Uitspraak Nº AWB 17 / 1506. Rechtbank Den Haag, 2017-10-26
ECLI | ECLI:NL:RBDHA:2017:12749 |
Date | 26 Octubre 2017 |
Docket Number | AWB 17 / 1506 |
Court | Rechtbank Den Haag (Neederland) |
RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Roermond
Bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 17/1506
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 oktober 2017 in de zaak tussen
[eiser] , eiser
(gemachtigde: mr. J.A. Pieters),
en
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, thans de Minister van Veiligheid en Justitie, verweerder
(gemachtigde: D. Berben).
Procesverloop
Bij besluit van 24 november 2016 (het primaire besluit) heeft verweerder krachtens artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000 ( hierna: Vw 2000) bepaald dat aan eiser met ingang van 17 november 2016 uitstel van vertrek wordt verleend voor de duur van de opname in Transcultureel Psychiatrisch Centrum Veldzicht, met een maximum van een half jaar en wel tot 17 mei 2017.
Bij besluit van 27 december 2016 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser tegen het primaire besluit kennelijk ongegrond verklaard.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 oktober 2017. Zowel eiser als zijn gemachtigde zijn, na voorafgaande berichtgeving, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Overwegingen
1. Eiser is geboren op [geboortedag] 1998 en heeft de Afghaanse nationaliteit. Voorafgaand aan de onderhavige procedure heeft eiser op 29 oktober 2013 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag is bij besluit van 11 maart 2014 afgewezen. Het hiertegen ingestelde beroep is ongegrond verklaard en deze ongegrond-verklaring is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) bij uitspraak van 25 februari 2015 bevestigd. Eiser heeft vervolgens op 13 oktober 2015 een aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘overige humanitaire gronden’ ingediend. Deze aanvraag is afgewezen bij besluit van 2 november 2015. Tegelijkertijd heeft verweerder toen wel (op grond van een BMA advies van 8 september 2015) ambtshalve uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vw 2000 verleend en wel van 2 november 2015 tot 2 november 2016. Na het afwijzende besluit van 25 november 2015 heeft eiser op 23 mei 2016 nog een tweede aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd gedaan. Deze is bij besluit van 5 juli 2016 afgewezen. Het tegen dit besluit ingestelde beroep is ongegrond verklaard.
2. Vervolgens heeft eiser in de onderhavige zaak op...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT