouwd als handeling die een bedreiging vormt voor de veiligheid en andere gewichtige belangen van het Koninkrijk of een of meerdere landen van het Koninkrijk dan wel de veiligheid van met het Koninkrijk bevriende mogendheden. Het gegronde vermoeden is gebaseerd op informatie van de politie Haaglanden. Hieruit blijkt dat [appellant] over veel radicaal jihadistisch materiaal beschikt, zich in een radicaal jihadistische omgeving ophoudt en zich heeft uitgelaten over zijn vertrek naar Syrië op korte termijn. Verder heeft de NTCV meegedeeld dat [appellant] ronselen voor de gewapende strijd ten laste is gelegd.

5. Bij brief van 3 september 2015 heeft de NCTV de burgemeester desgevraagd nadere informatie verstrekt. Hij heeft meegedeeld dat het gegronde vermoeden bestaat dat [appellant] zal vertrekken naar Syrië om zich aan te sluiten bij een van de jihadistische strijdgroepen aldaar, die één van de grootste terroristische dreigingen vormt tegen Nederland, haar bondgenoten en aan haar bevriende mogendheden. Het vertrekken met de intentie om bij terroristische groepen aan te sluiten, training te ondergaan en gewapende strijd te leveren of ondersteunen wordt beschouwd als handeling die een bedreiging vormt voor de veiligheid en andere gewichtige belangen van het Koninkrijk of een of meerdere landen van het Koninkrijk dan wel de veiligheid van met het Koninkrijk bevriende mogendheden, aldus de NCTV. Het gegronde vermoeden is gebaseerd op een proces-verbaal van 1 mei 2014 van de politie Haaglanden. Verder heeft de NTCV meegedeeld dat [appellant] verdacht wordt van ronselen als bedoeld in artikel 205 van het Wetboek van Strafrecht.

6. Bij besluit op bezwaar van 23 september 2015 heeft de burgemeester de vervallenverklaring van het paspoort van [appellant] gehandhaafd. Dit besluit is gebaseerd op de brieven van de NCTV van 29 januari en 3 september 2015. De burgemeester heeft zich op het standpunt gesteld dat hij zich er alsnog in voldoende mate van heeft overtuigd, dat de gronden tot vervallenverklaring bij [appellant] nog bestaan. Hij gaat bij de beoordeling uit van een terughoudende toets. De beide brieven van de NCTV in combinatie met de brief van 23 september 2014 bieden volgens de burgemeester voldoende grondslag voor de vervallenverklaring van het paspoort van [appellant].

Hoger beroep

Gronden die het nationale recht raken

7. [appellant] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat artikel 23 van de Paspoortwet in dit geval geen bevoegdheid biedt voor de vervallenverklaring. Volgens [appellant] ziet de bevoegdheid neergelegd in deze bepaling op het beletten van reizen naar bevriende mogendheden met de intentie om daar terroristische activiteiten te ontplooien. Daarvan is hier geen sprake. Syrië is geen land waarmee Nederland bevriend is. Voor de veronderstelde gevaarzetting die zou bestaan na terugkeer uit Syrië, is het strafrecht het geëigende middel, aldus [appellant]. Dat is ook jegens hem toegepast, waarbij is gebleken dat hij niet is vervolgd voor een intentie om naar Syrië af te reizen.

7.1. Uit de tekst van artikel 23 van de Paspoortwet volgt dat het gaat om handelingen die ook - en in de praktijk vooral - in niet bevriende mogendheden zullen plaatsvinden, zoals het aansluiten bij een terroristische groep in het Midden-Oosten, en het beletten daarvan. Uit de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 23 van de Paspoortwet (Kamerstukken II 1987/88, 20 393, nr. 3, blz. 44-45) volgt dat dit artikel is bedoeld onder meer voor de situatie dat de betrokken persoon in het buitenland handelingen zal gaan verrichten, die gericht zijn tegen de veiligheid en andere gewichtige belangen van het Koninkrijk. De ratio van deze bepaling is gelegen in de bescherming van de staat tegen handelingen die de veiligheid en andere met de veiligheid samenhangende belangen in gevaar brengen. Naast staatsgevaarlijke activiteiten kan hierbij worden gedacht aan terroristische activiteiten, aldus de wetgever.

Zoals de rechtbank met juistheid heeft geconstateerd, ligt voornoemd motief aan de vervallenverklaring ten grondslag. De burgemeester heeft van de NCTV informatie ontvangen dat het gegronde vermoeden bestaat dat [appellant] zal vertrekken naar Syrië om zich aan te sluiten bij een van de jihadistische strijdgroepen aldaar, die één van de grootste terroristische dreigingen vormt tegen Nederland, haar bondgenoten en aan haar bevriende mogendheden. De lezing van artikel 23 van de Paspoortwet door [appellant], dat het moet gaan om het reizen naar een bevriende mogendheid met de intentie om daar terroristische activiteiten te ontplooien, heeft de rechtbank terecht niet gevolgd. Dat hij niet is vervolgd voor een intentie om naar Syrië af te reizen, zoals [appellant] heeft aangevoerd, is in dit kader niet relevant...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT