Uitspraak Nº C-01-329635 - HA ZA 18-40. Rechtbank Oost-Brabant, 2018-09-12

ECLIECLI:NL:RBOBR:2018:4835
Docket NumberC-01-329635 - HA ZA 18-40
Date12 Septiembre 2018

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht

Zittingsplaats 's-Hertogenbosch

zaaknummer / rolnummer: C/01/329635 / HA ZA 18-40

Vonnis van 12 september 2018

in de zaak van

[eiser] ,

wonende te [woonplaats] ,

eiser,

advocaat mr. M.P.M. Riep te 's-Hertogenbosch,

tegen

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

M2 TECHNIEK B.V.,

gevestigd te Grave,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[gedaagde sub 2] ,

gevestigd te Grave,

3. [gedaagde sub 3],

wonende te [woonplaats] ,

gedaagden,

advocaat mr. M.J.P.N. Steijven te Eindhoven.

Partijen zullen hierna [eiser] en M2 Techniek c.s. worden genoemd en waar nodig worden de gedaagden afzonderlijk M2 Techniek, [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] genoemd.

De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het tussenvonnis van 21 maart 2018

  • -

    een akte vermeerdering van eis zijdens [eiser] , waarbij tevens producties zijn overgelegd

  • -

    het proces-verbaal van comparitie van 3 juli 2018.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

De feiten
2.1.

[eiser] heeft een éénmansbedrijf dat zich bezighoudt met ICT-consultancy en verkoop van hard- en software en softwareontwikkeling. Hij is tevens aandeelhouder van [naam beheer bv eiser]

2.2.

M2 Techniek houdt zich onder meer bezig met het ontwerpen, verkopen en installeren van en adviseren over informatie-en communicatietechnologie (ICT). [gedaagde sub 2] is enig aandeelhouder en bestuurder van M2 Techniek [gedaagde sub 3] is bestuurder van [gedaagde sub 2] .

2.3.

[naam beheer bv eiser] (voor 45%) en [gedaagde sub 2] (voor 55%) zijn aandeelhouders in M2 Medical B.V. (hierna te noemen M2 Medical). Bestuurder van M2 Medical is eveneens [gedaagde sub 2]

2.4.

Partijen doen reeds zaken met elkaar vanaf 2010. [eiser] is vanaf 2014 tot eind december 2015 in loondienst geweest van M2 Techniek. Daarna heeft [eiser] in opdracht van M2 Techniek werkzaamheden verricht.

Het geschil en de beoordeling ervan
1.3.

[eiser] vordert, na vermeerdering van eis, dat de rechtbank bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

a. a) M2 Techniek primair op grond van nakoming en subsidiair op grond van onrechtmatige daad zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser] te betalen een bedrag ad € 68.589,46 (inclusief btw), te vermeerderen met de bedragen van rente vanaf de respectievelijke data van verzuim tot en met 8 december 2017 van in totaal

€ 2.164,69, te vermeerderen met de rente nadien, althans een zodanig bedrag en een zodanige rente als in goede justitie bepaald;

b) [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] ieder afzonderlijk zal veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser] te betalen een bedrag ad € 68.589,46 (inclusief btw), te vermeerderen met de bedragen van rente vanaf de respectievelijke data van verzuim tot en met 8 december 2017 van in totaal € 2.164,69, te vermeerderen met de rente nadien, althans een zodanig bedrag en een zodanige rente als in goede justitie bepaald;

c) M2 Techniek, [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] ieder afzonderlijk hoofdelijk zal veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser] te betalen een bedrag van

€ 1.969,02 voor buitengerechtelijke incassokosten, althans een zodanig bedrag als in goede justitie bepaald;

d) M2 Techniek, [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] hoofdelijk zal veroordelen in de kosten van deze procedure alsmede in de nakosten.

e) M2 Techniek, [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] hoofdelijk zal veroordelen tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser] te betalen een bedrag van € 1.315,33 aan beslagkosten, althans een in goede justitie te bepalen bedrag.

3.2.

[eiser] heeft zijn vordering gespecificeerd in de dagvaarding onder randnummer 37. Waar hierna over onderdelen van de vordering wordt geschreven, wordt impliciet naar die specificatie verwezen.

[eiser] legt aan zijn vordering primair ten grondslag dat na afloop van zijn dienstverband partijen de overeenkomst hebben gesloten die hij als productie 4 bij dagvaarding heeft overgelegd; subsidiair stelt hij dat er een overeenkomst van opdracht tussen partijen bestaat en dat hij recht heeft op betaling van de uit hoofde daarvan voor M2 Techniek verrichte werkzaamheden. Daarnaast houdt hij gedaagden sub 2 en 3 hoofdelijk aansprakelijk voor zijn vordering op grond van onrechtmatige daad respectievelijk onbehoorlijk bestuur door het bewust niet laten betalen door M2 Techniek van zijn vordering.

3.3.

M2 Techniek c.s. voert verweer en beroept zich deels op verrekening.

4. De rechtbank zal de stellingen van partijen voor zover ter zake doende hierna aan de orde stellen.

4.1.

De eerste vraag die beantwoord dient te worden betreft de totstandkoming van de overeenkomst waarop [eiser] zich primair beroept. Deze overeenkomst is door [eiser] overgelegd als productie 4 bij dagvaarding en door M2 Techniek als productie 5 bij conclusie van antwoord.

Tijdens de comparitie van partijen heeft [gedaagde sub 3] , optredend namens de 3 gedaagden, ook nadat de rechter nog eens nadrukkelijk de vraag heeft herhaald, expliciet verklaard dat het voorstel voor een overeenkomst, dat hij overlegt als productie 5 en waarop de datum 15 februari 2016 is vermeld, door hem is gedaan. Ook [eiser] verklaarde echter beslist dat hij dit voorstel heeft gedaan.

De rechtbank stelt vast dat deze productie 5 bij conclusie van antwoord voor wat betreft de eerste drie pagina’s gelijk is aan de overeenkomst samenwerkingsverband die [eiser] als productie 4 heeft overgelegd, en waarvan M2 Techniek aanvankelijk, bij conclusie van antwoord onder 6, heeft gesteld dat dit een voorstel van [eiser] was. Er is in productie 5 één pagina aan deze overeenkomst toegevoegd voor de afwikkeling van de relatie [naam beheer bv eiser] en M2 Medical.

Hoewel partijen elkaar tegenspreken voor wat betreft de vraag wie de overeenkomst productie 5 bij conclusie van antwoord heeft opgesteld, kan de rechtbank niet anders dan concluderen dat als ieder van de partijen dit als zijn eigen voorstel ziet, in rechte kan worden aangenomen dat zij hierover overeenstemming hadden. [gedaagde sub...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT