Uitspraak Nº BK-19/00516. Gerechtshof Den Haag, 2020-04-28

ECLIECLI:NL:GHDHA:2020:882
Docket NumberBK-19/00516
Date28 Abril 2020
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-19/00516

Uitspraak van 28 april 2020

in het geding tussen:

[X] te [Z] , belanghebbende,

(gemachtigde: [A] )

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Rotterdam, de Inspecteur,

(vertegenwoordigers: [B] , [C] en [D] )

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 1 juli 2019, nr. SGR 19/416.

Procesverloop
1.1.

Aan belanghebbende is over het tijdvak 1 januari 2012 tot en met 31 december 2015 een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd voor een bedrag van € 16.458. Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen heeft de Inspecteur een verzuimboete van € 998 opgelegd en € 2.033 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.2.

Bij uitspraak op bezwaar is de Inspecteur gedeeltelijk tegemoet gekomen aan het bezwaar van belanghebbende en heeft hij de naheffingsaanslag verminderd tot een bedrag van € 7.476. De Inspecteur heeft eveneens de verzuimboete verminderd tot € 747 en de in rekening gebrachte belastingrente verminderd tot € 769.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep bij de Rechtbank ingesteld. De griffier van de Rechtbank heeft een griffierecht geheven van € 174. De beslissing van de Rechtbank luidt:

"De rechtbank:

- verklaart het beroep gegrond;

- vernietigt de uitspraak op bezwaar;

- vermindert de naheffingsaanslag tot € 7.339 en vermindert de verzuimboete en de beschikking belastingrente dienovereenkomstig;

- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;

- veroordeelt [de Inspecteur] in de proceskosten van [belanghebbende] tot een bedrag van € 1.024;

- draagt [de Inspecteur] op het betaalde griffierecht van € 174 aan [belanghebbende] te vergoeden."

1.4.

Belanghebbende is van de uitspraak van de Rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. In verband daarmee is door de griffier griffierecht geheven van € 259. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend. De griffier van het Hof heeft op 1 oktober 2019 een afschrift van het proces-verbaal van de zitting bij de Rechtbank verzonden naar partijen.

1.5.

De mondelinge behandeling van de zaken heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 21 januari 2020. De zaak is gelijktijdig behandeld met de zaken met nummers BK‑19/00511 tot en met 19/00515 tussen belanghebbende en de Inspecteur. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

1.6.

Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen afgesproken om in de week na de zitting bijeen te komen en de mogelijkheden voor een compromis te bespreken. Bij brief van 3 februari 2020, ingekomen bij het Hof op 6 februari 2020, heeft de Inspecteur het Hof bericht dat een compromis niet mogelijk bleek en heeft hij het Hof verzocht uitspraak te doen in de onderhavige zaak alsmede in de andere voormelde zaken.

Vaststaande feiten
2.1.

Belanghebbende is ondernemer voor de omzetbelasting. De ondernemingsactiviteiten bestaan uit het verkopen van magneetsieraden [E] , het geven van advies op het gebied van magneetsieraden ter ondersteuning van de gezondheid, coaching van consulenten, organisatie van verkoop en het geven van communicatietrainingen aan personen verbonden aan [E] .

2.2.

De Inspecteur is een boekenonderzoek gestart om onder meer de aanvaardbaarheid van de door belanghebbende ingediende aangiften omzetbelasting over het tijdvak 1 januari 2012 tot en met 31 december 2015 te onderzoeken. Naar aanleiding van het boekenonderzoek is een rapport, met dagtekening 27 juli 2017, opgesteld. Hierin staat, voor zover van belang, vermeld:

"5.3.Overige verkopen

Tijdens het onderzoek heb ik de bankafsschriften van [belanghebbende] bekeken.

Volgens mij zijn niet alle inkomsten in de aangiften aangegeven. Het gaat om de volgende bedragen. Voor de specificatie van deze bedragen verwijs ik u naar de bijlagen overige Inkomsten.

2012 € 1.472, verschuldigde btw € 301

2013 € 6.476, verschuldigde btw € 450

2014 € 4.287, verschuldigde btw € 744

Dit leidt tot de volgende correcties:

2012

Privé € 1.773

Aan Omzet € 1.472

Aan te betalen BTW € 301

2013

Privé € 6.476

Aan Omzet € 6.025

Aan te betalen BTW € 450

2014

Privé € 5.031

Aan Omzet € 4.287

Aan te betalen BTW € 744

(…)

7. Omzetbelasting

7.1

Aangifte

De aangiften sluiten niet aan bij de administratie.

Dat leidt tot de volgende verschillen:

2015 na te heffen omzetbelasting € 2.751

2014 teruggave omzetbelasting € 523

2013 na te heffen omzetbelasting € 1.423

2012 teruggave omzetbelasting € 741

Voor de specificatie verwijs ik naar de bijlage aansluitingsberekening.

(…)

7.2.4

Niet aangegeven omzet

Zoals ik in het onderdeel 5.3 heb aangegeven zijn enkele verkopen niet aangegeven.

Dat leidt tot de volgende correcties:

2012 na te heffen omzetbelasting € 301

2013 na te heffen omzetbelasting € 450

2014 na te heffen omzetbelasting € 744

7.2.5

Privégebruik auto

Op grond van artikel 4 lid 2 van de Wet op de omzetbelasting 1968 (Hierna; Wet OB) dient een correctie voor het privégebruik van de auto plaats te vinden. Tijdens het onderzoek heb ik geen rittenregistratie aangetroffen. [Belanghebbende] verklaarde dat deze niet door haar is bijgehouden. De auto's worden ook voor woon-werkverkeer gebruikt. Dit leidt voor de omzetbelasting tot heffing, en als er geen sluitende rittenregistratie is bijgehouden, vindt de heffing plaats op basis van het forfait van 2,7% van de catalogusprijs van de (bestel)auto. Hieronder geef ik de berekening van de na te heffen omzetbelasting weer. Hierbij heb ik rekening gehouden met de dagen dat de auto's ter beschikking van [belanghebbende] stonden.

Kenteken

Cataloguswaarde

Vanaf

Tot

2012

2013

2014

2015

[F]

€ 43.652

14-7-2012

27-5-2016

€539,25

€1.178,60

€1.178,60

€739,45

[G]

€ 15.436

8-5-2015

tot en met heden

€147,30

[H]

€ 46.484

18-5-2015

tot en met heden

€477,96

totaal

€539,25

€1.178,60

€1.178,60

€1.364,71

De voorbelasting van het jaar 2014 is door mij gecorrigeerd. Daarom zal ik geen

correctie privégebruik auto opleggen.

Dit leidt tot de volgende correcties:

2012 na te heffen omzetbelasting € 539

2013 na te heffen omzetbelasting € 1.178

2015 na te heffen omzetbelasting € 1.354

(…)

7.3.3

Facturen niet aanwezig

De administratie over het jaar 2014 is niet aanwezig. De voorbelasting is niet aangetoond aan de hand van de Inkoop-en kostenfacturen. [Belanghebbende] heeft € 6.453 voorbelasting in aftrek gebracht.

Dit leidt tot de volgende correctie:

2014 minder voorbelasting € 6.453.

(…)

8.2.1

Naheffingsaanslagen

Overeenkomstig de berekeningen in dit hoofdstuk 7 worden over de jaren naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. Deze zijn gebaseerd op artikel 20 van AWR.

2012

2013

2014

2015

Totaal

Aansluitingsverschil

€ 2.751

€ 523

€1.423

€ 741

€ 5.438

Niet aangegeven omzet

€ 301

€ 450

€ 744

€ 1.495

Privégebruik auto

€ 539

€ 1.178

€ 1.354

€ 3.071

Facturen niet aanwezig

€ 6.454

€ 6.454

Totaal

€ 3.591

€ 2.151

€ 8.621

€ 2.095

€ 16.458

(…)

9.2

Verzuimboete omzetbelasting

Voor de correctie omzetbelasting is sprake van geheel of gedeeltelijk niet betalen. Hiermede wordt gelijkgesteld het geval waarin ten onrechte tot een te hoog bedrag teruggaaf van belasting is verleend. Geheel of gedeeltelijk niet betalen is een verzuim. Daarom zal ik u naast de naheffingsaanslag een verzuimboete ingevolge artikel 67c Algemene wet inzake rijksbelastingen op leggen. Deze verzuimboete zal met toepassing van paragraaf 24 van het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst worden vastgesteld op 10% van het gedeeltelijk niet betaalde bedrag met een maximum van € 4.920. De boete bedraagt in dit geval:

2012 € 359 (10% van € 3.591);

2013 € 215 (10% van € 2.151);

2014 € 215 (10% van € 1.423+734 )

2015 € 209.(10% van € 2095)

(…)

Bijlage: aansluitingsberekening omzetbelasting

Controle tijdvak

2015

2014

2013

2012

Totaal verschuldigd volgens Grootboek

€ 1.003

€ 805

€ 1.446

€ 639

Voorbelasting volgens Grootboek

€ 4.300

€ 6.453

€ 5.426

€ 3.800

Aan te geven volgens administratie

€ -3.297

€ -5.648

€ -3.980

€ -3.161

Volgens aangiften

€ -6.048

€ -5.125

€ -5.403

€ -2.420

Verschillen

€ 2.751

€ -523

€ 1.423

€ -741

2.3.

De Inspecteur heeft met dagtekening 21 november 2017 een brief aan belanghebbende verstuurd. De brief vermeldt, voor zover van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT