Uitspraak Nº CV EXPL 15-30286. Rechtbank Amsterdam, 2016-05-10

ECLIECLI:NL:RBAMS:2016:3559
Docket NumberCV EXPL 15-30286
Date10 Mayo 2016
CourtRechtbank Amsterdam (Neederland)

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht

zaaknummer: 4578021 CV EXPL 15-30286

vonnis van: 10 mei 2016

fno.: 21924

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

[eiseres]

wonende te [woonplaats]

eiseres

nader te noemen: [eiseres]

gemachtigde: mr. M.J.A. Theunis

t e g e n

1. de stichting Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel

gevestigd te Amstelveen

nader te noemen: het Pensioenfonds

2. de besloten vennootschap KLM Cityhopper B.V.

gevestigd te Schiphol

gedaagden

nader te noemen: het Pensioenfonds en KLC

gemachtigde: mr. J.M. van Slooten

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

[eiseres] heeft op 16 oktober 2015 een dagvaarding uitgebracht.

Bij brief van mr. Van Slooten is verzocht om een preliminaire behandeling van het door KLC en het Pensioenfonds gedane beroep op verjaring.

Bij rolbeslissing van 17 november 2015 is dit verzoek gehonoreerd en is meteen een zitting gelast.

Vervolgens hebben KLC en het Pensioenfonds een conclusie van antwoord (beperkt tot het beroep op verjaring) genomen.
De zitting heeft plaatsgevonden op 11 april 2016. [eiseres] is verschenen, vergezeld van haar gemachtigde. Voor het Pensioenfonds en KLC zijn verschenen [naam 1] , [naam 2] en [naam 3] , vergezeld van hun gemachtigde. Voorafgaand aan de zitting heeft [eiseres] nog bij akte haar eis gewijzigd en productie 24 ingebracht. Partijen zijn ter zitting gehoord en hebben vragen van de kantonrechter beantwoord. Ten slotte is vonnis gevraagd en is een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten

1. Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend of niet (voldoende) weersproken, alsmede op grond van de overgelegde en in zoverre niet bestreden inhoud van de bewijsstukken, staat in dit geding het volgende vast:

1.1.

[eiseres] , geboren op [geboortedatum] , is sinds [datum] werkzaam voor (de rechtsvoorganger van) KLC. Tot 1 april 2001 was zij werkzaam op basis van een freelancecontract van één jaar dat jaarlijks werd verlengd. Vanaf 1 april 2001 was zij werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

1.2.

In de periode dat [eiseres] werkzaam was op basis van een freelancecontract was op haar van toepassing de Regeling Freelance KLC-Cabinepersoneel (hierna: de Regeling), die onderdeel uitmaakte van de cao voor het KLC-Cabinepersoneel. Vanaf 1996 staat expliciet in de freelanceovereenkomst dat de Regeling van toepassing is. Uit die Regeling volgt dat freelancers – in afwijking van werknemers die op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd) in dienst waren – niet in aanmerking komen voor de pensioenregeling.

1.3.

De arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met ingang van 1 april 2001 is tot stand gekomen in de loop van een gerechtelijke procedure die [eiseres] in 1999 tegen KLC was gestart, omdat KLC had medegedeeld in 1998 dat zij niet langer van de diensten van [eiseres] gebruik wenste te maken. Vanaf 1 april 2001 is zij deel gaan nemen aan de pensioenregeling.

1.4.

Bij brief van 6 december 2010 is [eiseres] door het Pensioenfonds ingelicht over de datum waarop haar ouderdomspensioen ingaat. Op de voorlopige pensioenopgave wordt als datum indiensttreding aangegeven 1 januari 2002.

1.5.

Hierop heeft [eiseres] bij brief van 15 februari 2011 gereageerd en verzocht om aanpassing van de datum van indiensttreding naar [datum] .

1.6.

Daarop heeft het Pensioenfonds de datum aangepast naar 1 april 2001.

1.7.

Sinds 1 juli 2011 geniet [eiseres] een pensioenuitkering van € 71,33 bruto per maand van het Pensioenfonds. Dit pensioen is berekend op basis van een opbouw vanaf 1 april 2001.

Vordering

2. [eiseres] vordert dat bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:

  • -

    voor recht zal verklaren dat [eiseres] recht heeft op deelname aan de pensioenregeling van KLC met terugwerkende kracht vanaf [datum] respectievelijk [datum] , alsmede recht heeft op opbouw en uitbetaling van de daaraan gerelateerde verhoogde (achterstallige) pensioenuitkeringen;

  • -

    voor recht zal verklaren dat bij de vaststelling van de hoogte van het pensioen van eiseres vanaf de datum indiensttreding tot het einde van haar dienstverband rekening gehouden had moeten worden met de daadwerkelijk door haar gewerkte uren, derhalve inclusief overuren, althans vanaf 1 april 2001 tot het einde van haar dienstverband;

  • -

    KLC en het Pensioenfonds hoofdelijk, zal veroordelen om:

a. [eiseres] met terugwerkende kracht vanaf [datum] tot 1 april 2001 althans vanaf [datum] tot 1 april 2001 op te...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT