Uitspraak Nº C/05/409945 / JE RK 22-1229. Rechtbank Gelderland, 2022-10-25

ECLIECLI:NL:RBGEL:2022:6003
Docket NumberC/05/409945 / JE RK 22-1229
Date25 Octubre 2022
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)
RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en Jeugdrecht

Locatie Arnhem

Zaaknummer: C/05/409945 / JE RK 22-1229

Datum uitspraak: 25 oktober 2022

Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

[de minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,

hierna te noemen: [de minderjarige] ,

advocaat: mr. J.E. Kremer te Nijmegen,

De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Gelderland,

hierna te noemen: de voogd of de GI,

gevestigd te Arnhem.

De kinderrechter merkt als informant aan:

[de moeder] ,

hierna te noemen: de moeder,

wonende te [woonplaats] .

1 Het procesverloop
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het e-mailbericht van [de minderjarige] van 14 oktober 2022;

  • -

    het e-mailbericht en het verzoekschrift van mr. Kremer van 18 oktober 2022, ingekomen bij de griffie op 18 oktober 2022.

1.2.

Op 20 oktober 2022 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld. Verschenen zijn:
- [de minderjarige] , die ook afzonderlijk is gehoord, bijgestaan door mr. Kremer;
- de moeder;
- twee vertegenwoordigers van de voogd.

1.3.

Met instemming van [de minderjarige] heeft de voogd na de zitting een schriftelijke standpuntbepaling in de vorm van een kernbeslissing ingediend.

2 De feiten
2.1.

Bij beschikking van 11 juni 2021 is het ouderlijk gezag van de ouders over [de minderjarige] beëindigd en heeft de rechtbank de GI benoemd tot voogd.

2.2.

Op 5 augustus 2022 heeft de kinderrechter een machtiging verleend om [de minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp ( [naam gesloten accommodatie] ) voor de duur van een jaar.

3 Het verzoek
3.1.

[de minderjarige] verzoekt de machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp direct, althans op zo kort mogelijke termijn, te beëindigen dan wel een beslissing te nemen die de kinderrechter in het belang van [de minderjarige] acht.

3.2.

[de minderjarige] heeft op 14 oktober 2022 een e-mailbericht aan de kinderrechter gestuurd omdat hij wil dat de gesloten plaatsing beëindigd wordt. Hij was op dat moment weggelopen en verbleef bij zijn moeder. Hij heeft aangegeven dat hem in de gesloten accommodatie ( [naam gesloten accommodatie] ) geen hulp wordt geboden. [de minderjarige] is bang dat hij daarom opnieuw afglijdt. Hij is bang dat hij opnieuw drugs gaat gebruiken, crimineel gedrag gaat vertonen en verder in de put raakt. [de minderjarige] wil dit niet meer. Hij gaat op dit moment niet naar school en heeft geen dagbesteding. [de minderjarige] wil graag bij zijn moeder wonen. Zij kan hem aan werk helpen. Als [de minderjarige] niet bij zijn moeder kan wonen, wil hij graag begeleid gaan wonen.

4 Het standpunt van de voogd/GI
4.1.

De voogd/GI kan zich niet vinden in het verzoek van [de minderjarige] . Zij is van mening dat de gesloten of besloten plaatsing dient te worden voortgezet.

5 Het standpunt van de moeder
5.1.

De moeder staat achter het verzoek. Ze wil graag dat [de minderjarige] bij haar komt wonen. [de minderjarige] is zich ervan bewust dat hij zichzelf moet bewijzen. Hij moet niet meer weglopen, verkeerde mensen negeren en er moet een passende dagbesteding voor hem gezocht worden. In de [naam gesloten accommodatie] komt [de minderjarige] niet tot ontwikkeling. De moeder wil [de minderjarige] helpen en wil voor hem zorgen.

6 De beoordeling

Ontvankelijkheid

6.1.

Zoals ter zitting is besproken, is de eerste vraag of voor deze situatie een rechtsingang bestaat. De beschikking van 5 augustus 2022 is nog niet onherroepelijk omdat de hoger beroepstermijn nog niet is verstreken, maar daar zal de kinderrechter geen gevolgen aan verbinden.

6.2.

De machtiging tot gesloten plaatsing is gebaseerd op de Jeugdwet. Hierin heeft de kinderrechter, ook na raadpleging van de memorie van toelichting1, geen ingang gevonden voor het verzoek van [de minderjarige] . Wel is er een vergelijkbare situatie geregeld in het Burgerlijk Wetboek (BW).

6.3.

Op grond van artikel 1:265d BW kan namelijk (onder andere) de minderjarige een verzoek doen om een uithuisplaatsing te beëindigen. Dit verzoek moet worden ingediend bij de GI, waarbij er sprake moet zijn van gewijzigde omstandigheden (lid 2). De GI dient een schriftelijke beslissing te geven binnen twee weken na ontvangst van het verzoek (lid 3). Het niet of niet tijdig nemen van een beslissing door de GI staat...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT