Uitspraak Nº C/05/404834 / HA ZA 22-245. Rechtbank Gelderland, 2022-10-26

ECLIECLI:NL:RBGEL:2022:5942
Docket NumberC/05/404834 / HA ZA 22-245
Date26 Octubre 2022
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: C/05/404834 / HA ZA 22-245 / 754 / 1700

Vonnis in incident van 26 oktober 2022

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiseres] .,

gevestigd te [vestigingsplaats 1] ,

eiseres in de hoofdzaak,

verweerster in het incident,

advocaat mr. J. Anema te Amersfoort,

tegen

1 [gedaagde 1] , handelend onder de naam [onderneming gedaagde 1] ,

wonende en kantoorhoudende te [woonplaats] ,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[gedaagde 2] ,

gevestigd te [vestigingsplaats 2] ,

gedaagden in de hoofdzaak,

eiseressen in het incident,

advocaat mr. R. Klöters te Amsterdam.

Partijen zullen hierna enerzijds [eiseres] en anderzijds [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . worden genoemd.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    de dagvaarding,

  • -

    de incidentele conclusie van eis tot verstrekking van afschrift van bescheiden ex art. 843a jo. 22 Rv,

  • -

    de conclusie van antwoord in het incident ex art. 843a jo. 22 Rv.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2 De feiten en het geschil in de hoofdzaak
2.1.

[eiseres] adviseert en begeleidt ondernemingen op het gebied van onder meer merkpositionering, bedrijfsidentiteit, huisstijl, business modellen en verdienmodellen.

2.2.

[gedaagde 1] heeft een eenmanszaak ( [onderneming gedaagde 1] ) en faciliteert onder meer ruimten voor retreats, trainingen en workshops. Op 2 september 2021 is [gedaagde 2] . opgericht, met [gedaagde 1] als enig aandeelhouder en bestuurder.

2.3.

De [beheerder] (hierna: [beheerder] ) is beheerder van het landgoed [naam landgoed] . [gedaagde 2] . heeft met [beheerder] een overeenkomst gesloten tot exploitatie van het landgoed.

2.4.

Vanaf eind 2021 heeft [eiseres] werkzaamheden verricht ten behoeve van [gedaagde 1] en/of [gedaagde 2] . [eiseres] heeft in dit kader betalingen ontvangen van in totaal circa € 35.000,00.

2.5.

Volgens [eiseres] weigeren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . ten onrechte (de rest van) haar facturen te voldoen. [eiseres] stelt daartoe het volgende. Primair geldt dat zij heeft gecontracteerd met [gedaagde 1] en subsidiair dat zij heeft gecontracteerd met [gedaagde 2] . [eiseres] heeft de overeengekomen werkzaamheden grotendeels uitgevoerd en opgeleverd. Enkel het definitief maken van concepten in het kader van de Brand Identity en het afronden van werkzaamheden met betrekking tot het definitieve logo, pitchdeck, activatiecampagne en het marktonderzoek zijn nog niet verricht en/of opgeleverd, maar de oorzaak daarvan ligt bij [gedaagde 1] en [gedaagde 2] .. Zij hebben [eiseres] niet in staat gesteld deze verbintenissen na te komen en verkeren daardoor in schuldeisersverzuim. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hebben de overeenkomsten van opdracht dan ook niet rechtsgeldig ontbonden en hun betalingsverplichting niet rechtsgeldig opgeschort. [eiseres] vordert daarom nakoming van de uit de overeenkomsten van opdracht voortvloeiende betalingsverplichting. Daarnaast vordert [eiseres] betaling van € 63.947,50 aan schadevergoeding. [eiseres] stelt daartoe dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . toerekenbaar zijn tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomsten van opdracht. Volgens [eiseres] lijdt zij door het handelen van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . schade, bestaande uit gederfde winst en beschikbaarheidsuren van haar werknemers. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . moeten deze schade vergoeden, aldus [eiseres] . Tot slot vordert [eiseres] betaling van de contractuele boete van € 28.500,00 wegens een auteursrechtinbreuk en een verbod dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . de font- en logo-ontwerpen die [eiseres] heeft gemaakt openbaar maakt c.q. beschikbaar stelt aan het publiek.

2.6.

[eiseres] vordert in de hoofdzaak, samengevat en voor zover in dit incident van belang, dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

  1. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hoofdelijk veroordeelt tot betaling van € 14.217,50 aan openstaande facturen, te vermeerderen met de wettelijke rente,

  2. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hoofdelijk veroordeelt tot betaling van € 1.422,00 aan buitengerechtelijke kosten,

  3. [eiseres] bevrijdt van haar verbintenissen jegens [gedaagde 1] althans [gedaagde 2] strekkende tot het definitief maken van concepten in het kader van de Brand Identity en het afronden van werkzaamheden met betrekking tot het definitieve logo, pitchdeck, activatiecampagne en het marktonderzoek,

  4. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hoofdelijk veroordeelt tot betaling van € 63.947,50 ten titel van schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente,

  5. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . verbiedt de font- en logo-ontwerpen die [eiseres] heeft vervaardigd, openbaar te maken en beschikbaar te stellen aan het publiek, op straffe van een dwangsom,

  6. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hoofdelijk veroordeelt tot betaling van € 28.500,00 ten titel van niet toegestane inbreuken op het auteursrecht van [eiseres] , te vermeerderen met de wettelijke rente,

  7. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hoofdelijk veroordeelt in de proceskosten.

2.7.

[gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hebben in de hoofdzaak nog niet voor antwoord geconcludeerd.

3 Het geschil in het incident
3.1.

In dit incident vorderen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . samengevat dat de rechtbank op de voet van artikel 843a jo. 22 Rv bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

  1. [eiseres] veroordeelt om binnen 3 dagen na betekening van het vonnis in incident digitale kopieën te verstrekken van primair alle opnames die zij heeft gemaakt van gesprekken en (Zoom)videoconferenties tussen [eiseres] enerzijds en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . en/of [beheerder] anderzijds, en subsidiair alle opnames die zij heeft gemaakt van de in sub 24 a) t/m q) genoemde gesprekken en videoconferenties,

  2. [eiseres] veroordeelt om aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . een dwangsom te betalen van € 2.500,00 per keer en vervolgens per dag dat zij niet voldoet aan de veroordeling onder 1,

  3. [eiseres] veroordeelt in de proces- en nakosten van het incident.

3.2.

Ter onderbouwing van hun vordering voeren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] ., kort samengevat, het volgende aan. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . zijn voornemens verweer te voeren in hun conclusie van antwoord in de hoofdzaak. De vordering ten aanzien van [gedaagde 1] moet worden afgewezen omdat zij geen partij is bij de overeenkomsten. De vordering tegen [gedaagde 2] . moet worden afgewezen omdat, zo begrijpt de rechtbank, [gedaagde 2] . de nakoming van haar betalingsverplichting heeft opgeschort en de overeenkomst is ontbonden c.q. opgezegd. [eiseres] heeft zich immers niet gedragen als goed opdrachtnemer ex art. 7:401 e.v. BW. Bovendien is [eiseres] tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomsten door de overeengekomen werkzaamheden niet uit te voeren en de producten niet op te leveren. Er hebben enkele sessies plaatsgevonden en er is het één en ander gepresenteerd, maar [eiseres] heeft de overeengekomen producten, ondanks herhaalde verzoeken, nooit ter beschikking gesteld. [gedaagde 2] . heeft hier dan ook nooit daadwerkelijk gebruik van kunnen maken. Dat gaf [gedaagde 2] . de bevoegdheid om haar betalingsverplichting op te schorten. [eiseres] is in (schuldeisers)verzuim komen te verkeren en de overeenkomst is buitengerechtelijk ontbonden dan wel opgezegd op 14 februari 2022. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . zullen daarom in de hoofdzaak tevens een eis in reconventie instellen tot ongedaanmaking van de door haar verrichte prestaties, meer in het bijzonder de reeds verrichte betalingen, dan wel tot betaling van schadevergoeding op grond van ongerechtvaardigde verrijking. De vorderingen van [eiseres] ten aanzien van de vermeende auteursrechtelijke inbreuk moeten worden afgewezen omdat er nooit auteursrechtelijk beschermde werken aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . zijn getoond of beschikbaar gesteld. Het font en logo dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . momenteel gebruiken, is door een derde ontworpen en wijkt af van het door [eiseres] ontworpen font en logo.

3.3.

Te verwachten valt dat [eiseres] de hiervoor genoemde feiten, die in potentie beslissend zijn voor de zaak, zal betwisten in haar conclusie van antwoord in reconventie. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . hebben daarom recht en belang bij afgifte van alle opnames van alle videoconferenties en telefoongesprekken tussen partijen, althans opnames van de in sub 24 a) t/m q) van de incidentele conclusie genoemde gesprekken en videoconferenties. Deze opnames heeft zij nodig om te bewijzen dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming dan wel onrechtmatige gedraging van [eiseres] , welke afspraken zijn gemaakt over de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT