Uitspraak Nº 21-001042. Rechtbank Noord-Holland, 2021-03-31

ECLIECLI:NL:RBNHO:2021:2757
Date31 Marzo 2021
Docket Number21-001042
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf

Locatie Alkmaar

Enkelvoudige raadkamer

Registratienummer: 21-001042

Parketnummer: 15-179439-20

Uitspraakdatum: 31 maart 2021

1 Ontstaan en loop van de procedure

Op 25 januari 2021 is op de griffie van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, ingekomen een door mr. I. Raterman ingediend bezwaarschrift van

[P], veroordeelde,

geboren op [geboortedatum],

wonende te [woonplaats],

domicilie kiezende te Amsterdam aan het Van der Helstplein 3 (1072 PH),

ten kantore van mr. I. Raterman, advocaat,

Het bezwaarschrift is gericht tegen het nader bepalen en verwerken van het DNA-profiel van veroordeelde, ten behoeve waarvan op bevel van de officier van justitie te Haarlem van 1 december 2020 op 31 januari 2021 bij veroordeelde celmateriaal is afgenomen.

Op 17 maart 2021 is dit bezwaarschrift in raadkamer behandeld.

Voor veroordeelde is verschenen mr. S.M. Hof, advocaat en kantoorgenoot van mr. Raterman, voornoemd. Ook was de moeder van veroordeelde aanwezig, mevrouw [B].

Tevens was aanwezig de officier van justitie mr. C. van Venrooij.

2 Standpunten
2.1.

Het standpunt van veroordeelde komt er - zakelijk weergegeven - op neer, dat in de Wet DNA ten aanzien van de positie die minderjarigen innemen in het strafproces een wetswijziging in de maak is, waarbij de Wet op een zodanige manier zal worden gewijzigd dat niet langer celmateriaal wordt afgenomen bij minderjarigen die zijn veroordeeld tot een taakstraf tot veertig uur. Bovendien betreft het hier een veroordeling ter zake van een strafbaar feit dat als een incident kan worden beschouwd, getuige ook de inhoud van de opgestelde rapportage van de Raad voor de Kinderbescherming en dat op grond van beschermende factoren en weinig risicofactoren het recidivegevaar in totaal als laag is te beschouwen.

2.2.

Het standpunt van de officier van justitie luidt, zakelijk weergegeven, dat het bezwaarschrift ongegrond dient te worden verklaard. De in de Wet genoemde uitzonderingen zijn niet van toepassing. De door de raadsvrouw aangehaalde wetswijziging betreft nog slechts een voornemen van de minister. Wel worden in dit kader en met het oog op die wetswijziging al landelijke afspraken en standaarden toegepast en die houden in dat, indien sprake is van een minderjarige first-offender die wordt veroordeeld tot een taakstraf van meer dan 40 uur en sprake is van een feit waarop een gevangenisstraf van 12 jaar of...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT