Uitspraak Nº NL22.18014. Rechtbank Den Haag, 2022-10-28

ECLIECLI:NL:RBDHA:2022:11418
Docket NumberNL22.18014
Date28 Octubre 2022
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg

Bestuursrecht

zaaknummer: NL22.18014


proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiser

v-nummer: [nummer]

(gemachtigde: mr. J.M. Walls),

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluit van 9 september 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiser niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.1

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

De rechtbank heeft het beroep op 28 oktober 2022 op zitting behandeld in Breda. Eiser en zijn gemachtigde zijn, met voorafgaand bericht, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

1. Niet in geschil is dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van eisers verzoek om internationale bescherming. In geschil is of verweerder de verantwoordelijkheid voor de behandeling van eisers asielaanvraag aan zich had moeten trekken.

2. Als uitgangspunt geldt dat verweerder op grond van het interstatelijk vertrouwensbeginsel ervan uit mag gaan dat Italië zijn verdragsverplichtingen zal nakomen.2 Het is aan eiser om aannemelijk te maken dat dit niet (langer) het geval is. Eiser is hier niet in geslaagd. Gelet op het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de zaak [naam3]3, ligt de lat hiervoor hoog.

3. Uit de door eiser overgelegde rapporten van Amnesty International4, SFH/OSAR5 en AIDA6 is niet gebleken dat de problemen in Italië zodanig structureel en ernstig zijn, dat bij overdracht aan Italië op voorhand sprake is van een reëel risico op schending van artikel 4 van het Handvest7 of artikel 3 van het EVRM.8 Verweerder stelt terecht dat eiser niet uit persoonlijke ervaringen kan putten over de opvangvoorzieningen in Italië, nu eiser nooit een asielaanvraag heeft ingediend in Italië. Daarbij stelt verweerder terecht dat eiser bij voorkomende problemen dient te klagen bij de Italiaanse autoriteiten. Niet is gebleken dat deze eiser niet willen of kunnen helpen.

4. Verder heeft eiser nagelaten om uiteen te zetten welke feiten en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT