Uitspraak Nº 5582250 UE VERZ 16-730. Rechtbank Midden-Nederland, 2017-04-12

ECLIECLI:NL:RBMNE:2017:2008
Docket Number5582250 UE VERZ 16-730
Date12 Abril 2017
CourtRechtbank Midden-Nederland (Neederland)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht

kantonrechter

locatie Utrecht

zaaknummer: 5582250 UE VERZ 16-730 GLK/1126

Beschikking van 12 april 2017

inzake

[verzoeker] ,

wonende te [woonplaats] ,

verder ook te noemen [verzoeker] ,

verzoekende partij,

gemachtigde: mr. R.J. Sturkenboom,

tegen:

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[gedaagde sub 1] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

verder ook te noemen [gedaagde sub 1] ,

2. de vennootschap naar buitenlands recht

Zurich Insurance Public Limited Company,

gevestigd te Den Haag,

verder ook te noemen Zurich,

verwerende partijen,

gemachtigde: mr. J. Streefkerk.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het verzoekschrift, ingekomen op 30 november 2016;

  • -

    het verweerschrift;

  • -

    de akte productie van [verzoeker] van 22 februari 2017;

  • -

    de aantekeningen van de mondelinge behandeling van 23 februari 2017;
    - de pleitnota van [verzoeker] .

1.2.

Hierna is uitspraak bepaald.

2 De feiten
2.1.

[verzoeker] was als servicemonteur in dienst bij [gedaagde sub 1] . Hij verrichtte zijn werkzaamheden in een nevenvestiging van [gedaagde sub 1] in [vestigingsplaats] .

2.2.

Op 31 oktober 2012 heeft [verzoeker] bij de uitoefening van zijn werkzaamheden ernstige brandwonden opgelopen aan zijn linkerhand en -onderarm. Hij was op dat moment bezig met het demonteren en reinigen van een zogenoemde wormkast van een hydraulische kraan. Na gedeeltelijke demontage had hij de wormkast handmatig gereinigd in een ontvetbak en daarbij de reinigingsvloeistof Ecosol 60A (hierna ook: Ecosol) gebruikt. Nadat hij de wormkast had droog geblazen wilde hij de wormkast verder demonteren. Omdat dit niet op de gebruikelijke wijze lukte, heeft [verzoeker] , na overleg met de werkplaatschef, de wormkast vastgezet om te proberen met een handslijpmachine de naaf van de wormkast los te krijgen. Tijdens het slijpen is brand ontstaan en heeft [verzoeker] brandwonden opgelopen.

2.3.

De Inspectie SZW van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft onderzoek gedaan naar de omstandigheden waaronder het ongeval van 31 oktober 2012 heeft plaatsgevonden. In het boeterapport van de Inspectie SZW van 26 februari 2013 is onder meer het volgende opgenomen:

De precieze omstandigheden rondom het ongeval zijn echter niet meer te achterhalen. Wel is met zekerheid te stellen dat ten tijde van het ongeval de drie factoren die een rol spelen bij het ontstaan van brand, in de juiste verhouding, aanwezig moeten zijn geweest, anders had de linkermouw van het slachtoffer dan wel de damp rondom de mouw niet vlamgevat. Deze drie factoren zijn een brandbare stof / brandstof, zuurstof en hitte / voldoende hoge ontbrandingstemperatuur / ontstekingsenergie.

De brandbare stof / brandstof is zeer waarschijnlijk de reinigingsvloeistof Ecosol 60A geweest, waarmee het slachtoffer reinigingswerkzaamheden had uitgevoerd. Deze vloeistof zat waarschijnlijk in of op de linkermouw, dan wel hing als vloeistofdamp rondom die mouw. Ecosol 60A heeft een hoog vlampunt van > 60˚C. Op bladzijde 2 van het productinformatieblad van Ecosol 60A staat bij ‘Opmerkingen’ genoemd “ verwijderd houden van ontstekingsbronnen en vervuiling vormt een kritisch punt en dient onder voortdurende controle te staan ”. In het productinformatieblad staat verder niet genoemd en uitgewerkt wat er onder vervuiling wordt verstaan, wat er moet worden gecontroleerd en op welke termijn en wijze controle plaats moet vinden. Het slachtoffer had zelf ongeveer 4 maanden voor zijn ongeval de 200 liter reinigingsvloeistof Ecosol 60A vervangen voor nieuwe vloeistof. Het bedrijf vervangt jaarlijks de reinigingsvloeistof.

Gezien het feit dat de resten stof van de door het slachtoffer gedragen overall en trui, relatief onbeschadigd zijn en in ieder geval niet door het vuur verteerd zijn, is de optie van het vlam vatten van de damp rondom de mouw van het slachtoffer, het meest aannemelijk. (…)

De 2e factor, zuurstof, is aanwezig in de lucht die wij inademen.

Met betrekking tot de 3e factor, hitte, voldoende hoge ontbrandingstemperatuur en/of ontstekingsenergie, kan het volgende worden gesteld. Door uitsluiting van andere ontstekingsbronnen, t.w. een brandende sigaret, aansteker in de overall van de heer [verzoeker] en de door hem gebruikte handslijpmachine, blijven statische elektriciteit en/of hete metaaldeeltjes die vrij kwamen tijdens de slijpwerkzaamheden van het slachtoffer en/of de vonkenregen die ontstaat tijdens die werkzaamheden, over als de meest waarschijnlijke ontstekingsbronnen.

2.4.

Bij besluit van 20 augustus 2013 heeft de Inspectie SZW aan [gedaagde sub 1] een boete opgelegd van € 9.000,00 vanwege overtreding van artikel 4.6 lid 1 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (hierna: het Arbobesluit). In dit artikel is bepaald dat een werkgever aan haar zorgplicht heeft voldaan, onder meer indien zij in alle gevallen waarin werknemers worden of kunnen worden blootgesteld aan gevaarlijke stoffen zodanige maatregelen heeft getroffen dat het gevaar, dat zich met betrekking tot die stoffen of met betrekking tot de arbeid met die stoffen een ongewilde gebeurtenis voordoet, zoveel mogelijk is vermeden.

2.5.

[gedaagde sub 1] heeft bezwaar aangetekend tegen het besluit van 20 augustus 2013. Bij besluit van 17 december 2013 heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dit bezwaar gegrond verklaard en het besluit van 20 augustus 2013 ingetrokken. In deze beslissing op bezwaar is onder meer het volgende opgenomen:


Ik constateer dat de toedracht niet zodanig duidelijk is, dat vastgesteld kan worden dat er sprake is van een overtreding van artikel 4.6, eerste lid Arbobesluit. Het opleggen van een boete is een punitieve sanctie, waarbij de bewijslast met betrekking tot het vaststellen van de overtreding bij het bestuursorgaan ligt. Niet vastgesteld kan worden dat [gedaagde sub 1] onvoldoende maatregelen heeft getroffen en dat het gevaar niet zoveel mogelijk is vermeden. Hierbij speelt een rol...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT