Uitspraak Nº C/09/519562 / FA RK 16-7639. Rechtbank Den Haag, 2016-11-30

ECLIECLI:NL:RBDHA:2016:14649
Date30 Noviembre 2016
Docket NumberC/09/519562 / FA RK 16-7639
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)

Rechtbank Den HAAG

Meervoudige Kamer

Rekestnummer: FA RK 16-7639

Zaaknummer: C/09/519562

Datum beschikking: 30 november 2016

Internationale kinderontvoering
Beschikking op het op 7 oktober 2016 ingekomen verzoek van:
[naam vader] ,

de vader,

wonende te [woonplaats vader] , Frankrijk,

advocaat: mr. A.H. van Haga te 's-Gravenhage.

Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[naam moeder] ,

de moeder,

wonende te [woonplaats moeder] ,

advocaat: mr. L. Stam te Vught.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:

  • -

    het verzoekschrift;

  • -

    het verweerschrift;

  • -

    de brief d.d. 11 november 2016, met bijlagen, van de zijde van de vader;

- de brief d.d. 14 november 2016, met bijlagen, van de zijde van de moeder;

- de brieven d.d. 15 november 2016, met bijlage(n), van de zijde van de vader;

- de pleitnotities van de advocaten.

Op 25 oktober 2016 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: de vader, vergezeld van de tolk de heer [tolk voor vader] en bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, vergezeld van de tolk de heer [tolk voor moeder] en bijgestaan door de advocaat mr. M.T. Psara, waarnemend voor de advocaat mr. L. Stam. Het betrof hier een regiezitting met het oog op crossborder mediation in internationale kinderontvoeringszaken met als behandelend rechter, tevens kinderrechter, mr. A.C. Olland. De behandeling ter terechtzitting is aangehouden.

Op genoemde regiezitting is aan partijen de gelegenheid geboden om een crossborder mediation traject te volgen, gefaciliteerd door het Mediation Bureau van het Centrum Internationale Kinderontvoering, teneinde tot een minnelijke regeling te komen. Partijen hebben daar om hen moverende redenen geen gebruik van gemaakt.

De minderjarigen [1 minderjarige] en [2. minderjarige] zijn op 16 november 2016 in raadkamer gehoord.


Op 16 november 2016 is de behandeling ter terechtzitting van de meervoudige kamer voortgezet. Hierbij zijn verschenen: de vader, vergezeld van de tolk de heer [tolk voor vader] en bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, vergezeld van de tolk de heer [tolk voor moeder] en bijgestaan door haar advocaat.

Verzoek en verweer

De vader heeft verzocht:

de onmiddellijke terugkeer van na te melden minderjarigen te bevelen, waarbij de moeder de minderjarigen binnen een week na de te wijzen beschikking, dient terug te brengen naar het adres van de vader te [woonplaats vader] , Frankrijk, aan de [adres vader] althans naar de gewone verblijfplaats van de minderjarigen, te weten [woonplaats vader] , Frankrijk, dan wel indien de moeder nalaat de minderjarigen terug te brengen, te bepalen dat de moeder de minderjarigen met de benodigde reisdocumenten aan de vader daags na het verstrijken van voornoemde termijn zal afgeven, zodat de vader de minderjarigen zelf mee terug kan nemen naar Frankrijk, zo nodig met behulp van de sterke arm;

de moeder te veroordelen in de door de vader gemaakte reis- en verblijfkosten verband houdende met de onderhavige procedure, daaronder begrepen de kosten in verband met vertaling, tolken ter zitting, alsmede in verband met inschakeling van juridische bijstand, griffierecht en honorarium van de ingeschakelde advocaat;

de moeder te veroordelen om de kosten verband houdende met de teruggeleiding van de minderjarigen naar [woonplaats vader] , Frankrijk, voor haar rekening te nemen, althans indien de vader in het kader van de teruggeleiding de minderjarigen dient op te halen in Nederland en naar Frankrijk dient te begeleiden, de kosten van de vader en de kosten van de minderjarigen te voldoen en wel binnen twee weken nadat daartoe opgave door de vader is gedaan;

een en ander met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.

De moeder heeft verweer gevoerd tegen het verzoek van de vader, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken.

Feiten

- Partijen zijn gehuwd op [huwelijksdatum] .

- Bij vonnis van de rechtbank te [plaats] , Frankrijk, van [scheidingsdatum] is tussen partijen de echtscheiding uitgesproken en is de overeenkomst van [scheidingsdatum] , die tussen partijen is gesloten met betrekking tot de gevolgen van de echtscheiding bekrachtigd.

- Zij zijn de ouders van de volgende thans nog minderjarige kinderen:

- [1 minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , Frankrijk,

- [2. minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , Frankrijk.

- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over de minderjarigen uit.

- De regeling zoals partijen deze bij genoemde overeenkomst eerder hebben getroffen is door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch bij beschikking van 9 juli 2015 gewijzigd – voor zover hier relevant – in die zin dat de minderjarigen hun hoofdverblijf houden bij de moeder in [woonplaats moeder] en dat er voor wat betreft de schoolvakanties een verdeling is gemaakt van de periodes dat de minderjarigen bij de vader verblijven.

- Op 26 augustus 2015 hebben partijen in Frankrijk een overeenkomst getekend. Hierin is, blijkens de overgelegde vertaling in de Nederlandse taal, onder meer opgenomen:

''Ten gevolge van de woonplaatswijziging van mevr. [naam moeder] , die besloten heeft uit Nederland – waar zij tot nu toe woonde – naar [woonplaats vader] (Frankrijk) te verhuizen zijn de ouders onderling als volgt overeengekomen:

De hoofdverblijfplaats van [1 minderjarige] en [2. minderjarige] is niet meer uitsluitend bij mevrouw [naam moeder] . De ouders delen van nu af het huisvestingsrecht.

Aanvankelijk gaan de kinderen uitsluitend bij hun vader wonen op [adres vader] , [woonplaats vader] (Frankrijk) en dit totdat hun moeder een woning vindt.

Wanneer hun moeder een woning gevonden heeft, wordt het gedeelde huisvestingsrecht, waarbij de kinderen afwisselend bij de ene ouder en vervolgens bij de ander verblijven, van toepassing

(…)''

- De minderjarigen hebben vanaf medio juli 2015 tot de tweede week van de kerstvakantie 2015 bij de vader en zijn partner in [woonplaats vader] , Frankrijk, verbleven.

- De minderjarigen zijn in die periode in [woonplaats vader] , Frankrijk, naar school gegaan; in de herfstvakantie hebben zij met de moeder in Nederland verbleven.

- De minderjarigen verblijven vanaf de tweede week van de kerstvakantie 2015 bij de moeder en haar partner in [woonplaats moeder] . De moeder heeft de vader op 2 januari 2016 bericht dat de minderjarigen in Nederland blijven.

- De vader heeft de Franse nationaliteit, de moeder heeft de Franse, tevens Turkse...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT