Uitspraak Nº C/15/292398 / HA ZA 19-531. Rechtbank Noord-Holland, 2020-02-12

ECLIECLI:NL:RBNHO:2020:1465
Date12 Febrero 2020
Docket NumberC/15/292398 / HA ZA 19-531
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind

Zittingsplaats Alkmaar

zaaknummer / rolnummer: C/15/292398 / HA ZA 19-531

Vonnis van 12 februari 2020 (bij vervroeging)

in de zaak van

1 [eiser] ,

2. [eiseres],

beiden wonende te [woonplaats 1] ,

eisers,

advocaat mr. J. de Haan te Alkmaar,

tegen

1 [gedaagde 1] ,

2. [gedaagde 2],

beiden wonende te [woonplaats 2] ,

gedaagden,

advocaat mr. Th.C.J. Kaandorp te Alkmaar.

Partijen zullen hierna [eisers] en [gedaagden] genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    dagvaarding van 2 augustus 2019

  • -

    conclusie van antwoord

  • -

    het tussenvonnis van 20 november 2019

  • -

    de akte van [eisers] , houdende vermeerdering grondslag van de vordering

  • -

    het proces-verbaal van descente en comparitie van 14 januari 2020.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten
2.1.

De woning (met omliggende grond) aan de [adres] 54 in [plaats] was tot 1972 in bezit van de heer [naam 1] . In 1972 is de woning verkocht aan de heer [naam 2] en mevrouw [naam 3] . In 2000 zijn [naam 2] en [naam 3] gescheiden en is [naam 3] aan de [adres] 54 blijven wonen. In 2012 is [naam 3] overleden en is de woning verkocht en in eigendom overgedragen aan [gedaagden] .

2.2.

[eisers] is sinds 2005 eigenaar van de woning aan de [adres] 56 in [plaats] . Hij heeft de woning gekocht van de heer [naam 4] .

2.3.

De woning van [gedaagden] staat iets verder van de weg af. Onderstaande schets is de kadastrale kaart van de desbetreffende percelen:

Dit geschil gaat over de erfgrens tussen de kadastrale percelen 4076 ( [gedaagden] ) en 4696 ( [eisers] ). Partijen zijn het erover eens dat de feitelijke erfgrens afwijkt van de kadastrale erfgrens. De feitelijke erfgrens ligt meer naar het perceel van [eisers] toe. Tijdens de descente hebben partijen dat nader aangeduid.

2.4.

In de koopovereenkomst van 2012 tussen [gedaagden] en de erfgenamen van [naam 3] is in artikel 27 opgenomen:
“Koper is bekend met het feit dat de kadastrale erfgrenzen afwijken van de werkelijke situatie.”

Tevens wordt in artikel 28 vermeld dat aan de koopovereenkomst als bijlage de vragenlijst NVM deel B is gehecht. Deze vragenlijst is ingevuld door de verkoper van de woning aan de [adres] 54 in [plaats] , de heer [naam 2] , één van de erfgenamen:

“Vragenlijst voor de verkoop van een woning

(…)

Adres te verkopen perceel: [adres] 54 te [plaats]

Bijzonderheden

(…)

b. Zijn er voor zover u bekend mondelinge of schriftelijke afspraken gemaakt over

aangrenzende percelen? JA

(Denk hierbij aan regelingen voor het gebruik van een poort, schuur, garage, tuin, overeenkomsten met meerdere buren, toezeggingen, erfafscheidingen,)

Zo ja, welke zijn dat:

[adres] 52, dhr. [naam 5] : gebruik grond voor parkeerplaats

[adres] 56, dhr. [eisers] : gebruik grond langs woning zuidzijde

c. Wijken de huidige terreinafscheidingen volgens u af van de kadastrale eigendomsgrenzen? JA

(Denk hierbij ook aan strookjes grond van de gemeente die u in gebruik heeft, of grond van u die gebruikt wordt door de buren.)

Zo ja, waaruit bestaat die afwijking?

[adres] 52, dhr. [naam 5] , gebruikt strook grond, behorende bij de [adres] 54, voor parkeerruimte

d. Is een gedeelte van uw pand, schuur, garage of schutting gebouwd op grond van de buren

of andersom? NEE

e. Heeft u grond van derden in gebruik? NEE

(…)

f. Rusten er voor zover u weet rechten op het perceel, zoals erfpacht, opstalrecht, vruchtgebruik, erfdienstbaarheden, kwalitatieve rechten of verplichtingen, kettingbedingen, voorkeursrechten, optierechten, rechten van wederinkoop, huurkoop, concurrentiebedingen etc.? NEE

(Bijv. recht van overpad, 1e recht van koop verstrekt aan derden, lopende geschillen, afspraken met betrekking tot gebruik van grond aan of van derden, verhuur, optiebedingen, etc)”

2.5.

Op 2 mei 2019 heeft het kadaster met een grensreconstructie de bestaande kadastrale grens opnieuw zichtbaar gemaakt op de percelen.

3 Het geschil
3.1.

[eisers] vordert dat het de rechtbank moge behagen bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

1. Voor recht te verklaren dat de erfgrens tussen de percelen [adres] 54 en

[adres] 56 te [plaats] overeenstemt met de grens, zoals deze door het

Kadaster is vastgesteld op 2 mei 2019 en op de grond tussen beide percelen is

gemarkeerd;

2. Voor recht te verklaren dat [gedaagden] geen beroep op verjaring toekomt en dat [eisers] zich ter zake kan beroepen op revindicatie overeenkomstig de kadastrale vaststelling;

3. [gedaagden] te veroordelen c.q. te bevelen toe te staan dat [eisers] de huidige erfafscheiding en afsluiting van zijn perceel aan de noord(oost)zijde, zoals foto 6 laat zien, afbreekt c.q. demonteert en kan verplaatsen naar de werkelijke, door het Kadaster vastgestelde en gemarkeerde erfgrenzen, onder bepaling voorts dat de kosten van de nieuwe,

gemeenschappelijke erfafscheiding mede door [gedaagden] moeten worden gedragen met een

maximum van € 2.000,-, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van

€ 500,- voor elke dag of gedeelte van de dag dat [gedaagden] de demontage en opbouw van

de (nieuwe) erfscheiding na betekening van dit vonnis verhindert, met een maximum

van € 50.000,-.

4. [gedaagden] te veroordelen in de kosten van dit geding, waaronder een bedrag aan nakosten indien deze gemaakt dienen te worden...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT