Uitspraak Nº 740039-14. Rechtbank Gelderland, 2020-04-14

CourtRechtbank Gelderland (Neederland)
ECLIECLI:NL:RBGEL:2020:2324
Date14 Abril 2020
Docket Number740039-14
RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en jeugdrecht

Zittingsplaats: Zutphen

Meervoudige Raadkamer voor jeugdstrafzaken

Parketnummer: 05/720040-16

Datum (telefonische) zitting: 7 april 2020

Datum uitspraak: 14 april 2020

Tussenbeschikking op de vordering tot verlenging plaatsing in een inrichting voor jeugdigen

met betrekking tot de veroordeelde:

[veroordeelde] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,

thans verblijvende in Forensische Centrum Teylingereind te Sassenheim,

Raadsman: mr. M.S. Rozenbeek , advocaat te Bloemendaal.

De procedure

De raadkamer heeft kennis genomen van de op 18 februari 2020 bij de griffie van deze rechtbank ingekomen vordering van de officier van justitie in dit arrondissement.

De vordering strekt tot verlenging met 9 maanden van de bij arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 6 maart 2018 opgelegde maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (hierna: PIJ-maatregel) met betrekking tot [veroordeelde] , voornoemd.

Vanwege de door de Rijksoverheid en de Rechtspraak genomen maatregelen in verband met het coronavirus was een reguliere zitting op de rechtbank niet mogelijk. Daarom is op voorhand overleg geweest met de officier van justitie, de raadsman en de veroordeelde (verder: [veroordeelde] ). Met instemming van allen is [veroordeelde] door de voorzitter en in aanwezigheid van de griffier gehoord in raadkamer van 7 april 2020 via Skype for Business. [veroordeelde] en zijn raadsman bevonden zich op de locatie Forensisch Centrum Teylingereind te Sassenheim. De voorzitter en de griffier bevonden zich op de rechtbank, locatie Zutphen. Voorafgaande aan dit horen hebben de officier van justitie en de raadsman aangegeven geen vragen te hebben voor de gedragswetenschapper. Wel heeft de gedragswetenschapper, mw. [naam 1] , op verzoek van de voorzitter voorafgaand aan de zitting een aanvulling op en actualisatie van het verlengingsadvies toegezonden, zoals hieronder is opgenomen. Na afloop van het horen is onmiddellijk proces-verbaal opgemaakt waarna dit is verstrekt aan de raadsman, de officier van justitie en aan het dossier toegevoegd. De zittingscombinatie heeft daarop besloten de officier van justitie om nadere informatie te vragen over:

  • -

    de termijn die de reclassering nodig heeft voor het opstellen van een rapport om de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging te onderzoeken;

  • -

    de mogelijkheden van de reclassering om onder de huidige omstandigheden ook daadwerkelijk toezicht uit te oefenen op eventuele voorwaarden.

De raadkamer heeft verder kennis genomen van de processtukken, waaronder:

- de aantekeningen als bedoeld in artikel 6:6:31, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering, en

- het (ongedateerde) advies van Forensisch Centrum Teylingereind, waarin wordt geadviseerd tot verlenging van de maatregel met een periode van 9 maanden;

- de aanvulling op het verlengingsadvies d.d. 6 april 2020, opgesteld door mw. [naam 2] (manager behandeling en observatie) en ingestuurd per e-mailbericht door

mw. [naam 1] , GZ-psycholoog/ gedragswetenschapper Forensisch Centrum Teylingereind;

- het proces-verbaal van het horen van [veroordeelde] op 7 april 2020;

- het standpunt van de officier van justitie per e-mailberichten van 1 april 2020, 7 april 2020 en 10 april 2020;

- de informatie van reclasseringsmedewerker mw. [naam 3] van GGZ Reclassering Fivoor Heerhugowaard per e-mailbericht van 10 april 2020;

- het standpunt van mr. M.S. Rozenbeek per e-mailbericht van 10 april 2020.

De overwegingen

Uit het verlengingsadvies van Teylingereind volgt – samengevat - het volgende.

Bij [veroordeelde] is sprake van ADHD, een andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis en langdurig polyform drugsgebruik, waardoor sprake is geweest van disfunctioneren op verschillende levensterreinen.

Sinds zijn vroege leeftijd heeft [veroordeelde] te maken gehad met onveiligheid, verlating en (verbaal) geweld. De onveiligheid heeft waarschijnlijk geleid tot een groot gevoel van wantrouwen ten aanzien van zijn omgeving en zichzelf. Het drugsgebruik om deze gevoelens te kunnen verdragen, heeft geleid tot een hardnekkige verslaving, delict gedrag en een anti sociaal netwerk.

De PIJ-maatregel is voor [veroordeelde] effectief gebleken. Hij werkt actief mee aan behandeling. Hij is intrinsiek gemotiveerd voor gedragsverandering, laat positief gedrag zien en is aanspreekbaar op minder goed gedrag. Bij tegenslag is zijn primaire reactie een verdedigende houding. Als de ander vindt dat hij niet hard genoeg werkt, lijkt hij actief afwijzing te zoeken en van het ergste uit te gaan. Er is nog veel tijd en aandacht nodig om hem te helpen om te gaan met tegenslagen. Wel heeft [veroordeelde] al geleerd beter te reflecteren op zijn eigen aandeel maar het aangeleerde gedrag is niet altijd zichtbaar wat maakt dat er nog veel aandacht moet zijn in een behandelsetting. Vanuit die structuur kan hij oefenen met zijn vaardigheden en is op langere termijn de kans op terugval kleiner. Zeer positief is ook dat de urinecontroles van [veroordeelde] sinds 26 maart 2019 allemaal negatief zijn geweest. [veroordeelde] ervaart veel steun van zijn familie en zet zich nog steeds in voor het 12-stappen plan.

Tijdens het onbegeleid verlof houdt [veroordeelde] zich aan de afspraken. Hij maakt vooraf een goede planning, is tijdens controles op de aangewezen plekken, is tijdig terug in Teylingereind en maakt verlofevaluaties. Dit alles maakt dat er in 2020 gekeken zal worden naar uitbreiding van de verlofstatus middels een meerdaags onbegeleid verlofstatus. Dit geeft hem...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT