Uitspraak Nº 21-001065-18. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2020-12-23
ECLI | ECLI:NL:GHARL:2020:10791 |
Date | 23 Diciembre 2020 |
Docket Number | 21-001065-18 |
Court | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland) |
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-001065-18
Uitspraak d.d.: 23 december 2020
TEGENSPRAAK
Tussenarrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 6 februari 2018 met parketnummer 19-996509-12 in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1960,
wonende te [woonplaats] .
Het hoger beroep
De verdachte en de officier van justitie hebben tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 9 december 2020.
Het hof heeft kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr. S. Schuurman, naar voren is gebracht.
Het hof heeft voorts kennisgenomen van hetgeen door de advocaat-generaal naar voren is gebracht.
Standpunt van de verdediging
Gezien de wijze van ten laste leggen van het eerste tenlastegelegde feit, kan het hele feit opnieuw ter discussie komen te staan. De verdediging wenst op voorhand van het hof te weten of uiteindelijk bij bespreking van de feiten de verdediging zich nog dient te richten op de in eerste aanleg niet bewezenverklaarde elementen van de oorspronkelijke tenlastelegging.
Standpunt van de advocaat-generaal
Het openbaar ministerie zal zich alleen richten op de in eerste aanleg bewezenverklaarde feiten.
Oordeel van het hof
Hoewel sprake is van voortbouwend appèl, zal het hof, gelet op de onderlinge verwevenheid van in de tenlastelegging (op onderdelen) opgenomen feitelijkheden, in beginsel alle feiten in volle omvang aan de orde stellen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft in zijn appelschriftuur van 27 februari 2018 verzocht [getuige 6] als getuige te horen.
Standpunt van de advocaat-generaal
Tegen het horen van [getuige 6] heeft het openbaar ministerie geen bezwaar.
Oordeel van het hof
Het hof wijst het verzoek tot het horen van [getuige 6] toe op grond van het verdedigingsbelang. Ambtshalve ziet het hof aanleiding om ook mr. [getuige 7] van [advocatenkantoor 2] te horen, nu hij in hetzelfde traject heeft geadviseerd als [getuige 6] .
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft per e-mail van 2 december 2020 en...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT