Uitspraak Nº C/15/283782 / HA ZA 19-59. Rechtbank Noord-Holland, 2020-04-29

ECLIECLI:NL:RBNHO:2020:3368
Date29 Abril 2020
Docket NumberC/15/283782 / HA ZA 19-59
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie

Zittingsplaats Haarlem

zaaknummer / rolnummer: C/15/283782 / HA ZA 19-59

Vonnis van 29 april 2020

in de zaak van

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiser 1] B.V.,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiser 2] B.V.,

3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiser 3] B.V. in liquidatie,

allen gevestigd te [plaats] ,

eiseressen,

advocaat: mr. Y. Borrius te Amsterdam,

tegen

[gedaagde] ,

wonende te [plaats] ,

gedaagde,

advocaat: mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam.

Eiseressen zullen hierna afzonderlijk worden aangeduid als [eiser 1] , [eiser 2] en [eiser 3] , en gezamenlijk als [eisers] Gedaagde zal [gedaagde] worden genoemd.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    de dagvaarding van 11 januari 2019 van de zijde van [eisers] ;

  • -

    akte overlegging producties met producties 1 tot en met 30 van de zijde van [eisers] ;

  • -

    de incidentele conclusie tot voeging met productie 1 van de zijde van [gedaagde] , waarin hij verzoekt dat de hoofdzaak wordt gevoegd met de door hem aanhangig gemaakte vrijwaringsprocedure tegen [A] ;

  • -

    de conclusie van antwoord in het incident tot voeging ex artikel 222 Rv van de zijde van [eisers] ;

  • -

    het vonnis in incident van 17 april 2019, waarbij de incidentele vordering tot voeging is afgewezen;

  • -

    de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 15 van de zijde van [gedaagde] ;

  • -

    de akte overlegging productie met productie 31 van de zijde van [eisers] ;

  • -

    de conclusie van repliek met producties 32 tot en met 40 van de zijde van [eisers] ;

  • -

    de conclusie van dupliek met producties 16 tot en met 18 van de zijde van [gedaagde] ;

  • -

    de akte uitlaten producties van de zijde van [eisers]

1.2.

Ten slotte hebben partijen vonnis gevraagd, en is een datum voor vonnis bepaald.

2 De feiten
2.1.

[eiser 1] is een groepsholding van een familiebedrijf dat zich onder meer richt op projectontwikkeling. [eiser 2] en [eiser 3] zijn werkmaatschappijen waarvan [eiser 1] indirect enig aandeelhouder is. Aandeelhouder van [eiser 1] is de stichting Stichting Administratiekantoor [eiser 1] (hierna: de StAK). De certificaten van aandelen worden gehouden door diverse leden van de familie [naam] , waarvan voor 20% door de kinderen van [gedaagde] . De broer van [gedaagde] , [A] , was voorzitter van het bestuur van de StAK.

2.2.

Vanaf 1 januari 2001 tot 18 juni 2010 is [gedaagde] commissaris van [eiser 1] geweest. De tweede commissaris van [eiser 1] was [A] . Van 29 december 1999 tot 7 januari 2011 was [B] , een neef van [gedaagde] , enig statutair bestuurder van [eiser 1] en als zodanig middellijk bestuurder van [eiser 2] en [eiser 3] . Hij is opgevolgd door [A] .

2.3.

[eisers] heeft [gedaagde] en [B] op 22 juli 2011 gedagvaard wegens (kort samengevat) onbehoorlijke taakvervulling en onrechtmatig handelen (hierna: de bodemzaak). Bij vonnis van 10 september 2014 heeft deze rechtbank in de bodemzaak de vorderingen tegen [B] afgewezen, in verband met een tussen [eisers] en [B] gesloten vaststellingsovereenkomst waarin aan [B] finale kwijting is verleend. Ter zake de vorderingen tegen [gedaagde] heeft de rechtbank in de bodemzaak - voor zover in de onderhavige procedure van belang en kort samengevat - geoordeeld dat hij ‘de facto’ steekpenningen heeft aangenomen van de heer [C] (hierna: [C] ), teneinde zijn invloed aan te wenden om [eisers] te laten participeren in een tweetal projecten. De eerste participatie hield in dat [eiser 2] ten behoeve van een daarop te realiseren bouwproject begin 2008 van KS Beheer B.V. en [X] Projecten B.V. (hierna: [X] ) een perceel grond in [plaats] heeft gekocht voor een koopprijs van

€ 16.500.000,-- (hierna: project [plaats] ). De tweede participatie hield in dat [eiser 1] voor zichzelf of een nader te noemen meester medio 2008 van [X] , [Y] Investments B.V., en [Z] Investments B.V. (hierna: [Y] en [Z] ) negen percelen grond in [plaats] heeft gekocht voor een koopprijs van € 80,-- per m2 (hierna: project [plaats] ), welke gronden uiteindelijk door [eiser 3] en twee andere projectontwikkelaars zijn gekocht en ingebracht in Ontwikkelingscombinatie [plaats] B.V. [X] , [Y] en [Z] zijn alle vennootschappen waarvan [C] (feitelijk) bestuurder is. De rechtbank heeft in het vonnis in de bodemzaak (samengevat) voor recht verklaard dat [gedaagde] zijn taak als commissaris van [eiser 1] onbehoorlijk heeft vervuld in de zin van artikel 2:9 juncto artikel 2:259 BW ten opzichte van [eiser 1] en bovendien onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eisers] , en [gedaagde] veroordeeld tot vergoeding van de als gevolg daarvan door [eisers] geleden schade, nader op te maken bij staat.

2.4.

Het hof Amsterdam heeft dit vonnis in de bodemzaak bij arrest van 27 maart 2018 (met zaaknummer 200.158.841) bekrachtigd, en daartoe in het incidenteel appel van [gedaagde] onder meer (en voor zover hier relevant) het navolgende overwogen:

“3.23 [gedaagde] komt in incidenteel appel met zeven grieven op tegen het oordeel van de rechtbank dat hij ter zake van de transacties [plaats] en [plaats] zijn taak als commissaris van [eiser 1] onbehoorlijk heeft vervuld en onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eiser 1] , [eiser 2] en [eiser 3] , alsmede tegen de veroordeling tot vergoeding van de als gevolg daarvan door [eiser 1] , [eiser 2] en [eiser 3] geleden schade, nader op te maken bij staat. De grieven, die zich lenen voor gezamenlijke behandeling, stellen in de kern aan de orde dat [gedaagde] geen steekpenningen van [C] heeft aangenomen ( grief 2 ), dat niet is gebleken dat hij invloed op [eisers] heeft uitgeoefend om de transacties [plaats] en [plaats] aan te gaan ( grieven 1 en 3 ), dat geen causaal verband bestaat tussen zijn handelen en de gestelde schade ( grief 4 ), dat geen sprake is van een onbehoorlijke taakvervulling, althans dat hem daarvan geen ernstig verwijt kan worden gemaakt ( grieven 5 en 6 ) en dat in ieder geval geen sprake is van onrechtmatig handelen jegens [eiser 2] en [eiser 3] ( grief 7 ).

3.24

[eisers] hebben ter onderbouwing van hun vorderingen jegens [gedaagde] inzake [plaats] en [plaats] met name gewezen op een proces-verbaal van de FIOD-ECD van 25 april 2012 (hierna: het FIOD-PV) en de daarin genoemde verklaringen van onder meer [C] , [gedaagde] en [B] . Uit de in zoverre niet, althans niet voldoende gemotiveerd betwiste inhoud van het FIOD-PV en de door [eisers] in het geding gebrachte producties blijkt dat [gedaagde] als voormalig bestuurder en commissaris van [eisers] [B] ter zake van met name de projectontwikkeling binnen [eisers] ondersteunde en adviseerde. In februari 2008 heeft [gedaagde] [C] , bestuurder van [X] Projecten, bij [eisers] en [B] geïntroduceerd. Partijen hebben vervolgens gesproken over de aankoop van de projecten [plaats] en [plaats] . [gedaagde] heeft nadien met [C] afgesproken dat laatstgenoemde het schilderij “Koek-en-Zoopie IJslandschap te Volendam” van Mari ten Kate (hierna: het schilderij) voor een bedrag van € 500.000 van [gedaagde] zou kopen. De koopsom zou worden betaald in termijnen waarbij de overdracht van het schilderij na betaling van de laatste termijn zou plaatsvinden.

Op 7 april 2008 heeft [X] Projecten, samen met KS Beheer B.V. het project [plaats] gekocht voor € 13.750.000 (excl. BTW). Op basis van daartoe op verzoek van [gedaagde] door [X] Projecten aangeleverde cijfers omtrent het te realiseren bouwvolume heeft [B] op 9 april 2008 namens [eisers] besloten tot aankoop van het project [plaats] door [eiser 2] voor een bedrag van € 16.500.000 (excl. BTW). Vrijwel meteen daarna is tussen partijen een geschil ontstaan over de juistheid van de aangeleverde cijfers en de op basis daarvan bepaalde koopprijs en heeft [eiser 2] geweigerd de gronden af te nemen en de koopprijs te betalen. Op 6 juni 2008 heeft [gedaagde] de verkoop van het schilderij schriftelijk aan [C] bevestigd. [X] Projecten heeft aangedrongen op afname van het project [plaats] en in dat verband verzocht om een voorschotbetaling. [gedaagde] heeft in juli 2008 tegen [B] gezegd dat hij en zijn gezin ernstig werden bedreigd door de verkopers van het project [plaats] . Bij e-mail van 3 juli 2008 heeft [gedaagde] aan [B] het rekeningnummer van [X] Projecten doorgegeven waarop het voorschotbedrag betaald kon worden. Op 10 juli 2008 heeft [eiser 2] op het door [gedaagde] doorgegeven rekeningnummer aan [X] Projecten onverplicht een voorschot op de koopprijs betaald van € 3.000.000. Op 15 juli 2008 is van dezelfde bankrekening van [X] Projecten waarop het voorschot was betaald € 150.000 overgemaakt naar de bankrekening van [gedaagde] met de omschrijving “schilderijen”. Op 1 september 2008 is van dezelfde rekening € 50.000 overgemaakt op de rekening van [gedaagde] . Bij koopovereenkomsten van 1 oktober 2008 heeft [eiser 1] voor [eiser 3] het project [plaats] gekocht voor € 80 per m2 van [Y] , [Z] en [X] Projecten, dat een deel daarvan voorafgaand had gekocht voor € 40 per m2. Op 7 april 2009 is door Fahrenheit, rechtsopvolger van [X] Projecten, € 200.000 overgemaakt op de bankrekening van [gedaagde] . Het project [plaats] is op 19 april 2009 ingebracht in Ontwikkelingscombinatie [plaats] B.V. Op verzoek van de FIOD is het schilderij twee keer getaxeerd op respectievelijk € 10.000 en € 9.000. Op 15 maart 2016 is de waarde van het schilderij per 2008 getaxeerd op € 13.000. [C] heeft als verdachte tegenover de FIOD verklaard dat hij er van uitging dat [gedaagde] bij [eisers] “de tent runde”, dat [gedaagde] hem heeft gevraagd het Schilderij te kopen, dat hij dat heeft gedaan met het oog op de zakelijke relatie, dat [gedaagde] hem de indruk had gegeven dat hij met hem gouden bergen kon verdienen en dat hij het een lastige situatie vindt omdat...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT