Uitspraak Nº 217630/ KV RK 22-285. Rechtbank Noord-Nederland, 2022-10-18

ECLIECLI:NL:RBNNE:2022:3809
Docket Number217630/ KV RK 22-285
Date18 Octubre 2022
CourtRechtbank Noord-Nederland (Neederland)

beslissing

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Wrakingskamer

Locatie Leeuwarden

zaaknummer: 217630/ KV RK 22-285

parketnummer: [parketnummer]

Beslissing van de meervoudige wrakingskamer van 18 oktober 2022

op het verzoek tot wraking ingevolge artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van

[verzoeker] ,

geboren op [geboortedatum 1] te [geboorteplaats],

thans gedetineerd in de P.I. Leeuwarden,

hierna te noemen: verzoeker,

strekkende tot de wraking van

mr. J.G.W. Lootsma-Oude Nijeweme,

mr. A. de Jong,

mr. C. Krijger,

rechters van de meervoudige strafkamer in bovengenoemde rechtbank tijdens de behandeling van de strafzaak met parketnummer [parketnummer],

hierna te noemen: de rechters.

1 De procedure
1.1

De wrakingskamer heeft kennisgenomen van het navolgende processtuk:

het proces-verbaal van het op 18 oktober 2022 ter openbare terechtzitting gedane verzoek tot wraking, waarin het mondelinge wrakingsverzoek en de gronden daarvoor zijn vermeld.

1.2

Op 18 oktober 2022 is het verzoek ter openbare zitting behandeld door de wrakingskamer. Bij de mondelinge behandeling zijn verschenen: verzoeker en de rechters. Tevens is verschenen officier van justitie mr. R.G. de Graaf die tijdens de behandeling van voormelde strafzaak aanwezig was.

2 Het wrakingsverzoek
2.1

Het verzoek strekt tot wraking van de rechters van de meervoudige strafkamer in deze rechtbank tijdens de behandeling van de strafzaak tegen verzoeker als verdachte, met parketnummer [parketnummer].

2.2

Verzoeker heeft blijkens het proces-verbaal van het mondelinge verzoek en de toelichting op de mondelinge behandeling aan zijn verzoek ten grondslag gelegd dat de rechtbank ten onrechte heeft gesteld dat:

  • -

    de dagvaarding geldig is;

  • -

    de rechtbank bevoegd is van de zaak kennis te nemen;

  • -

    verzoeker de stukken tijdig heeft ontvangen.

Voorts heeft verzoeker ter zitting zijn gronden nog aangevuld stellende dat hij niet de benodigde middelen en faciliteiten heeft gekregen om zich deugdelijk op de zitting te kunnen voorbereiden. Verzoeker verwijst daarbij naar het EVRM en het feit dat hij zijn eigen verdediging voert.

2.3

De rechters hebben laten weten niet in de wraking te berusten en hebben op het verzoek gereageerd. Die reactie wordt hierna voor zover nodig besproken.

3 De beoordeling
3.1

De wrakingskamer heeft – zoals aangekondigd bij de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT