Uitspraak Nº C/16/417102 / KG ZA 16-446. Rechtbank Midden-Nederland, 2016-06-21

ECLIECLI:NL:RBMNE:2016:3697
Date21 Junio 2016
Docket NumberC/16/417102 / KG ZA 16-446
CourtRechtbank Midden-Nederland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht

handelskamer

locatie Utrecht

zaaknummer / rolnummer: C/16/417102 / KG ZA 16-446

Vonnis in kort geding van 21 juni 2016

in de zaak van

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiseres 1] BEHEER B.V., gevestigd te [vestigingsplaats] , en

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiseres 2] BEHEER B.V., gevestigd te [vestigingsplaats] ,

eiseressen,

advocaat mr. A.J.A. Jansen te Amsterdam,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[gedaagde] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats] ,

gedaagde,

advocaat mr. W.E. Moojen te Utrecht,

en

[verzoeker 1] , wonende te [woonplaats] ,

verzoeker tot tussenkomst,

advocaat R.H.J. Koopmans te Amsterdam,

en

[verzoeker 2] , wonende te [woonplaats] ,

verzoeker tot tussenkomst,

advocaat R.H.J. Koopmans te Amsterdam.

Partijen zullen hierna worden genoemd:

- [eiseres 1] Beheer (eiseres sub 1),

- [eiseres 2] Beheer (eiseres sub 2),

- [eiseressen] (eiseressen),

- [gedaagde] (gedaagde),

- [verzoeker 1] ( [verzoeker 1] ; verzoeker tot tussenkomst) en

- [verzoeker 2] ( [verzoeker 2] ; verzoeker tot tussenkomst).

1 De procedure
1.1.

[eiseressen] heeft bij dagvaarding van 13 juni 2016 een vordering in kort geding ingesteld.

1.2.

[verzoeker 1] en [verzoeker 2] hebben bij incidentele conclusies tot tussenkomst gevorderd te worden toegelaten als tussenkomende partij. [eiseressen] en [gedaagde] hebben op deze conclusies geantwoord. De voorzieningenrechter heeft ter zitting van 20 juni 2016 de incidentele vorderingen tot tussenkomst van [verzoeker 1] en [verzoeker 2] toegewezen.

1.3.

De mondelinge behandeling in de hoofdzaak en de tussenkomst is gehouden op de zitting van 20 juni 2016. Partijen hebben (mede) aan de hand van pleitnotities het woord gevoerd.

1.4.

Ten slotte is vonnis bepaald.

1.5.

Op 21 juni 2016 is vonnis gewezen. Het onderstaande vormt hiervan de nadere schriftelijke uitwerking en is op 6 juli 2016 vastgesteld.

2 De feiten
2.1.

[eiseres 1] (hierna: [eiseres 1] ) is bestuurder en enig aandeelhouder van [eiseres 1] Beheer. [eiseres 2] (hierna: [eiseres 2] ) is bestuurder en enig aandeelhouder van [eiseres 2] Beheer. [X] (hierna: [X] ) en
[Y] (hierna: [Y] ) zijn de bestuurders en (via een administratiekantoor) de enige aandeelhouders van [gedaagde] . [eiseres 1] en [eiseres 2] zijn zonen van [X] en [Y] .

2.2.

[X] en [Y] (hierna ook aangeduid als de ouders) hebben een onderneming opgericht en daaraan een aantal jaren leiding gegeven. In het jaar 2000 hebben zij een bedrijfsopvolgingsplan opgesteld. De door [X] en [Y] opgerichte onderneming is ingebracht in de op 29 december 2000 door [eiseressen] en [gedaagde] opgerichte vennootschap [vennootschap] (hierna: de vennootschap). De vennootschap is de holding van een groep vennootschappen. [eiseres 1] Beheer en [eiseres 2] Beheer houden tezamen 49,28% van alle aandelen in de vennootschap en [gedaagde] de overige 50,72%.

2.3.

[eiseres 1] Beheer, [eiseres 2] Beheer en [gedaagde] zijn de bestuurders van de vennootschap. [eiseres 1] Beheer en [eiseres 2] Beheer zijn gezamenlijk bevoegd om de vennootschap te vertegenwoordigen. [gedaagde] is alleen/zelfstandig bevoegd om de vennootschap te vertegenwoordigen.

2.4.

Op 7 januari 2010 hebben [gedaagde] en [eiseressen] een aandeelhoudersovereenkomst (hierna: de aandeelhoudersovereenkomst) gesloten. Deze luidt, voor zover relevant:

A. CONSIDERANS

[…]

2. De aandeelhouders houden alle aandelen in het kapitaal van de vennootschap, te weten:

a. [gedaagde] ., 9.180 cumulatief preferente aandelen A, elk nominaal groot een euro
(€ 1,00), nummers CPA1 tot en met CPA9.180;

b. J.C.M., 4.410 cumulatief preferente aandelen A, elk nominaal groot een euro
(€ 1,00), nummers CPA9.181 tot en met CPA13.590 en zestig (60) gewone aandelen B elk nominaal groot een euro (€ 1,00), nummers B1 tot en met B60;

c. [eiseres 2] ., cumulatief preferente aandelen A, elk nominaal groot een euro (€ 1,00), nummers CPA13.591 tot en met CPA18.000 en [rechtbank: 40] gewone aandelen B elk nominaal groot een euro (€ 1,00), nummers B61 tot en met B100.

8 Verplichte aanbieding aandelen, Good Leaver, Bad Leaver

1. Wanneer een van de hierna omschreven gebeurtenissen zich ten aanzien van een partij voordoet, is de desbetreffende partij verplicht met onmiddellijke ingang de door hem gehouden aandelen in het kapitaal van de vennootschap ten verkoop aan te bieden aan de overige aandeelhouders, waarbij de blokkeringsregeling in de statuten van de vennootschap omtrent overdracht en overgang van aandelen van overeenkomstige toepassing is; de aanbieder is evenwel niet bevoegd zijn aanbod in te trekken. De aanbiedingsplicht geldt indien en zodra:

a. de desbetreffende partij om welke reden dan ook aftreedt als directeur van de vennootschap; […].

10. Verwerving aandelen in de vennootschap door de [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2]

De aandeelhouders beogen dat de [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] op termijn eveneens middellijk dan wel onmiddellijk aandelen kunnen verwerven in de vennootschap.


De heer [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] kunnen slechts aandelen verkrijgen indien zij, naar het oordeel van de vergadering van houders van gewone aandelen B aan de volgende voorwaarden voldoen: […]

c. de werkzaamheden op adequate wijze uitvoeren, verantwoordelijkheid nemen voor de uit te voeren taken, afspraken nakomen en een voorbeeld zijn voor de werknemers binnen de organisatie; […].

Indien de heer [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] naar het oordeel van de vergadering van houders van gewone aandelen B voldoen aan voormelde voorwaarden beslist de vergadering van houders van cumulatief preferente aandelen A met volstrekte meerderheid van stemmen of de heer [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] de aandelen mogen verwerven. De waarde van de desbetreffende aandelen wordt vastgesteld op de manier zoals opgenomen in artikel 8 lid 2 van deze overeenkomst. Iedere bestaande aandeelhouder dient zijn aandelen naar rato over te dragen indien sprake is van een aandelenoverdracht.

Indien de vergadering van houders van aandelen B van mening is dat de heer [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] niet voldoen aan de hiervoor vermelde voorwaarden, zal dat met een onderbouwing van onafhankelijke deskundige derden moeten worden aangetoond. […]


De vergadering van houders van gewone aandelen B doen een voorstel inzake het tijdstip van verkrijging van de aandelen door de heer [verzoeker 1] en de heer [verzoeker 2] met dien verstande dat de [verzoeker 1] uiterlijk 6 jaar na 1 januari 2010 en de heer [verzoeker 2] uiterlijk 8 jaar na 1 januari 2010 dan wel op het tijdstip dat alle cumulatief preferente aandelen A zijn ingekocht, de aandelen mogen verwerven indien zij dan aan de hierboven vermelde voorwaarden voldoen.


De vergadering van houders van gewone aandelen B stellen een uitgifteplan op en leggen dit plan ter goedkeuring voor aan de vergadering van houders van cumulatief preferente aandelen A. Indien de vergadering van houders van cumulatief preferente aandelen A de goedkeuring niet verleend treedt de impasseregeling zoals opgenomen in artikel 14 lid 4 van deze overeenkomst in werking.

Iedere bestaande aandeelhouder is verplicht aan voornoemde uitgifte dan wel aandelenoverdracht mee te werken. […]

14 Impasse 1. In het geval de algemene vergadering niet in staat blijkt tot besluitvorming te komen en dit onvermogen getuigt van herhaaldelijk optredende en onoverbrugbare verschillen van mening of inzicht tussen de aandeelhouders aangaande belangrijke aangelegenheden de onderneming of haar strategie betreffende, als gevolg waarvan de onderneming wordt gehinderd of beperkt in de verwezenlijking van haar doelstellingen, staat het elke aandeelhouder vrij de andere aandeelhouders in kennis te stellen van het bestaan van een zogenaamde impasse op grond waarvan de hierna opgenomen procedure in werking treedt. […] 4. Indien partijen er onverhoopt niet in slagen het geschil tot een oplossing te brengen, staat het iedere partij vrij het geschil aan arbitrage, overeenkomstig artikel 14 [rechtbank: bedoeld zal zijn artikel 15] te onderwerpen.
15 Rechtskeuze 1. Alle geschillen, ook die welke slechts door een aandeelhouder als zodanig worden ervaren, welke tussen de aandeelhouders mochten ontstaan naar aanleiding van de onderhavige overeenkomst, zowel juridische als feitelijke, zullen worden beslecht overeenkomstig het Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. […] Het voorgaande brengt geen wijzigingen in de bevoegdheid van de gewone rechterlijke macht ten aanzien van korte gedingen en het leggen van conservatoire beslagen. […]”
2.5.

Uit de aandeelhoudersovereenkomst volgt dat [eiseres 1] 60% van de aandelen B kreeg en [eiseres 2] 40%. De aandelen die [gedaagde] houdt in het kapitaal van de vennootschap (aandelen A) vertegenwoordigen een waarde van € 475.258,80. De aandelen die [eiseres 1] Beheer en [eiseres 2] Beheer houden in het kapitaal van de vennootschap (aandelen A en aandelen B) vertegenwoordigen een gezamenlijke waarde van ongeveer € 6.250.000,00 (bijna 93%).

2.6.

[verzoeker 1] en [verzoeker 2] zijn ook zonen van [X] en [Y] en zijn geruime tijd in dienst van de vennootschap.

2.7.

Voorafgaand aan de totstandkoming van de aandeelhoudersovereenkomst heeft [Y] diverse gesprekken gevoerd met de heer drs. [A] (adviseur van de vennootschap, hierna: [A] ). In het verslag van hun besprekingen op 27 februari en
25 maart 2009 staat vermeld:

“Voor de herverdeling bestaan diverse redenen. Deze kunnen, als niet uitputtend, als volgt worden samengevat:
- De trekkersrol en verantwoordelijkheden van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT