Uitspraak Nº 201706783/4/R1. Raad van State, 2020-02-19

ECLIECLI:NL:RVS:2020:508
Docket Number201706783/4/R1
Date19 Febrero 2020
CourtCouncil of State (Netherlands)

201706783/4/R1.

Datum uitspraak: 19 februari 2020

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

Gelderse Natuur en Milieufederatie en Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten (hierna: GNMF en VBN), gevestigd te Arnhem, onderscheidenlijk Den Haag,

appellanten,

en

de raad van de gemeente Bronckhorst,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 17 mei 2017 heeft de raad het bestemmingsplan "Landelijk gebied Bronckhorst" vastgesteld.

Tegen dit besluit hebben GNMF en VBN beroep ingesteld.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening heeft desverzocht een deskundigenbericht (hierna: het StAB-verslag) uitgebracht.

GNMF en VBN hebben hun zienswijze daarop naar voren gebracht.

GNMF en VBN hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 en 13 november 2018, waar GNMF en VBN, vertegenwoordigd door [gemachtigde], en de raad, vertegenwoordigd door mr. A.K. Gerritsen, mr. P. van Eykel, ing. R.W.A. te Plate en drs. P. Roerdink, zijn verschenen.

De Afdeling heeft de behandeling van het onderhavige beroep afgesplitst van zaak nr. 201706783/1/R1.

Overwegingen

Inleiding

1. Het plan betreft een actualisering en harmonisering van het juridisch-planologisch regime voor het buitengebied van Bronckhorst dat voorheen was verankerd in drie verschillende bestemmingsplannen.

2. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan moet de raad bestemmingen aanwijzen en regels geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De raad heeft daarbij beleidsruimte en moet de betrokken belangen afwegen. De Afdeling beoordeelt aan de hand van de beroepsgronden of het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan in overeenstemming is met het recht. De Afdeling stelt niet zelf vast of het plan in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening, maar beoordeelt aan de hand van die gronden of de raad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening.

3. De relevante wettelijke bepalingen zijn opgenomen in de bijlage, die deel uitmaakt van deze uitspraak.

4. GNMF en VBN komen op voor de landschaps- en natuurwaarden binnen het hele plangebied. Hun beroep is gericht tegen een aantal planregels voor de bestemmingen "Agrarisch", "Agrarisch met waarden - Landschap" en "Agrarisch met waarden - Landschap en natuur". Het gaat kort weergegeven om:

· de regeling voor de bouwhoogte van 12 m voor stallen, zoals neergelegd in artikel 3, lid 3.2.5, onder b, artikel 4, lid 4.2.5 onder b, en artikel 5, lid 5.2.5, onder b, van de planregels;

· de afwijkingsbevoegdheden om sleufsilo's buiten een bouwvlak toe te staan, zoals neergelegd in artikel 3, lid 3.4.5, artikel 4, lid 4.4.5, en artikel 5, lid 5.4.5;

· de afwijkingsbevoegdheden om 10 procent af te wijken van de bouwmaten, zoals neergelegd in artikel 3, lid 3.4.7, artikel 4, lid 4.4.6, en artikel 5, lid 5.4.6;

· de wijzigingsbevoegdheden om de grootte en/of de vorm van een bouwvlak te veranderen, zoals neergelegd in artikel 3, lid 3.8.1, artikel 4, lid 4.8.1, en artikel 5, lid 5.8.1;

· de definitie van "Toename van stikstofemissie en stikstofdepositie" uit artikel 1, lid 1.150, waarnaar een aantal van vorenstaande artikelen verwijst.

Intrekking

5. GNMF en VBN hebben ter zitting hun beroep ingetrokken voor zover het betreft de beroepsgronden over fijnstof en soortenbescherming.

Ruimtelijke onderbouwing

6. GNMF en VBN betogen dat het plan ten onrechte voorziet in een bouwhoogte van 12 m voor stallen. Daarbij voeren zij aan dat het vorige plan in een bouwhoogte van 10 m voorzag. Voorts is voor de verhoging geen ruimtelijke onderbouwing gegeven. Evenmin is gemotiveerd waarom de genoemde bouwmogelijkheden standaard zouden moeten gelden voor het hele buitengebied. Voor zover het dierenwelzijn de reden van de verhoging is, voeren zij aan dat dit niet voor alle diersoorten noodzakelijk is.

6.1. De raad wenst in het kader van schaalvergroting en dierenwelzijn de mogelijkheid te bieden om grotere stallen te kunnen bouwen. De toename van de oppervlakte leidt automatisch tot een grotere nokhoogte in verband met de voor een goede stalventilatie benodigde dakhelling. Ook komt het veel voor dat de voergang niet in het midden, maar tegen de zijgevel wordt gerealiseerd. Dit vraagt om een hogere goothoogte waardoor de nokhoogte ook hoger wordt.

6.2. Het plan voorziet op grond van artikel 3, lid 3.2.5, onder b, van de planregels ter plaatse van de bestemming "Agrarisch" voor bedrijfsgebouwen in een goot- en bouwhoogte van 6 m en 12 m. Op grond van artikel 4, lid 4.2.5, onder b, en artikel 5, lid 5.2.5, onder b, voorziet het plan voor de bestemmingen "Agrarisch met waarden - Landschap" en "Agrarisch met waarden - Landschap en natuur" in een vergelijkbare regeling.

Met 12 m voorziet het plan in een 2 m hogere bouwhoogte dan het voorheen geldende bestemmingsplan.

6.3. Het plan voorziet slechts in een geringe verhoging van de bouwhoogte uit het voorheen geldende bestemmingsplan. Voorts blijft de goothoogte beperkt tot 6 m. Voor zover de hogere bouwhoogte alleen het dierenwelzijn van rundvee ten goede komt, heeft de raad in redelijkheid kunnen uitgaan van de verwachting dat voor stallen voor andere diersoorten in de regel niet van de grotere bouwhoogte gebruik zal worden gemaakt. Daarbij is van belang dat het houden van dieren op meerdere etages niet is toegestaan. Gelet hierop heeft de raad in redelijkheid een groter gewicht kunnen toekennen aan het belang van het dierenwelzijn en de economische belangen die zijn gemoeid met hogere stallen, dan aan de gevolgen daarvan voor het landschap.

Het betoog faalt.

7. GNMF en VBN betogen dat het plan ten onrechte voorziet in een aantal afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden. Daarbij gaat het om de mogelijkheid om sleufsilo's buiten een bouwvlak toe te staan, de mogelijkheid om met 10 procent van de bouwmaten af te wijken en de mogelijkheid om de grootte en/of de vorm van een bouwvlak te veranderen. Hiertegen voeren GNMF en VBN aan dat voor deze mogelijkheden geen ruimtelijke onderbouwing is gegeven. Evenmin is gemotiveerd waarom de genoemde bouwmogelijkheden standaard zouden moeten gelden voor het hele buitengebied.

7.1. Het plan voorziet op grond van artikel 3, lid 3.4.5, artikel 4, lid 4.4.5, en artikel 5, lid 5.4.5, van de planregels in afwijkingsbevoegdheden om sleufsilo's buiten een agrarisch bouwvlak toe te staan. De raad heeft daarmee willen inspelen op de behoefte van de agrarische sector aan de aanleg van een extra voeropslag, zonder dat daarvoor het bouwvlak hoeft te worden vergroot.

Het plan voorziet op grond van lid 3.4.7, lid 4.4.6, en lid 5.4.6, ter plaatse van de agrarische bestemmingen in afwijkingsbevoegdheden om 10 procent af te wijken van de bouwmaten.

Het plan voorziet op grond van lid 3.8.1, lid 4.8.1, en lid 5.8.1, in wijzigingsbevoegdheden om de grootte en/of de vorm van een agrarisch bouwvlak te veranderen. De raad heeft daarmee de mogelijkheid willen bieden om in bepaalde gevallen grotere stallen te bouwen. Dat kan gewenst zijn in het kader van bijvoorbeeld schaalvergroting of dierenwelzijn.

7.2. Bovengenoemde afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden zijn afhankelijk gesteld van voorwaarden, waaronder een zorgvuldige landschappelijke inpassing. Ook kunnen de bevoegdheden alleen worden toegepast indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in de doeleindenomschrijving van de bestemmingen opgenomen waarden. Verder kan het college van burgemeester en wethouders de lokale omstandigheden van het geval betrekken bij de afweging of toepassing van de bevoegdheden in een concreet geval noodzakelijk en wenselijk is. Daarnaast is de mogelijkheid om bij afwijkingsbevoegdheid 10 procent af te wijken van de bouwmaten een gebruikelijke algemene bepaling in een bestemmingsplan. In dit geval heeft de raad ervoor gekozen om deze bepaling bij de agrarische bestemmingen op te nemen en afhankelijk te stellen van bovengenoemde nadere voorwaarden. Gelet hierop faalt het betoog dat de afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden onvoldoende gemotiveerd voor het hele buitengebied zijn vastgesteld.

Kernkwaliteiten Nationaal Landschap

8. GNMF en VBN betogen dat de in overweging 4 genoemde planregels kunnen leiden tot een aantasting van de kernkwaliteiten van Nationaal Landschap De Graafschap. GNMF en VBN achten het plan op dit punt in strijd met artikel 2.7.4.2 van de Omgevingsverordening Gelderland (hierna: de omgevingsverordening).

Voor zover in de artikelen 4 en 5 al beschermende toepassingsvoorwaarden staan, betogen GNMF en VBN dat een gedeelte van het Nationaal Landschap De Graafschap is voorzien van de bestemming "Agrarisch" uit artikel 3.

8.1. Gelet op de plantoelichting is beoogd om de gronden die behoren tot het Nationaal Landschap niet te voorzien van de bestemming "Agrarisch" uit artikel 3 van de planregels. Om die reden zal de Afdeling de beroepsgrond eerst bespreken voor zover het betreft de bestemming "Agrarisch met waarden - Landschap" uit artikel 4 en de bestemming "Agrarisch met waarden - Landschap en natuur" uit artikel 5. Daarna zal de Afdeling de beroepsgrond beoordelen voor zover het betreft de bestemming "Agrarisch" uit artikel 3.

8.2. Wat betreft de regeling voor de bouwhoogte van 12 m voor stallen verwijst de Afdeling naar het overwogene onder 6.3. In aanvulling daarop overweegt zij dat niet is gebleken dat de kernkwaliteiten van Nationaal Landschap De Graafschap direct verband houden met de bouwhoogte van agrarische bedrijfsgebouwen binnen bouwvlakken. Ter zitting hebben GNMF en VNB daarop gereageerd met de stelling dat kleinschaligheid tot de kernkwaliteiten behoort. Gelet op bijlage 6 bij de omgevingsverordening betreft dit kleinschalig karakteristiek oeverwallenlandschap. Voorts komt kleinschalige maar vaak heel karakteristieke openheid voor op oude bouwlanden. Verder zijn...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
1 temas prácticos
1 sentencias

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT