Uitspraak Nº 201809457/1/R3. Raad van State, 2020-04-01

ECLIECLI:NL:RVS:2020:947
Date01 Abril 2020
Docket Number201809457/1/R3

201809457/1/R3.

Datum uitspraak: 1 april 2020

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Tussenuitspraak met toepassing van artikel 8:51d van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) in het geding tussen:

IVN, Vereniging voor Natuur- en Milieueducatie, Afdeling Bellingwedde, (thans: IVN, Vereniging voor Natuur- en Milieueducatie, Afdeling Westerwolde-Oldambt) gevestigd te Bellingwedde (thans: Westerwolde),

appellant,

en

de raad van de gemeente Westerwolde,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 3 oktober 2018 heeft de raad het bestemmingsplan "Buitengebied Tweekarspelenweg 3 Blijham" vastgesteld.

Tegen dit besluit heeft IVN beroep ingesteld.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

IVN en [belanghebbende] hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 9 maart 2020, waar IVN, vertegenwoordigd door [gemachtigden], en de raad, vertegenwoordigd door A. Kuiper en R. Kampijon, zijn verschenen. Verder is ter zitting [belanghebbende], als partij gehoord.

Buiten bezwaren van partijen zijn ter zitting nog stukken overgelegd.

Overwegingen

Toetsingskader

1. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan moet de raad bestemmingen aanwijzen en regels geven die de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig acht. De raad heeft daarbij beleidsruimte en moet de betrokken belangen afwegen. De Afdeling beoordeelt aan de hand van de beroepsgronden of het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan in overeenstemming is met het recht. De Afdeling stelt niet zelf vast of het plan in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening, maar beoordeelt aan de hand van die gronden of de raad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening.

Het plan

2. Het plan heeft betrekking op het perceel Tweekarspelenweg 3, ten noordoosten van de kern Blijham. Op dit perceel is een melkveehouderij gevestigd die haar bedrijfsactiviteiten wil uitbreiden van 350 stuks melk- en kalfkoeien en 200 stuks jongvee naar 760 stuks melk- en kalfkoeien en 490 stuks jongvee. Om deze uitbreiding mogelijk te maken moet de bestaande ligboxenstal worden verlengd voor de huisvesting van de melk- en kalfkoeien. Ook moet een nieuwe jongveestal worden gebouwd en moet de ruwvoeropslagcapaciteit worden uitgebreid en verplaatst naar de achterzijde van het vernieuwde erf. Met het voorliggende plan wordt voornoemde uitbreiding mogelijk gemaakt.

Wettelijke bepalingen

3. De wettelijke bepalingen en relevante planregels die ten grondslag liggen aan de hierna volgende rechtsoverwegingen, zijn opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak. De bijlage maakt deel uit van de uitspraak.

Bestuurlijke lus

4. Ingevolge artikel 8:51d van de Awb kan de Afdeling het bestuursorgaan opdragen een gebrek in het bestreden besluit te herstellen of te laten herstellen.

Inhoudelijk

Advies hoorcommissie

5. IVN wijst erop dat de voorzitter van de hoor- en adviescommissie als bedoeld in de Verordening hoorcommissie 2010 een stemverklaring heeft afgelegd die is opgenomen als bijlage bij het advies. Deze stemverklaring bevat een politiek standpunt. IVN betoogt dat de hoor- en adviescommissie slechts juridische aspecten in haar advies mag betrekken. Gelet hierop is het advies volgens IVN niet zorgvuldig tot stand gekomen.

5.1. De Afdeling ziet geen aanleiding voor het oordeel dat het advies van de hoor- en adviescommissie niet zorgvuldig tot stand is gekomen. Hiertoe wordt overwogen dat de bezwaarschriftprocedure volgens de Awb een volledige heroverweging is, waarbij de beleidsmatige aspecten van het besluit juist moeten worden betrokken.

Het betoog faalt.

Groninger Verdienmodel

6. IVN is het er niet mee eens dat een agrarisch bouwperceel in het voorliggende bestemmingsplan iets anders is dan een agrarisch bouwperceel in het vorige bestemmingsplan "Buitengebied 1998" van de voormalige gemeente Bellingwedde en andere bestemmingsplannen van de gemeente Westerwolde. IVN betoogt dat is gekozen voor een gewijzigde plansystematiek met het doel om het agrarisch bouwperceel binnen 2 ha te houden, zodat de provinciale regelgeving over het zogenoemde Groninger Verdienmodel kan worden ontweken. Ten onrechte heeft de raad zijn keuze om in het plan af te wijken van de systematiek van het vorige bestemmingsplan niet gemotiveerd. Dit is volgens IVN in strijd met artikel 3:46 van de Awb. IVN betoogt dat het college van burgemeester en wethouders de raad onvoldoende heeft geïnformeerd over de reden waarom is gekozen voor een gewijzigde plansystematiek, dat de raad onvoldoende is ingegaan op het bezwaar van IVN hierover in de zienswijze en dat geen belangenafweging ten grondslag ligt aan de keuze om af te wijken van de systematiek van het vorige bestemminsplan.

6.1. De raad stelt dat bepaalde provinciale regels, waaronder het Groninger Verdienmodel, niet van toepassing zijn, omdat het bouwperceel minder dan 2 ha omvat. Hij stelt dat er geen reden is om de wijze van bestemmen onrechtmatig te achten.

6.2. Op de verbeelding is aan het perceel Tweekarspelenweg 3 de bestemming "Agrarisch - Bedrijf" toegekend. Aan een gedeelte van deze gronden is de aanduiding "bouwvlak" toegekend.

6.3. Op de verbeelding van het vorige bestemmingsplan "Buitengebied 1998" was aan het perceel Tweekarspelenweg 3 de bestemming "Agrarisch gebied met een open landschap" toegekend. Aan een gedeelte van deze gronden was de aanduiding "agrarisch bouwperceel" toegekend.

6.4. In de "Omgevingsvisie provincie Groningen 2016-2020", vastgesteld door provinciale staten op 1 juni 2016, staat: "Schaalvergroting en modernisering van de landbouw, hoe belangrijk ook voor de plattelandseconomie, kan op gespannen voet staan met onze landschaps- en natuurdoelen en andere maatschappelijke wensen. Om die reden is overleg en maatwerk van belang. Wij hebben hiervoor twee werkwijzen: de Bouwblok op maatmethode en het Groninger Verdienmodel die we hierbij toepassen.[…] Voor het vergroten van bestaande bouwblokken tot een omvang groter dan 1 ha, of het toekennen van nieuwe bouwblokken, geldt dat de Bouwblok op maatmethode (BOM) moet worden toegepast. Hierbij geldt in beginsel een bovengrens van maximaal 2 ha. Agrarische bouwpercelen met een omvang van 2 ha achten wij alleen toelaatbaar indien deze ten dienste...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT