Uitspraak Nº C/13/614261 / FA RK 16-5893. Rechtbank Amsterdam, 2018-02-14

ECLIECLI:NL:RBAMS:2018:754
Docket NumberC/13/614261 / FA RK 16-5893
Date14 Febrero 2018
CourtRechtbank Amsterdam (Neederland)

Beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht

zaaknummer / rekestnummer: C/13/614261 / FA RK 16-5893 en C/13/625483 / FA RK 17/1620

Beschikking van 14 februari 2018 betreffende echtscheiding en nevenvoorzieningen

in de zaak van:

[de man] ,

wonende te [woonplaats] ,

verzoekende tevens verwerende partij,

hierna mede te noemen de man,

advocaat mr. M.A. Weenink te Amsterdam

tegen

[de vrouw] ,

wonende te [woonplaats] ,

verwerende tevens verzoekende partij,

hierna mede te noemen de vrouw,

advocaat mr. C.M. Lattmann-van der Heijde te Amsterdam.

1 Het verdere verloop van de procedure
1.1.

Bij beschikking van 14 juni 2017 van deze rechtbank is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken en is de beslissing op de nevenvoorzieningen aangehouden. De inhoud van de beschikking van 14 juni 2017 wordt hier als herhaald en ingelast beschouwd.

1.2.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de nadien ingekomen stukken waaronder:

  • -

    het faxbericht d.d. 3 december 2017 van de zijde van de man;

  • -

    de brief d.d. 4 december 2017 met bijlagen van de zijde van de vrouw;

  • -

    het faxbericht d.d. 5 januari 2018 van de zijde van de man.

2 De verdere beoordeling

Ten aanzien van de kinderen

2.1.

De hoofdverblijfplaats

2.1.1.

Ieder van partijen verzoekt de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij hem of haar te bepalen.

2.1.2.

Partijen hebben sinds 2003 samengewoond in [woonplaats] en [woonplaats] . Sinds medio 2015 verblijft de vrouw in haar geboorteplaats [geboorteplaats] en sinds 1 oktober 2016 is zij daar ook ingeschreven. De kinderen verblijven sindsdien het merendeel van de tijd bij de man in de voormalige echtelijke woning. Tot medio februari 2016 was de zorg min of meer gelijk verdeeld, de vrouw verbleef ook dagen in de voormalige echtelijke woning. Vanaf februari 2016 gold er een proefregeling, waarbij de man doordeweeks de volledige zorg voor de kinderen op zich nam en de kinderen twee van de drie weekenden bij de vrouw verbleven. Toen deze regeling afliep zijn er voorlopige voorzieningen gevraagd, waarbij de rechtbank de kinderen voor de duur van de procedure aan de man heeft toevertrouwd.

2.1.3.

Bij de beoordeling van de vraag welke hoofdverblijfplaats het meest in het belang is van de kinderen, dient in ogenschouw genomen te worden dat het bepalen van de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw, er toe zal leiden dat de kinderen verhuizen van [woonplaats] naar [woonplaats] en daarbij (onder andere) naar een andere school moeten gaan. In dat kader wordt door de vrouw op goede gronden aangesloten bij de criteria die in de jurisprudentie gehanteerd worden in kwesties waarbij vervangende toestemming voor een verhuizing met minderjarige kinderen aan de rechter wordt verzocht. De criteria die een rol spelen bij de beoordeling van een verzoek tot vervangende toestemming zijn

  • -

    het recht en belang van de vrouw om te verhuizen en haar leven opnieuw in te richten,

  • -

    de noodzaak om te verhuizen,

  • -

    de mate waarin de verhuizing is doordacht en voorbereid,

  • -

    de door de verhuizende ouder geboden alternatieven en maatregelen om de gevolgen van de verhuizing van de minderjarige en de andere ouder te verzachten en/of te compenseren,

  • -

    de mate waarin de ouders in staat zijn tot onderlinge communicatie en overleg, de rechten van de andere ouder en de minderjarige op het contact met elkaar in een vertrouwde omgeving,

  • -

    de verdeling van de zorgtaken en de continuïteit van de zorg,

  • -

    de frequentie van het contact tussen de minderjarige en de andere ouder voor en na de verhuizing,

  • -

    de leeftijd van de minderjarige, zijn mening en de mate waarin de minderjarige geworteld is in zijn omgeving of juist extra gewend is aan verhuizingen,

  • -

    de (extra) kosten van de omgang na de verhuizing.

2.1.4.

Tegen deze achtergrond overweegt de rechtbank als volgt. In beginsel heeft de vrouw het recht om haar leven opnieuw in te richten en om te verhuizen. De vrijheid van de vrouw om met de kinderen ergens anders te gaan wonen, is echter niet onbegrensd en dient te worden afgezet tegen de belangen van de kinderen en de man. Hierbij geldt als uitgangspunt dat slechts een zwaarwegend belang van de vrouw een schending van de belangen van de kinderen of die van de man zal kunnen rechtvaardigen. De vrouw heeft in eerste instantie gesteld dat heimwee haar verhuizing noodzakelijk heeft gemaakt. Ter zitting en in de nadien ingediende stukken heeft zij gesteld dat zij, wegens het ontbreken van passende woonruimte in de [regio 1] , geen andere mogelijkheid had dan terug te keren naar haar geboorteplaats. Zij voert daartoe onder andere aan dat het onmogelijk is om voor de huur die zij thans betaalt een woning te vinden in de [regio 1] . Hoewel de rechtbank de vrouw volgt in haar stelling dat wonen in de [regio 1] duurder is dan in [woonplaats] , is de rechtbank van oordeel dat de vrouw onvoldoende heeft aangetoond dat een verhuizing naar [woonplaats] voor haar noodzakelijk en de enige mogelijkheid was, temeer nu de financiële situatie van partijen zodanig is dat er mogelijkheden zijn om meer aan huur uit te geven dan de vrouw thans doet. Het is partijen van meet af aan duidelijk geweest dat de vrouw uit hoofde van de vermogensrechtelijke afwikkeling in ieder geval een zeker geldbedrag zal ontvangen. Daarbij komt dat de vrouw er, blijkens het schrijven van haar advocaat d.d. 4 december 2017, vanuit gaat dat de reden dat zij wordt afgewezen voor banen in [regio 1] gelegen is in het feit dat zij niet kan aangeven wanneer zij in of om [woonplaats] komt wonen; het vinden van werk is op zichzelf niet onmogelijk. Als de vrouw in [woonplaats] gaat werken, gaat de rechtbank er vanuit dat het voor haar mogelijk moet zijn een hoger inkomen te verwerven dan haar huidige inkomen.

2.1.5.

Vooropgesteld wordt dat naar het oordeel van de rechtbank beide ouders in gelijke mate geschikt geacht moeten worden de zorg voor hun kinderen op zich te nemen. De vrouw heeft door naar [woonplaats] te verhuizen het echter onmogelijk gemaakt om tot een evenwichtige verdeling van de zorgtaken te komen, waarbij recht gedaan wordt aan de wens van beide ouders om een substantiële rol te spelen in de verzorging en opvoeding van hun zonen. Door haar verhuizing naar [woonplaats] en haar wens de hoofdverblijfplaats van de kinderen eveneens in [woonplaats] te vestigen, heeft de vrouw het belang van de vaderrol van de man onvoldoende onderkend. Vast staat dat de vrouw meer dan de man in staat is de kinderen zelf op te vangen, in die zin dat zij minder kinderopvang nodig zal hebben dan de man. Die enkele omstandigheid is echter onvoldoende om aan te nemen dat het thans in het belang van de kinderen is om ook naar [woonplaats] te verhuizen. De man neemt sinds ongeveer twee jaar het grootste gedeelte van de zorg voor de kinderen voor zijn rekening, al dan niet met hulp van derden. Niet is gebleken dat de kinderen hier onder te lijden hebben gehad, anders dan dat zij moeten wennen aan de nieuwe situatie en geconfronteerd worden met de strijd tussen hun ouders. De kinderen bevinden zich in een veilige en stabiele opvoedingssituatie, met dien verstande dat een evenwichtige verdeling van de zorgtaken tussen beide ouders op grond van de afstand thans niet optimaal is. Dit levert echter geen noodzaak op voor kinderen om te verhuizen, nu dat probleem zich omgekeerd ook zal voordoen als de kinderen in [woonplaats] wonen.

2.1.6.

Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de door de vrouw gestelde noodzaak tot verhuizen zowel voor haar als voor de kinderen onvoldoende is vast komen te staan. Dit criterium is dermate zwaarwegend dat de rechtbank aan de beoordeling van de overige criteria niet toekomt. In het belang van [kind 1] en [kind 2] wordt hun hoofdverblijf bij de man bepaald.

2.2.

De zorgregeling

2.2.1.

De man verzoekt een contactregeling tussen de kinderen en de vrouw vast te stellen waarbij de kinderen bij de vrouw verblijven:

o om het weekend van vrijdag na schooltijd (dan wel 12:00 uur, de vrouw haalt hen op) tot de daarop volgende zondagmiddag tussen 17:00 uur en 19:00 uur (de man haalt hen op);

o in twee van de drie jaren (vanaf 2017) een week van de voorjaarsvakantie van de kinderen;

o in de oneven jaren: in de eerste week van de meivakantie van de kinderen (onder welke vakanties worden begrepen een eventuele extra vakantieweek in juni);

o in de even jaren: in de tweede week van de meivakantie van de kinderen (onder welke vakanties worden begrepen een eventuele extra vakantieweek in juni);

o in de even jaren: gedurende de eerste drie weken van de zomervakantie van de kinderen;

o in de oneven jaren: gedurende de laatste drie weken van de zomervakantie van de kinderen;

o in twee van de drie jaren (vanaf 2017) gedurende de herfstvakantie van de kinderen;

o in de even jaren: gedurende de eerste week van de kerstvakantie van de kinderen;

o in de oneven jaren: gedurende de tweede week van de kerstvakantie van de kinderen;

o in het weekend waarin Moederdag valt, met dien verstande dat de kinderen bij de vader verblijven in het weekend waarin Vaderdag valt (tenzij de betreffende dag valt in een vakantieweek van de andere ouder en die ouder gedurende die week met de kinderen op vakantie wil);

althans een andere regeling vast te stellen die de rechtbank juist acht.

2.2.2.

De vrouw heeft verzocht een zorgregeling vast te stellen tussen de man en de kinderen, er vanuit gaande dat de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij haar zou worden bepaald. Zij verzoekt een zorgregeling vast te stellen waarbij de kinderen bij de man verblijven;

o gedurende twee van de drie weekenden van vrijdag na school tot zondag omstreeks 17:00/18:00 uur, waarbij de man de kinderen uit school haalt en de vrouw de kinderen bij de man...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT