Uitspraak Nº C/08/215245 / HA ZA 18-125. Rechtbank Overijssel, 2019-01-16

ECLIECLI:NL:RBOVE:2019:186
Date16 Enero 2019
Docket NumberC/08/215245 / HA ZA 18-125
CourtRechtbank Overijssel (Neederland)

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Zwolle

zaaknummer / rolnummer: C/08/215245 / HA ZA 18-125

Vonnis van 16 januari 2019

in de zaak van

1. de vennootschap onder firma

SOLID TIMBER,

gevestigd te Utrecht,

2. [A],

wonende te [woonplaats 1] ,

3. [B],

wonende te [woonplaats 1] ,

eisers in conventie,

verweerders in reconventie,

advocaat mr. R.A. Rila te Utrecht,

tegen

[X] ,

wonende te [woonplaats 2] ,

gedaagde in conventie,

eiser in reconventie,

advocaat mr. L.F. van Wijck te Zoetermeer.

Partijen zullen hierna Solid Timber (vrouwelijk enkelvoud) en [X] genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het tussenvonnis van 26 september 2018

  • -

    de akte van uitlating van Solid Timber

  • -

    de akte van uitlating tevens vermindering van eis in reconventie van [X]

  • -

    de antwoordakte van Solid Timber.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De verdere beoordeling in conventie en reconventie
2.1.

Solid Timber heeft houten casco onderdelen (CLT) aan [X] geleverd voor de bouw van zijn woning. In conventie vordert Solid Timber betaling van haar laatste factuur ad € 24.462,58 inclusief btw. [X] heeft de betaling van de laatste factuur opgeschort, omdat hij meent aanspraak te kunnen maken op schadevergoeding wegens vertraging in de montage en gebreken in de kwaliteit van het geleverde hout. In reconventie vordert hij (primair) schadevergoeding ten bedrage van € 88.854,21 wegens deze vertraging in de montage en gebreken. Bij akte heeft [X] zijn vordering verminderd met een bedrag van € 441,00 wegens ten onrechte in rekening gebrachte btw over de posten “eigen uren”.

Vertraging

2.2.

De rechtbank heeft in het tussenvonnis van 26 september 2018 reeds overwegen dat (productie)fouten in de geleverde materialen - waardoor vertraging in de montage is ontstaan en daarmee meerwerk voor [X] - een tekortkoming opleveren in de nakoming van de overeenkomst (r.o. 4.7). De daaruit voortvloeiende schade komt voor rekening van Solid Timber. Voorts heeft de rechtbank vastgesteld dat de montage geen onderdeel was van de overeenkomst tussen Solid Timber en [X] , zodat het enkele overschrijden van enige tijdsduur (al dan niet genoemd door Solid Timber) in de montage geen tekortkoming in de nakoming oplevert. De rechtbank heeft voor de berekening van de schade de lijst van Javi (bijlage bij de e-mail van Javi van 18 april 2017, productie 15) als uitgangspunt genomen, omdat [X] bij de berekening van de schade geen (duidelijk) onderscheid heeft gemaakt tussen verloren tijd vanwege productiefouten enerzijds en de door Solid Timber beweerdelijk voorgehouden montagetijd van 28 uur anderzijds.

2.3.

In de antwoordakte maakt [X] ondanks de daartoe geboden gelegenheid bij tussenvonnis van 26 september 2016 voor wat betreft de uren van Javi wederom geen (nader) onderscheid tussen de verloren tijd vanwege de productiefouten en de beoogde montagetijd anderzijds. Hij heeft alleen een onderbouwing in het geding gebracht van het totaal aantal gewerkte uren van Javi, maar enig onderscheid ontbreekt. Voorts heeft [X] betoogd dat voornoemde bijlage van Javi bij de e-mail van 18 april 2017 in zijn processtukken bij een andere productie zit en dat deze opgave nimmer aan hem is verstrekt. Daarover merkt de rechtbank op dat deze productie tijdens de behandeling van de zaak ter zitting is besproken en dat [X] daarover geen opmerking met een dergelijke strekking heeft gemaakt. Bovendien maakte deze productie onderdeel uit van een e-mail die ook aan [X] is verzonden. Indien de door Solid Timber in het geding gebrachte productie onjuist zou zijn geweest of niet aan hem zou zijn verstrekt, lag het om die reden op de weg van [X] om ter onderbouwing van zijn standpunt de e-mail en/of de juiste bijlage in het geding te brengen. Bij gebreke daarvan ziet de rechtbank geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van het - duidelijk per post gespecificeerde -overzicht van Javi dat door Solid Timber in het geding is gebracht.

2.4.

De rechtbank blijft bij hetgeen is overwogen in het tussenvonnis van 26 september 2018 en concludeert dat een bedrag van 11 extra uren van Javi als schade kan worden aangemerkt. Uit het door [X] als productie 28 overgelegde overzicht van Solid Timber van 8 mei 2017 maakt de rechtbank op dat voornoemde extra uren van Javi onderdeel uitmaken van de aangeboden compensatie van € 2.263,50 die reeds op de facturen in mindering is gebracht (zie r.o. 2.14 van het tussenvonnis van 26 september 2018). Eveneens worden daarin de werkzaamheden voor het boren van e-voorzieningen genoemd, de extra tijd voor monteurs en de kraan á 5,5 extra uren. Naar het oordeel van de rechtbank heeft Solid Timber hiermee een afdoende compensatie geboden en is er onvoldoende aanleiding om een extra schadevergoeding (buiten de hierna te bespreken ‘extra kosten’) toe te kennen aan [X] vanwege productiefouten die hebben geleid tot vertraging in de montage. De rechtbank ziet gelet hierop geen aanleiding om de hieronder te benoemen deskundige (in het kader van de gestelde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT