Uitspraak Nº 246484 / 12-4845. Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 2013-07-24

CourtRechtbank Zeeland-West-Brabant (Neederland)
ECLIECLI:NL:RBZWB:2013:7543
Docket Number246484 / 12-4845
Date24 Julio 2013
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Kanton

[Zaaknummer] [Rolnummer]

Zittingsplaats: Middelburg

zaak/rolnr.: 246484 / 12-4845

vonnis van de kantonrechter d.d. 24 juli 2013

in de zaak van

de vereniging

Vereniging van Eigenaren van Buitenplaats Hof van Zeeland,

gevestigd te Heinkenszand, gemeente Borsele,

eisende partij,

verder te noemen: de parkvereniging,

gemachtigde: mr. P.W. Huitema, advocaat te Groningen,

t e g e n :

[gedaagde],

wonende te [woonplaats], [land],

gedaagde partij,

verder te noemen: [gedaagde],

gemachtigde: mr. V. Schlegel, advocaat te Düren, Duitsland.

het verloop van de procedure

De procedure is als volgt verlopen:

- dagvaarding van 13 september 2013,

- conclusie van antwoord,

- comparitievonnis,

- akte met produktie van de parkvereniging,

- verschijning van partijen d.d. 19 februari 2013,

- conclusies van repliek en dupliek.

de beoordeling van de zaak

1.1. Buitenplaats Hof van Zeeland is een bungalowpark te Heinkenszand. Bij de ontwikkeling is gekozen voor een juridische constructie met mandeligheid. Voorafgaand aan de bouw is een deel van het parkterrein bestemd tot mandelige zaak ten behoeve van de 161 bouwkavels op het parkterrein. In de akte van mandeligheid d.d. 14 mei 1996 is onder F.1. bepaald dat het beheer van de mandelige zaak exclusief is opgedragen aan de parkver-eniging. In art. F.2 van die akte is bepaald:

“Onder beheer worden verstaan het verrichten, alle hiervoor onder D.1 tot en met D.4 bedoelde werkzaamheden, alsmede van alle overige handelingen welke dienstig kunnen zijn voor de instandhouding van de mandelige zaak.”

De parkvereniging heeft diverse werkzaamheden opgedragen aan Beheer Hof van Zeeland B.V. (verder: Beheer HvZ.) De parkvereniging brengt voor de diensten jaarlijks een bijdrage (verder: de parkbijdrage) in rekening bij de leden. De parkvereniging levert (via Beheer HvZ) ook diensten ten behoeve van de bungalows: het tuinonderhoud, schilderwerk, huur c.q. koop van de c.v.-ketel en het onderhoud daarvan.

1.2. [gedaagde] heeft de bungalow Hof van Zeeland 12 op het bungalowpark gekocht. De verkopers hebben, door een kettingbeding verplicht, bedongen dat [gedaagde] lid zou worden van de parkvereniging. [gedaagde] is lid geworden van de parkvereniging alsook gerechtigd in 1/161e aandeel in de mandelige zaak.

1.3. [gedaagde] heeft met toestemming van de parkvereniging een satellietschotel aan zijn bungalow bevestigd. Vanaf 2008 heeft de parkvereniging van [gedaagde] verlangd deze schotel te verwijderen. [gedaagde] heeft dat geweigerd, ondanks een sommatie d.d. 19 mei 2010.

1.4. Tot de diensten van de parkvereniging behoort het ter beschikking stellen van c.v.-ketels in de bungalows en het onderhoud daarvan. In mei 2010 heeft de parkvereniging besloten om de c.v.-ketels in de bungalows te vervangen. De gemachtigde van [gedaagde] heeft bij brief d.d. 28 juni 2010 meegedeeld dat [gedaagde] het daar niet mee eens is en zelf de verwarming zal verzorgen en het onderhoud zal regelen, aangezien er goedkopere aanbiedingen bestaan. [gedaagde] is vervolgens uitgesloten van de mogelijkheid om zijn bungalow te verhuren. Dat mag volgens het koopcontract uitsluitend via Hogenboom Vakantieparken.

1.5. Bij brief van 25 september 2010 heeft [gedaagde] zijn lidmaatschap van de parkvereniging opgezegd per 31 december 2010. Van de door [gedaagde] verschuldigde parkbijdrage voor 2010 is een bedrag van € 190,34 onbetaald gebleven.

1.5. De stichting Buitenplaats Hof van Zeeland (verder: de stichting) heeft [gedaagde] een factuur d.d. 20 januari 2011 gezonden voor de parkbijdrage van 2011 ad € 2.059,11, de helft vóór 31 januari 2011 te betalen op de bankrekening van de stichting. [gedaagde] heeft slechts een klein bedrag voldaan.

1.6. Op een uitnodiging van de parkvereniging voor overleg is [gedaagde] niet ingegaan. Bij brief d.d. 23 september 2011 heeft de parkvereniging vervolgens aan [gedaagde] meegedeeld dat hij een boete ad € 11.300,- heeft verbeurd. De stichting heeft [gedaagde] hiervoor een factuur d.d. 24 september 2011 gezonden. De stichting heeft [gedaagde] ook een factuur voor de parkbijdrage 2012 gezonden.

2.

De parkvereniging heeft een bevel gevorderd tot

a. het verwijderen en verwijderd houden van de schotel van de bungalow van [gedaagde] op straffe van een dwangsom,

alsook betaling van in totaal € 14.948,12 met rente, als volgt opgebouwd:

b. € 190,34 wegens restant parkbijdrage 2010,

c. € 1.494,79 wegens restant parkbijdrage 2011,

d. € 1.656,99 wegens restant parkbijdrage 2012,

e. € 11.300,- wegens contractuele boete,

f. € 306,- wegens buitengerechtelijke incassokosten,

De grondslag voor de vorderingen onder a, b, en e. is het lidmaatschap en de regels van de parkvereniging. De grondslag voor de vorderingen onder c. en d. is ongerechtvaardigde verrijking. [gedaagde] heeft deze vorderingen bestreden.

3.

[gedaagde] heeft vooraf aangevoerd dat niet de parkvereniging, maar de stichting de houder is van de vordering. Daarop heeft de parkvereniging gesteld dat de stichting door de parkvereniging is gemachtigd om namens haar verschillende facturen te verzenden en te innen. [gedaagde] heeft dat niet weersproken, zodat daarvan wordt uitgegaan. Uit de hiervoor vermelde feiten volgt dat de parkvereniging de rechthebbende van de vorderingen is, indien deze zullen blijken te bestaan.

4.1.

In de akte van mandeligheid d.d. 14 mei 1996 is bepaald dat het beheer van de mandelige zaak exclusief is opgedragen aan de parkvereniging. Deze bevoegdheid tot beheer omvat niet tevens het beheer van de bungalows, want die zijn geen mandelige zaak, maar privé-eigendom. Daarom kan de parkvereniging aan de akte van mandeligheid niet de bevoegdheid ontlenen om via de beheersovereenkomst beheerdiensten ten behoeve van de bungalows op te dragen aan Beheer HvZ. Dat volgt uit een zeer oud (Romeins) rechtsbeginsel: “Nemo plus iuris transferre potest quam ipse habet.”

4.2.

Mandeligheid geeft de parkvereniging geen bevoegdheid tot beheerdiensten of andere werkzaamheden ten behoeve van de bungalows. Wel is er een statutaire basis voor de parkbijdrage, zoals art. 2:34a BW vereist. Deze parkbijdrage is ter bestrijding van de kosten van de nastreving van de ruime doelstelling van de parkvereniging. Blijkens art. 2 van de statuten van de parkvereniging omvat de doelstelling van de vereniging veel meer dan het beheer van de mandelige zaak. Met zoveel woorden is in de doelstelling opgenomen het treffen van een uniforme regeling met betrekking tot de huur van de in de bungalow aanwezige zonneboiler c.q. zonnegascombi. Hieraan kan de parkvereniging een bevoegdheid ontlenen om besluiten te nemen over de c.v.-ketel in de bungalows. Het treffen van een regeling voor satellietschotels op het bungalowpark kan onder de ruime doelstelling van de parkvereniging worden gebracht.

satellietschotel

...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT