Uitspraak Nº LEE 20/1873. Rechtbank Noord-Nederland, 2020-12-21

CourtRechtbank Noord-Nederland (Neederland)
ECLIECLI:NL:RBNNE:2020:4503
Date21 Diciembre 2020
Docket NumberLEE 20/1873
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Zittingsplaats Groningen

Bestuursrecht

zaaknummer: LEE 20/1873


uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 december 2020 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser

(gemachtigde: mr. D. Tanke),

en

De Minister van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. A.P.N. de Bruijn).

Procesverloop

Bij besluit van 19 maart 2019 (het primaire besluit) heeft de Korpschef van politie eisers aanvraag om een wapenverlof afgewezen.

Bij besluit van 6 februari 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder het administratief beroep van eiser ongegrond verklaard.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingediend.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 9 december 2020. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde en zijn echtgenote [naam] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen
1.1.

Eiser is sinds 2002 lid van een schietvereniging. In 2003 is aan hem voor de eerste maal een wapenverlof verleend. Laatstelijk was zijn wapenverlof geldig tot 1 januari 2019.

1.2.

Op 19 december 2018 heeft eiser met een politiebeambte een gesprek gevoerd over de verlenging van zijn wapenverlof. Op 21 december 2018 heeft eiser een telefoongesprek gevoerd met een andere politiebeambte. Op 10 januari 2019 heeft eiser zijn wapen in bewaring gegeven bij de Korpschef van politie.

2. De relevante regelgeving is opgenomen in een bijlage bij deze uitspraak.

3. De aanvraag is afgewezen op de grond dat, gezien de omstandigheden van eiser, aan hem het onder zich hebben van wapens niet kan worden toevertrouwd. Er is geringe twijfel wat betreft de vraag of er vrees is voor misbruik. Verweerder baseert deze twijfel op de psychische omstandigheden van eiser en het feit dat eiser wapens zonder verlof onder zich heeft gehouden. De geringe twijfel is voldoende voor weigering.

4.1.

In bovengenoemd gesprek van 19 december 2018 is aan de orde geweest dat eiser met psychische klachten te maken had gehad, dat hij een periode arbeidsongeschikt was geweest maar dat hij inmiddels weer arbeidsgeschikt werd geacht. Tijdens dit gesprek maakte eiser op de politiebeambte een geagiteerde indruk.

In het telefoongesprek van 21 december 2018 heeft eiser aan een andere politiebeambte, die de aanvraag niet in behadeling had, de vraag voorgelegd wat hij met zijn wapens zou moeten doen als zijn verlof op 31 december 2018 afliep.

Na het verlopen van het verlof per 1 januari 2019 heeft eiser de wapens tot 10 januari 2019 onder zich gehouden. Bij die gelegenheid maakte eiser een geagiteerde indruk.

4.2.

De rechtbank overweegt dat eiser, gezien zijn jarenlange bekendheid met de wapenwetgeving, kon weten dat hij zijn wapens in diende te leveren voordat het verlof was afgelopen. Uit de omstandigheden dat hij toch navraag is gaan doen of dit echt vereist was, dat hij de wapens vervolgens te laat heeft ingediend en dat hij tweemaal een geagiteerde indruk heeft gemaakt, heeft voor verweerder voldoende kunnen zijn voor de conclusie van vrees voor misbruik gezien eisers psychische gesteldheid. Uit de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT