Uitspraak Nº C/01/293546 / EX RK 15-91. Rechtbank Oost-Brabant, 2015-07-23

ECLIECLI:NL:RBOBR:2015:5389
Date23 Julio 2015
Docket NumberC/01/293546 / EX RK 15-91

beschikking

RECHTBANK OOST-BRABANT

Handelsrecht

Zittingsplaats 's-Hertogenbosch

zaaknummer / rekestnummer: C/01/293546 / EX RK 15-91

Beschikking van 23 juli 2015

in de zaak van

[verzoeker] ,

wonende te [woonplaats] ,

verzoeker,

advocaat mr. L.A.M. van den Eeden te Eindhoven,

tegen

de naamloze vennootschap

SNS BANK N.V.,

gevestigd te Utrecht,

belanghebbende,

advocaat mr. M.E.G. Murris te Utrecht.

1 De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het verzoekschrift van 12 mei 2015;

  • -

    het verweerschrift van 2 juli 2015;

  • -

    productie 6 en 7, ingekomen bij de griffie op 6 juli 2015 behorende bij het verzoekschrift;

  • -

    de mondelinge behandeling 7 juli 2015;

  • -

    de pleitnota van verzoeker ter zitting overgelegd en voorgelezen;

  • -

    de pleitnota van belanghebbende ter zitting overgelegd en voorgelezen.

2 De feiten en het verzoek
2.1.

Verzoeker heeft een bancaire relatie met belanghebbende, bestaande uit een op 20 maart 2007 aangegane hypotheek ten behoeve van een woning, staande en gelegen aan [adres] . Voornoemde hypotheek is o.a. afgesloten op grond van een werkgeversverklaring en loonstrook van de firma Universal te Son.

2.2.

Op of omstreeks 11 november 2014 deelde belanghebbende aan verzoeker mede dat zij de persoonsgegevens van belanghebbende in het Incidentenregister en het daaraan gekoppelde Extern Verwijzingsregister (hierna te noemen: EVR) op ging nemen, omdat verzoeker valselijk opgemaakte inkomensgegevens (werkgeversverklaring en loonstrook van de firma Universal te Son, volgens verzoeker opgemaakt door [naam] ), aan belanghebbende had verstrekt ter verkrijging van een hypothecaire lening. Daarnaast gaf belanghebbende in voornoemde brief aan dat verzoeker bij een incident betrokken zou zijn geweest (inval woning) en op grond van het voorgaande had vastgesteld dat verzoeker voldaan had aan de opnamecriteria voor registratie in het EVR.

2.3.

Verzoeker heeft tegen de beslissing van belanghebbende bezwaar gemaakt en verzocht om verwijdering uit het Incidentenregister en het EVR. Op 10 maart 2015 heeft [senior adviseur belanghebbende] , senior adviseur en in dienst van belanghebbende, schriftelijk aan verzoeker medegedeeld dat zijn verzoek tot verwijdering uit het EVR niet gehonoreerd zou worden.

2.4.

Verzoeker is van mening dat hij onterecht geregistreerd staat in het Incidentenregister en het EVR, omdat er volgens zijn verklaring geen sprake is van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT