Uitspraak Nº 6216689 AE VERZ 17-62. Rechtbank Midden-Nederland, 2017-10-04

ECLIECLI:NL:RBMNE:2017:4975
Docket Number6216689 AE VERZ 17-62
Date04 Octubre 2017
CourtRechtbank Midden-Nederland (Neederland)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht

kantonrechter

locatie Amersfoort

zaaknummer: 6216689 AE VERZ 17-62 SW/1581

Beschikking van 4 oktober 2017

inzake

de vennootschap onder firma

[verzoekster] ,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

verder ook te noemen [verzoekster] ,

verzoekende partij,

gemachtigde: mr. J. Ramnath,

tegen:

[verweerster] ,

wonende te [woonplaats] ,

verder ook te noemen [verweerster] ,

verwerende partij,

gemachtigde: mr. M. Hille Ris Lambers.

1 Het verloop van de procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het verzoekschrift van [verzoekster] , ter griffie ingekomen op 4 augustus 2017, met 8 producties;

  • -

    het verweerschrift van [verweerster] , ter griffie ingekomen op 29 augustus 2017, met 7 producties;

  • -

    aanvullende producties 1 tot en met 5 van [verzoekster] ;

  • -

    producties 8 tot en met 11 van [verweerster] ;

  • -

    de aanvullende productie 6 van [verzoekster] ;

  • -

    de pleitnota van [verzoekster] ;

  • -

    de pleitnota van [verweerster] ;

1.2.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 8 september 2017. Van het verhandelde ter zitting is aantekening gehouden.

1.3.

Hierna is uitspraak bepaald.

2 De feiten
2.1.

[verweerster] , geboren op [1988] , is sinds 1 augustus 2011 in dienst van [verzoekster] , aanvankelijk in de functie van hairstylist met een arbeidsomvang van 36 uur per week. Zij is thans werkzaam in de functie van Topstylist/Salon Manager voor 32,5 uur per week. De arbeidsovereenkomst geldt als te zijn aangegaan voor onbepaalde tijd. Het salaris bedraagt € 2.043,92 bruto per maand.

2.2.

Op de arbeidsovereenkomst is de cao Kappers van toepassing. Daarin is onder meer het volgende opgenomen:

‘(…)

7.5

Te veel of te weinig vakantie opnemen

a. Te veel opgenomen dagen: Als de werknemer in een jaar meer vakantiedagen heeft opgenomen dan waarop hij recht heeft, mag de werkgever hem deze dagen laten inhalen. De werkgever mag ze ook verrekenen met nog op te bouwen vakantiedagen.

b. Verbod op afkoop vakantiedagen: Het recht op vakantie mag niet worden vervangen door een betaling in geld.

Op deze regel kan alleen een uitzondering worden gemaakt bij beëindiging van het dienstverband (zie artikel .9)

(…)

8.3

Arbeidsongeschiktheid en vakantiedagen

a. Opbouwen van extra dagen/inleveren van dagen: De werknemer die in de periode 1 januari tot 1 juli niet ziek is, heeft recht op één extra vakantiedag. (…).

(…)’

2.3.

Op de loonstroken is het volgende verlofsaldo opgenomen:

- Januari 2017 -65,82

- Februari 2017 -59,24

- Maart 2017 -94,56

- April 2017 -81,08

- Mei 2017 -78,70

- Juni 2017 -63,52

2.4.

Op 1 juni 2017 heeft [verweerster] telefonisch toestemming verzocht om zes dagen verlof op te mogen nemen in verband met het verrichten van nevenwerkzaamheden in Spanje (een fotoshoot, waar zij als model zou werken) voor [naam] , van 19 tot en met 26 juli 2017.

2.5.

[verzoekster] heeft aangegeven dat [verweerster] al teveel verlofuren in de min staat, zodat zij enkel de dagen voor de fotoshoot vrij krijgt (met behoud van salaris), indien haar loonkosten en een deel omzetderving worden betaald door betaling van een aan [naam] gerichte factuur van € 1.873,13 exclusief btw (€ 2.266,48 inclusief btw).

2.6.

[verweerster] heeft aangegeven het niet eens te zijn met de factuur en met het aantal verlofuren dat zij in de min zou staan.

2.7.

Bij brief van 18 juli 2017 heeft [verzoekster] aan [verweerster] geschreven:

‘Afgelopen week heb ik van je vernomen dat je voornemens bent morgen 19-07-2017 naar Valencia te gaan voor een fotoshot. Zoals ik je reeds heb vermeld heb je geen verlofuren meer over en sta je reeds ver in de min. Ik kan dan ook niet toestaan dat je morgen niet op het werk bent. (…)

Mocht je onverhoopt toch besluiten om alsnog te gaan dan zie ik dat als werkweigering en ben ik genoodzaakt verdere stappen te nemen. (…) Daarnaast geldt dat je op grond van de voor jou geldende Cao ook een verbod op nevenwerkzaamheden hebt. (…) Ik geef je uitdrukkelijk geen toestemming om nevenwerkzaamheden (…) te verrichten.

Je hebt als salonmanager en topstylist een voorbeeld functie voor de rest van het personeel en ik vind het erg vervelend dat je je zo opstelt. (…)

(…) Deze waarschuwing wordt meegenomen in je personeelsdossier. Dit zou kunnen leiden tot ontslag. (…)

2.8.

Bij brief van 18 juli 2017 heeft de gemachtigde van [verweerster] teruggeschreven:

‘(…) Op zich heeft cliënte op basis van het gehele jaar 2017 voldoende vakantiedagen om binnen de betreffende periode verlof op te nemen echter, conform de mogelijkheid die de van toepassing zijn CAO daarvoor biedt, wenst [verzoekster] nog op te bouwen vakantiedagen te verrekenen met volgens haar teveel opgenomen dagen in 2016. Cliënte heeft berekend dat zij in dat geval, er van uit gaande dat er niet met de wettelijke vakantiedagen mag worden verrekend, 2 vakantiedagen te kort zou komen.

(…) Verder is het duidelijk dat [verzoekster] cliënte wil laten betalen voor haar eigen verlof. [verzoekster] wil immers een deel van haar vergoeding van [naam] incasseren, dit zonder enig recht of titel. [verzoekster] voert aan dat zij omzet derft als cliënte verlof op neemt, echter tijdens het opnemen van reguliere vakantiedagen brengt zij werknemers ook geen kosten in rekening (…).

Nu [verzoekster] te kennen heeft gegeven dat het voor cliënte mogelijk is om van 19 juli tot en met 26 juli 2017 afwezig te zijn, bestaat er geen zwaarwegend belang voor [verzoekster] om het verlof in te trekken enkele omdat cliënte niet aan de door haar gestelde, zeer dubieuze, voorwaarden wil voldoen. (…)

Cliënte neemt vanaf morgen haar onbetaalde verlof op en zal niet aan de daarbij door [verzoekster] gestelde voorwaarden voldoen. (…)’

2.9.

[verweerster] is in de periode 19 tot en met 26 juli 2017 niet op haar werk verschenen.

2.10.

[verweerster] is vervolgens op non-actief gesteld.

3 Het verzoek en het verweer
3.1.

[verzoekster] verzoekt op grond van het bepaalde in artikel 7:671b lid 1 onder a en artikel 7:669 lid 3 sub e BW om ontbinding van de arbeidsovereenkomst van partijen op zo kort mogelijke termijn, zonder toekenning van een transitievergoeding.

3.2.

[verzoekster] voert daartoe aan dat [verweerster] verwijtbaar heeft gehandeld, gelet op het feit dat [verweerster] verlof heeft opgenomen, terwijl zij hiervoor geen toestemming had. [verweerster] wist dat [verzoekster] niet kon instemmen met het verlof, omdat er sprake was van minuren en [verzoekster] geen omzet wilde mislopen. [verweerster] had per 1 januari 2017 65,82 minuren en per 1 juli 2017 is dit opgelopen naar 84,57 minuren (hetgeen zij in de e-mail van 3 juli 2017 aan [verweerster] heeft bericht).

3.3.

[verweerster] voert verweer. Zij stelt zich op het standpunt dat geen redelijke grond voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst bestaat. Het is niet zo dat zij zoveel minuren had. Het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT