Uitspraak Nº 5042827. Rechtbank Oost-Brabant, 2016-07-08

ECLIECLI:NL:RBOBR:2016:3645
Date08 Julio 2016
Docket Number5042827
RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht

Zittingsplaats ‘s-Hertogenbosch

Zaaknummer : 5042827

EJ verz. : 16-274

Uitspraak : 8 juli 2016

in de zaak van:

[verzoeker] ,

wonende te [woonplaats] ,

verzoeker,

gemachtigde: mr. R.C.M. Klatten,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ferro Informatie Systemen B.V.,

gevestigd te Oss,

verweerster,

gemachtigde: mr. F.P.J. Schraa.

Partijen zullen in het vervolg worden aangeduid als “ [verzoeker] ” en “FIS”.

1 Het procesverloop
1.1.

[verzoeker] heeft een verzoek gedaan om, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, binnen twee dagen na betekening van deze beschikking:
I. FIS te veroordelen om aan [verzoeker] te voldoen het netto equivalent van € 8.168,00 bruto, dat het restant is van de op basis van 7:673 BW verschuldigde transitievergoeding, onder gelijktijdige toezending aan [verzoeker] van een schriftelijke en deugdelijke bruto/netto specificatie;
II. FIS te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van
€ 783,40;
III. FIS te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over de onder I. en II. genoemde bedragen vanaf het opeisbaar worden van deze bedragen tot de dag der algehele voldoening;
IV. FIS te veroordelen in de kosten van deze procedure.

1.2.

Het verzoekschrift, met producties, is op 29 april 2016 ter griffie ontvangen.
FIS heeft een verweerschrift ingediend en heeft op 16 juni 2016 per telefax nog aanvullende stukken toegezonden ten behoeve van de mondelinge behandeling.

1.3.

Op 17 juni 2016 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van het verhandelde ter zitting. Hierna is uitspraak bepaald.

2 De feiten
2.1. [verzoeker] , geboren op [geboortedatum] , is vanaf 1 maart 2005 tot en met 31 januari 2016 in dienst geweest bij FIS in de functie van cartografisch medewerker, tegen een bruto salaris van laatstelijk € 2.750,00, exclusief 8% vakantietoeslag.
2.2.

FIS heeft op 10 juli 2015 voor (onder meer) [verzoeker] een ontslagvergunning aangevraagd vanwege bedrijfseconomische redenen. Daarbij heeft FIS zich beroepen op de Overbruggingsregeling transitievergoeding voor kleine werkgevers (hierna Overbruggingsregeling) en heeft zij op basis van artikel 8 van de Ontslagregeling een daartoe strekkende verklaring aangevraagd.

2.3.

Bij beschikking van 11 augustus 2015 heeft het UWV de gevraagde toestemming om de arbeidsovereenkomst op te zeggen, verleend. Tevens heeft het UWV verklaard dat FIS niet aan alle voorwaarden voldoet voor de Overbruggingsregeling. Aangezien FIS in 2012 een positief nettoresultaat heeft behaald, heeft FIS geen negatief nettoresultaat over de drie boekjaren voorafgaand aan het boekjaar waarin de arbeidsovereenkomst van de werknemers eindigt of niet wordt voortgezet.

2.4.

Per brief van 31 augustus 2015 heeft FIS de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] opgezegd per 1 februari 2016, derhalve tegen een langere opzegtermijn.

2.5.

De gemachtigde van [verzoeker] heeft FIS per e-mail van 27 november 2015 om een bevestiging gevraagd dat de transitievergoeding bij de eindafrekening zal worden voldaan. In een e-mail van 30 november 2015 wordt de gevraagde bevestiging door de heer [naam directeur] , directeur van FIS, als volgt gegeven:
“Hierbij bevestig ik dat bij de formaliteiten omtrent de afwikkeling van het dienstverband van de heer [verzoeker] – waaronder de eindafrekening en transitievergoeding – uiteraard wordt gehandeld conform het gestelde in het BW en in de Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ontslagregeling).”
Hierop heeft de gemachtigde van [verzoeker] per e-mail van 30 november 2016 FIS het volgende bevestigingsbericht toegezonden:
“Dank voor uw onderstaande mail. Zonder uw tegenbericht ga ik ervan uit dat u met uw onderstaande mail bedoelt dat Ferro Informatie Systemen B.V. bij de eindafrekening onder meer de transitievergoeding aan cliënt de heer [verzoeker] , zal voldoen.”
Daarop is geen reactie van de zijde van FIS gekomen.

2.6.

Aan [verzoeker] is door FIS een transitievergoeding betaald ter hoogte van € 2.475,00. De gemachtigde van [verzoeker] heeft FIS per aangetekende brief van 8 april 2016 gesommeerd het restant van de transitievergoeding aan [verzoeker] te voldoen. FIS heeft hierop per e-mail van 14 april 2016 gereageerd, die door de gemachtigde van [verzoeker] per kerende e-mail is beantwoord. Op 22 april 2016 volgt een inhoudelijk reactie van FIS, waarin zij zich op het standpunt stelt dat de Overbruggingsregeling van toepassing is en dat zij om die reden geen hogere transitievergoeding verschuldigd is dan € 2.475,00 bruto.
Per e-mail van 22 april 2016 is FIS door [verzoeker] voor de laatste keer gesommeerd tot betaling over te gaan, onder toezending van het in te dienen verzoekschrift met producties en de aanbiedingsbrief aan de rechtbank Oost-Brabant.

3 Het verzoekschrift en het verweerschrift

3.1. [verzoeker] legt aan zijn verzoek ten grondslag dat FIS ten onrechte de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT