Uitspraak Nº C-09-557586-HA ZA 18-859. Rechtbank Den Haag, 2019-11-13

ECLIECLI:NL:RBDHA:2019:11805
Date13 Noviembre 2019
Docket NumberC-09-557586-HA ZA 18-859
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel

zaaknummer / rolnummer: C/09/557586 / HA ZA 18-859

Vonnis van 13 november 2019

in de zaak van

[de vrouw] ,

wonende te [woonplaats 1] ,

eiseres in conventie,

verweerster in reconventie,

advocaat mr. H. Dreesmann-Bruijntjes te 's-Gravenhage,

tegen

[de man] ,

wonende te [woonplaats 2] ,

gedaagde in conventie,

eiser in reconventie,

advocaat mr. N.P.J.M. Kreté-Marres te 's-Gravenhage.

Partijen zullen hierna de vrouw en de man genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding van de vrouw van 24 juli 2018;

- de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie van de man van 12 september 2018;

- het vonnis van 17 oktober 2018 waarbij een comparitie van partijen is gelast;

- de akte wijziging van eis c.q. vermeerdering van eis van de vrouw van 13 februari 2019;

- het B16-formulier met een productieoverzicht en productie 34 van de zijde van de vrouw van 21 februari 2019;

- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens aanvulling van gronden en wijziging/vermeerdering eis, tevens houdende nadere stukken ter comparitie van partijen van 5 maart 2019;

- de akte houdende bezwaar van de man tegen de akte aanvulling van gronden en wijziging/vermeerdering eis van de vrouw van 5 maart 2019;

- de akte overlegging producties van de man van 5 maart 2019;

- het proces-verbaal van comparitie van 5 maart 2019;

- de brief van de man van 7 maart 2019;

- de brief van de vrouw van 28 maart 2019.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten
2.1.

Partijen zijn op 30 december 1999 met elkaar in [plaats] gehuwd. De vrouw heeft de Spaanse nationaliteit, de man is burger van Duitsland. Zij hebben geen huwelijkse voorwaarden gemaakt. Partijen zijn in algehele gemeenschap van goederen gehuwd.

2.2.

Uit dit huwelijk zijn geboren een inmiddels meerderjarige zoon, [de zoon] , en een nog minderjarige dochter, [de dochter] , op [geboortedatum] .

2.3.

De man is werkzaam bij het Europees Octrooibureau.

2.4.

In maart 2014 heeft de man besloten om te scheiden.

2.5.

De man heeft op 6 juni 2014 een verzoek tot echtscheiding bij deze rechtbank ingediend. Op 12 juni 2014 is zijn verzoek tot echtscheiding ingeschreven in het huwelijksgoederenregister.

2.6.

Deze rechtbank heeft bij beschikking van 1 mei 2015 de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. Verder heeft de rechtbank overwogen dat de man heeft toegezegd mee te werken aan pensioenverevening. Zij heeft voor recht verklaard dat de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding van toepassing is op het pensioen dat staande huwelijk is opgebouwd. De beschikking bevat geen beslissingen over de verdeling van de algehele gemeenschap van goederen.

2.7.

De echtscheidingsbeschikking is op 25 augustus 2015 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Hierdoor is het huwelijk tussen partijen ontbonden.

2.8.

Partijen hebben op 15 maart 2016 ter zitting van de voorzieningenrechter in deze rechtbank afspraken gemaakt. Deze afspraken zijn in het proces-verbaal vastgelegd. De afspraken houden voor zover van belang in:

“(…) Binnen drie maanden nadat de man de saldi van zijn bankrekeningen zowel in Nederland als in het buitenland op de peildatum 12 juni 2014 en de informatie over de pensioenaanspraken van de vrouw bij het Europese Octrooibureau, alsmede de verklaring dat de man tot uitbetaling van deze aanspraken zal overgaan op het moment dat hij met pensioen gaat, aan de vrouw heeft doen toekomen dient de vrouw de woning op haar naam te hebben gezet. Aan de tenaamstelling zal de man alle medewerking verlenen.

De vrouw zal eveneens de saldi van haar bankrekeningen van zowel in Nederland als in het buitenland op de peildatum 12 juni 2014 aan de man doen toekomen op zo’n kort mogelijke termijn.

Voor de garage bij de woning in [plaats] geldt dat die zal worden verkocht. De vraagprijs zal zijn het gemiddelde van de door de twee hiervoor genoemde NVM-makelaars bepaalde waarden. Eén van de twee makelaars, door partijen in onderling overleg te bepalen, zal de verkoop van de garage verzorgen.

Ten aanzien van het appartement incl. garage in Spanje geeft de vrouw binnen twee weken na heden de namen van drie erkende makelaars in Spanje, in de regio van het appartement, aan de man. (…) Het gemiddelde van de twee aldus vastgestelde taxatiewaarden zal de waarde zijn waartegen de man het appartement incl. garage kan overnemen. Ten behoeve van de taxatie zal de man ervoor zorgen dat deze twee makelaars toegang tot de woning zullen krijgen. (…)

Partijen verzoeken doorhaling van deze zaak voor zover het de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap betreft per heden. (…)”

2.9.

De voorzieningenrechter heeft in haar vonnis van 23 maart 2016 overwogen:

1. De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit (…) en het proces-verbaal van 15 maart 2016 waarin is vastgelegd wat partijen met het oog op de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap zijn overeengekomen ten aanzien van de (verkoop van de) voorheen echtelijke woning (en de daarin verdisconteerde aanspraak op een gebruiksvergoeding) alsmede de garage in [plaats] , de saldi van hun respectievelijke bankrekeningen, de aanspraak van de vrouw op het pensioen van de man en (de verkoop van) het appartement incl. garage in Spanje. Voor zover het betreft de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap en de verevening van pensioenaanspraken (…) hebben partijen daarbij verzocht om doorhaling van de zaak. De beoordeling van de onderhavige zaak betreft derhalve alleen nog de resterende vorderingen van de man. (…)

Vervolgens heeft de kortgeding rechter nog geoordeeld over vorderingen van de man betreffende de verdeling van de inboedelzaken, een zorgregeling tussen hem en de kinderen en het terugstorten van bedragen op spaarrekeningen van de kinderen.

2.10.

Op 30 juni 2016 zijn de man en zijn nieuwe partner samen eigenaar geworden van een woning aan de [adres 1] . De koopsom van die woning bedroeg

€ 880.000 en daarop is, in verband met een aan de man en zijn partner verstrekte hypothecaire geldlening ter hoogte van € 350.000, tot zekerheid van de bank een recht van hypotheek gevestigd.

2.11.

De vrouw heeft op 6 juli 2016 bij een notaris stukken gedeponeerd betreffende de saldi van haar bankrekeningen, een opgave van haar pensioen en een taxatie van haar auto, een Audi A3. De notaris heeft daarvan een akte van depot opgemaakt. Deze akte houdt onder meer in:

“(…) Heden (…) verscheen voor mij (…) mevrouw [A] (…). Zij verklaarde te hebben ontvangen van:

mevrouw [de vrouw] (…)

kopieën van de hierna vermelde stukken, waarvan mevrouw [de vrouw] heeft verklaard ze in depot te willen geven.

De verschenen persoon verklaarde bij deze aan mij, notaris, in depot te geven de door mevrouw [de vrouw] afgegeven stukken, zijnde:

- een brief de dato twaalf mei tweeduizend zestien;

- een opgave saldo van de rekeningen bij de ABN Amro de dato tien maart tweeduizendzestien;

- een opgave saldo van de rekeningen bij BBVA de dato acht april tweeduizend zestien;

- een document van BBVA de dato achttien april tweeduizend zestien;

- een document van BBVA met financiële gegevens de dato negentien april tweeduizendzestien;

- een document van Sabadell de dato tweeëntwintig april tweeduizend zestien;

- een opgave pensioen van ABP de dato zesentwintig september tweeduizend vijftien;

- een taxatie van Wittebrug ten aanzien van de Audi A3 de dato tweeëntwintig april

tweeduizendzestien.

Deze stukken worden In kopie aan deze akte gehecht (bijlagen). (…)”

2.12.

Op 5 september 2016 is een notariële akte van partiële verdeling opgemaakt. Deze akte houdt in:

“(…) Overeenkomst

Van de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap maakt ondermeer deel uit:

- het woonhuis met tuin en verder toebehoren gelegen te [postcode] [plaats] ( [Provincie] ) aan de [adres 2] , hierna te noemen : het registergoed;

- een appartement in Spanje, gelegen aan de [adres 3] , hierna te noemen: appartementin Spanje;

- een garage behorende bij het appartement in Spanje met plaats nummer [nummer 1] met de ingang op de [adres 4] , hierna te nomen: garage in Spanje;

- inboedelgoederen die zich bevinden in het woonhuis in [plaats] ;

- inboedelgoederen die zich bevinden in het appartement en de garage in Spanje.

Partijen hebben middels hun advocaten op vierentwintig augustus tweeduizend zestien overeenstemming bereikt over de verdeling van deze onroerende zaken alsmede de verdeling van deze inboedelgoederen.

Partijen achten het van belang om de gemaakte afspraken vast te leggen in deze akte.

In deze is overeengekomen dat aan de vrouw wordt toebedeeld de woning in [plaats] aan de [adres 2] inclusief de inboedel, echter met uitzondering van de aan deze te hechten inboedellijst, voor vijfhonderdtienduizend euro (€ 520.000,00).

Aan de man wordt toebedeeld het appartement en de garage in Spanje en de in het appartement en de garage bevindende inboedelgoederen voor éénhonderddrieënvijftigduizend zevenhonderdzesenzestig euro

(€ 153.766,00).

In verband met de verdeling van deze onroerende en roerende zaken is de vrouw overbedeeld met een bedrag van (éénhonderdachtenzeventigduizend éénhonderdzeventien euro (€ 178.117,00).

Partijen zijn verplicht om ter effectuering van de gemaakte afspraken mee te werken aan de leveringen van deze onroerende zaken.

De vrouw zal heden een onherroepelijke volmacht tekenen voor de levering van het appartement en de garage in Spanje aan de man en op eerste verzoek van de notaris van de man in Spanje meewerken aan alle door de notaris in Spanje verzochte rechtshandelingen ter effectuering van deze gemaakte afspraken.

De man zal middels de ondertekening van deze akte meewerken aan de levering van het woonhuis in [plaats] aan de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT