Uitspraak Nº AWB - 19 _ 4038. Rechtbank Amsterdam, 2020-03-10

ECLIECLI:NL:RBAMS:2020:1659
Date10 Marzo 2020
Docket NumberAWB - 19 _ 4038
CourtRechtbank Amsterdam (Neederland)
RECHTBANK AMSTERDAM

Bestuursrecht

zaaknummer: AMS 19/4038

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 maart 2020 in de zaak tussen [eiser] , te Amsterdam, eiser

(gemachtigde: mr. J.M. Poortvliet),

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Dienst Wonen, verweerder

(gemachtigde: mr. J.E. Carter).

Procesverloop

Met het besluit van 24 januari 2019 (het primaire besluit 1) heeft verweerder aan eiser een bestuurlijke boete van € 20.500,- opgelegd en ingevorderd.

Met het besluit van 15 februari 2019 (het primaire besluit 2) heeft verweerder eiser een last onder dwangsom van € 50.000,- opgelegd.

Met het besluit van 21 juni 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser tegen de primaire besluiten 1 en 2 ongegrond verklaard.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 januari 2020. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Vooraf

1.1.

Op 24 september 2018 ontving verweerder een ‘melding woonfraude’ over de woning [adres] te Amsterdam (de woning). Volgens de melder zou de woning aanhoudend ter beschikking worden gesteld voor toeristische doeleinden en onafgebroken worden verhuurd aan groepen van minimaal vier en maximaal zes personen. Naar aanleiding hiervan heeft verweerder besloten om een onderzoek in te stellen naar het feitelijk gebruik van deze woning. Er heeft een administratief onderzoek en een buitendienstonderzoek plaatsgevonden.
1.2. Uit het administratief onderzoek is naar voren gekomen dat eiser de eigenaar van de woning is en dat de woning de bestemming wonen heeft. Uit de Basisregistratie Personen is gebleken dat er ten tijde van het onderzoek twee personen staan ingeschreven in de woning, namelijk de heer [de persoon 1] en mevrouw [de persoon 2] .

1.3.

Op 2 oktober 2018 hebben toezichthouders van verweerder de woning bezocht. Bij de inspectie zijn drie personen uit de Verenigde Staten van Amerika aangetroffen die de woning huurden voor drie nachten. De resultaten van het onderzoek zijn neergelegd in een Rapport van Bevindingen van 2 oktober 2018. Uit dit rapport blijkt dat de aangetroffen toeristen de gehele woning tot hun beschikking hadden en dat er geen hoofdbewoner is. Eiser heeft de woning verhuurd aan zijn neef, dhr. [de persoon 1] , die de woning op zijn beurt verhuurt aan de toeristen. De neef woont zelf niet in de woning, maar een verdieping lager.

1.4.

Op 16 oktober 2018 heeft verweerder eiser bericht voornemens te zijn een last onder dwangsom op te leggen inzake de woning om het hotelmatige gebruik van de woning te doen beëindigen. Op 20 november 2018 heeft verweerder eiser ook bericht voornemens te zijn een boete op te leggen van € 20.500,- wegens overtreden van het verbod om woonruimten zonder vergunning te onttrekken aan de woonruimtevoorraad.

1.5.

Eiser heeft tegen beide voornemens op 4 december 2018 een zienswijze ingediend. Eiser is van oordeel dat het hem niet verweten kan worden dat de bed & breakfast (b&b) die werd geëxploiteerd in de woning niet aan alle voorwaarden voldoet. Hij stelt dat slechts de hoofdbewoner verantwoordelijk wordt gehouden voor het naleven van de gestelde vereisten. Nu dat zijn neef betreft, de heer [de persoon 1] , heeft die de overtreding begaan, aldus eiser.

1.6.

Verweerder heeft met de primaire besluiten 1 en 2 aan eiser een bestuurlijke boete en een last onder dwangsom opgelegd. Met het bestreden besluit heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.

Standpunten partijen

2. Verweerder heeft aan het bestreden besluit ten grondslag gelegd dat eiser de woning zonder vergunning aan de woonruimtevoorraad heeft onttrokken. Volgens verweerder is er niet aan de exploitatie op grond van de b&b-regels voldaan omdat de gehele woning in gebruik is gegeven aan toeristen, zonder dat deze duurzaam bewoond werd. Verweerder stelt dat het aan eiser is om aannemelijk te maken dat hij niet wist en niet kon weten dat de woning op deze wijze werd gebruikt. Omdat eiser de eigenaar van de woning is, bestaat er een contractuele relatie tussen hem en degene die praktisch uitvoering heeft gegeven aan voornoemde overtreding. Daarnaast heeft eiser toestemming gegeven voor het exploiteren van een b&b in de woning. Het lag dan ook op de weg van eiser om te controleren of dit conform de regelgeving gebeurde, aldus verweerder.

3. Eiser voert aan dat het bestreden besluit strijdig is met het legaliteitsbeginsel, nu uit het bestreden besluit niet blijkt welk wettelijk voorschrift wordt overtreden. Ter zitting heeft de gemachtigde van eiser aangevoerd dat op deze manier een straf wordt opgelegd zonder dat duidelijk is welke overtreding daaraan ten grondslag ligt. Daarnaast stelt eiser niet als overtreder te kunnen worden aangemerkt. Volgens artikel 3.1.2, zesde lid van de Huisvestingsverordening 2019, is niet de eigenaar maar de hoofdbewoner van de woning verantwoordelijk voor de naleving van de voorwaarden waaronder een b&b mag worden geëxploiteerd. Dat eiser als eigenaar verplicht was na te gaan of de b&b volgens de regels werd geëxploiteerd, zoals verweerder stelt, mist een wettelijke grondslag. Ook stelt eiser dat het niet zonder meer duidelijk voor hem was of er al dan niet een gemeentelijke voorwaarde werd overtreden. Verder is eiser van mening dat de bedragen van de opgelegde boete en last onder dwangsom te hoog zijn en dat matiging op zijn plaats is. Tot slot voert eiser aan dat de voorwaarden die verweerder stelt aan het exploiteren van een b&b in strijd zijn met de Dienstenrichtlijn.

Beoordelingskader

4. Om tot een oordeel te komen kijkt de rechtbank naar de wet- en regelgeving en naar wat de hogerberoepsrechter oordeelt in soortgelijke zaken. De hoger beroepsrechter oordeelt dat alleen al uit het eenmalige gebruik van een woning door toeristen volgt dat deze niet beschikbaar is voor duurzame bewoning. De woning is daarmee onttrokken aan de woningvoorraad en er is een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT