Uitspraak Nº 9424722 CV EXPL 21-12789. Rechtbank Amsterdam, 2022-10-25
ECLI | ECLI:NL:RBAMS:2022:5906 |
Docket Number | 9424722 CV EXPL 21-12789 |
Date | 25 Octubre 2022 |
Court | Rechtbank Amsterdam (Neederland) |
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9424722 CV EXPL 21-12789
vonnis van: 25 oktober 2022
fno.: 33806
vonnis van de kantonrechter
I n z a k e
de stichting Woningstichting Eigen Haard
gevestigd te Amsterdam
eiseres
nader te noemen: Eigen Haard
gemachtigde: mr. T.W. Jaburg
t e g e n
wonende te [woonplaats]
nader te noemen: [gedaagde 1]
gemachtigde: mr. A.W. van Dalen
wonende te [woonplaats]
nader te noemen: [gedaagde 2]
gemachtigde: mr. R.A.P. de Jager,
gedaagden.
VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Op 17 mei 2022 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis heeft [gedaagde 2] bewijs geleverd van haar inkomen over 2020.
Eigen Haard heeft bij antwoordakte gereageerd op de door [gedaagde 2] overgelegd stukken.
[gedaagde 1] heeft bij akte gereageerd op de akte van Eigen Haard.
Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Beoordeling
-
In deze procedure gaat het om de vraag of Eigen Haard de tussen partijen gesloten huurovereenkomst rechtsgeldig heeft vernietigd op grond van dwaling en/of bedrog, dan wel of de rechter de huurovereenkomst op die grond moet vernietigen.
-
Artikel 6:228 lid 1 sub a Burgerlijk Wetboek (BW) bepaalt dat een overeenkomst die tot stand is gekomen onder invloed van dwaling en bij een juiste voorstelling van zaken niet zou zijn gesloten, vernietigbaar is indien de dwaling te wijten is aan een inlichting van de wederpartij, tenzij deze mocht aannemen dat de overeenkomst ook zonder deze inlichting zou worden gesloten.
3. De “inlichting” waar het hier om gaat, betreft de informatie die [gedaagde 1] en [gedaagde 2]
volgens Eigen Haard aan haar hebben verstrekt over het inkomen van [gedaagde 2] . Zij zijn in de gelegenheid gesteld gegevens te verstrekken die zij voorafgaand aan het sluiten van de huurovereenkomst hebben ingediend met betrekking tot het inkomen van [gedaagde 2] .
4. [gedaagde 2] heeft bij akte een arbeidsovereenkomst overgelegd waaruit blijkt dat zij met ingang van 1 juni 2019 voor de duur van zeven maanden werkzaam was voor Sodexo Altys B.V. in de functie van receptioniste II op basis van 27,5 uur per week. Tevens is een verklaring van de belastingdienst overgelegd van 22 mei 2022 waarin wordt vermeld dat op 18 februari 2021 een inkomen van...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT