Uitspraak Nº 8020281 CV EXPL 19-6058. Rechtbank Limburg, 2019-09-30

ECLIECLI:NL:RBLIM:2019:8799
Date30 Septiembre 2019
Docket Number8020281 CV EXPL 19-6058
RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht

Burgerlijk recht

Zaaknummer: 8020281 CV EXPL 19-6058

Vonnis van de kantonrechter van 30 september 2019

in het kort geding van

[eiser] ,

wonend in [woonplaats] ,

eisende partij,

gemachtigde mr. J.G. Galama

tegen

[gedaagde] ,

wonend in [woonplaats] aan de [adres] ,

gedaagde partij,

gemachtigde mr. K.A.M..J. Horsch.

Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het exploot van dagvaarding d.d. 10 september 2019

  • -

    de op 19 september 2019 ter griffie per e-mail ontvangen producties de van de zijde van [gedaagde]

  • -

    de mondelinge behandeling ter zitting van 23 september 2019, waar partijen hun standpunten nader hebben toegelicht, de gemachtigde van [gedaagde] aan de hand van een pleitnota.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten
2.1.

[gedaagde] huurt van [eiser] de woning aan de [adres] tegen een bij vooruitbetaling verschuldigde huurprijs van € 900,00 per maand inclusief servicekosten.

3 De vordering en het geschil
3.1.

[eiser] vordert - na eisvermindering ter zitting - de veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 2.100,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vervaldatums van de onbetaald gelaten huurtermijnen, alsmede een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten ad € 485,00, een en ander onder verwijzing van [gedaagde] in de proceskosten.

3.2.

Bij exploot vorderde [eiser] nog de ontruiming van het gehuurde, doch dat onderdeel heeft hij ter zitting ingetrokken omdat de huurachterstand volgens hem op dat moment - door een inmiddels ontvangen betaling, zo begrijpt de kantonrechter - minder dan drie maandtermijnen bedroeg. Dit impliceert dat het in het exploot gevorderde onder 5, te weten de veroordeling tot betaling van de huur voor elke maand na 1 oktober 2019 dat [gedaagde] verzuimt de woning te verlaten en ontruimd te houden, eveneens niet langer wordt gehandhaafd.

3.3.

Ter zitting heeft de gemachtigde van [eiser] nog te kennen gegeven dat hij de maand oktober 2019 ook nog ‘even wil meenemen’ (waarmee hij dan kennelijk bedoelde om de eis te vermeerderen), doch dat had dan, zoals de kantonrechter ter zitting al heeft medegedeeld, schriftelijk dienen te gebeuren (art. 130 Rv) zodat daar verder aan voorbij gegaan dient te worden.

3.4.

Dat de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT