Uitspraak Nº 7376819 AZ VERZ 18-124. Rechtbank Limburg, 2019-01-24

ECLIECLI:NL:RBLIM:2019:626
Docket Number7376819 AZ VERZ 18-124
Date24 Enero 2019

beschikking

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Maastricht

Zaaknummer: 7376819 AZ VERZ 18-124

Beschikking van de kantonrechter van 24 januari 2019

in de zaak van

[verzoeker]

wonend in [woonplaats]

verzoekende partij

gemachtigde mr. G.J.E. Schoofs, advocaat in Heerlen (toev. 1 IL 3987)

tegen

STICHTING MEANDERGROEP ZUID-LIMBURG

gevestigd in Landgraaf

verwerende partij

gemachtigde mr. C.A.H. Lemmens in Heerlen.

Partijen zullen hierna [verzoeker] en Meander genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het verzoekschrift met zes bijlagen

  • -

    de door [verzoeker] nagezonden bijlage 7

  • -

    het verweerschrift met bijlagen

  • -

    de ‘akte eiswijziging/eisvermeerdering, tevens overlegging productie’

  • -

    de ‘akte houdende verweer tegen vermeerdering/aanvulling verzoeken’

  • -

    de mondelinge behandeling op 15 januari 2019 waarbij mr. Schoofs een pleitnota heeft overgelegd.

1.2.

Ten slotte is beschikking bepaald op heden.

2 De feiten
2.1.

[verzoeker] is op 1 november 2016 op grond van een arbeidsovereenkomst in dienst getreden van Meander in de functie van leerling verpleegkundige voor 28 uur per week. De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor bepaalde tijd tot en met 2 september 2017 ter invulling van het praktijkgedeelte van de door [verzoeker] te volgen opleiding tot Verpleegkundige niveau 4.

2.2.

In februari 2017 is de moeder van [verzoeker] ernstig ziek geworden. Bij haar was kanker vastgesteld. [verzoeker] heeft Meander en zijn opleidingscoördinator hierover geïnformeerd. Meander was dus op de hoogte en in overleg met Meander is het eindmoment van de door [verzoeker] te volgen opleiding mede daarom verlegd van 31 oktober 2017 naar (uiteindelijk) 28 februari 2018. Reden hiervoor was dat [verzoeker] door de ziekte van zijn moeder niet in staat was de opdrachten voor de opleiding ten volle uit te voeren. Na een intensief behandeltraject is de moeder van [verzoeker] genezen verklaard.

2.3.

Met ingang van 1 januari 2018 is [verzoeker] op grond van een arbeidsovereenkomst voor gemiddeld 32 uur per week (te meten over één jaar) in dienst van Meander getreden in de functie Verzorgende plus. De arbeidsovereenkomst vermeldt dat deze voor onbepaalde tijd is aangegaan ‘onder voorbehoud van behalen diploma Verpleegkundige’. Het overeengekomen loon bedraagt met ingang van die datum
€ 2.223,70 bruto per maand.

2.4.

In april 2018 is bij de moeder van [verzoeker] opnieuw kanker geconstateerd en is wederom een intensief behandeltraject gestart. [verzoeker] heeft zijn direct leidinggevende bij Meander, [naam leidinggevende] (hierna: [naam leidinggevende] ), hierover geïnformeerd.

2.5.

Met ingang van 1 mei 2018 is de functie van [verzoeker] gewijzigd in de functie Verpleegkundige. Voor het overige is de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] met ingang van die datum ongewijzigd gebleven.

2.6.

Bij e-mailbericht van 3 juli 2018 heeft [verzoeker] aan [naam leidinggevende] het volgende medegedeeld:

“Ik ben ondertussen maanden bezig om mijn diensten inorde te krijgen. Elke maand blijf ik iedereen aanspreken en achter de feiten aanlopen omdat er totaal geen rekening wordt gehouden met mij en mijn contracturen. Tot heden is er nog steeds geen verandering.

Ik heb vandaag gemerkt dat het mij TE VEEL word met de gevolgen van dien. Ik zou graag op zeer korte termijn een gesprek met u hierover willen hebben omdat ik merkt dat het niet lang meer zal duren voordat ik dit niet meer volhoud.”

2.7.

Op 15 augustus 2018 heeft [verzoeker] zich via e-mail bij [naam leidinggevende] ziekgemeld met griepklachten. [naam leidinggevende] heeft diezelfde dag geprobeerd telefonisch contact met [verzoeker] te krijgen. [verzoeker] was telefonisch niet bereikbaar.

2.8.

Op 16 augustus 2018 heeft de bedrijfsarts van Meander geprobeerd [verzoeker] thuis te bezoeken. De bedrijfsarts heeft [verzoeker] niet thuis aangetroffen.

2.9.

[naam leidinggevende] heeft daarna alsnog telefonisch contact met [verzoeker] gehad en daarbij medegedeeld dat zij, zodra hij hersteld zou zijn, een verzuimgesprek met hem wenste te voeren.

2.10.

Op 23 augustus 2018 heeft het verzuimgesprek plaatsgevonden. Tijdens dit gesprek heeft [naam leidinggevende] [verzoeker] in ieder geval gewezen op de regels omtrent ziek- en hersteldmelding.

2.11.

Op 25 augustus 2018 heeft [verzoeker] zijn werkzaamheden hervat.

2.12.

Bij e-mailbericht van 26 augustus 2018 heeft [verzoeker] het volgende aan [naam leidinggevende] medegedeeld:

“Ben vandaag wederom extreem te laat. Ik merk dat dit verder niet goed gaat komen. Ik wil graag mijn ontslag indienen voordat ik ontslagen ga worden. Het is me te veel geworden.”

2.13.

Bij e-mailbericht van diezelfde dag heeft [naam leidinggevende] het volgende aan [verzoeker] medegedeeld:

“Zojuist heb ik je telefonisch gesproken.

We hebben onderstaande afgesproken:

  • -

    Je gaat als eerste een ontslagbrief schrijven waarin je aangeeft per wanneer je ontslag neemt en die voorzien is van je handtekening.

  • -

    We hebben woensdag a.s. 29-8 een exitgesprek om jouw ontslag op eigen verzoek in goede banen te leiden. In dit gesprek zal onze social control mw. [naam social controller] ook aanwezig zijn om rechten en plichten van beide partijen toe te lichten en te adviseren.

  • -

    Ik vertel vanmiddag in Eschveld dat je deze week niet aanwezig bent en dat we woensdag afspraken gaan maken omtrent je vertrek en uitwerkperiode.”

2.14.

Op 27 augustus 2018 heeft [naam leidinggevende] het volgende via e-mail aan [verzoeker] medegedeeld:

“Dankjewel voor je mail. Ik zal de procedures opstarten. Ik...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT