Uitspraak Nº Wahv 200.307.120/01. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2022-10-26

CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
ECLIECLI:NL:GHARL:2022:9151
Date26 Octubre 2022
Docket NumberWahv 200.307.120/01
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

zittingsplaats Leeuwarden

Zaaknummer

: Wahv 200.307.120/01

CJIB-nummer

: 234459270

Uitspraak d.d.

: 26 oktober 2022

Arrest op het hoger beroep inzake de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant van 15 november 2021, betreffende

[de betrokkene] (hierna: de betrokkene),

wonende te [woonplaats] .

De gemachtigde van de betrokkene is mr. I.N.D.J. Rissema, kantoorhoudende te Dordrecht.

De beslissing van de kantonrechter

De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie ongegrond verklaard. Het verzoek om een proceskostenvergoeding is afgewezen.

Het verloop van de procedure

De gemachtigde van de betrokkene heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter. Er is gevraagd om een proceskostenvergoeding.

Er is daarnaast gevraagd om de zaak op een zitting van het hof te behandelen.

De advocaat-generaal heeft een verweerschrift ingediend.

De gemachtigde van de betrokkene heeft de gelegenheid gekregen het beroep schriftelijk nader toe te lichten. Van die gelegenheid is geen gebruik gemaakt.

De zaak is behandeld op de zitting van 12 oktober 2022. De gemachtigde van de betrokkene is verschenen. De advocaat-generaal is vertegenwoordigd door [naam1] .

De beoordeling

1. Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een sanctie opgelegd van € 240,- voor: “Op een kruispunt niet de richting volgen die de voorsorteerstrook aangeeft”. Deze gedraging zou zijn verricht op 24 juni 2020 om 13:01 uur op de Broekdalerbaan in Beek en Donk met het voertuig met het kenteken [kenteken] .

2. De gemachtigde voert aan dat de ambtenaar tegenstrijdig verklaart op het punt van het achterwege laten van staandehouding. Eerst is verklaard dat staandehouding in verband met corona niet mogelijk was. Later, naar aanleiding van een sturend geformuleerde vraag van de officier van justitie, verklaart de ambtenaar opeens dat sprake was van verkeersdrukte. Nog daargelaten dat in twijfel kan worden getrokken hoe druk het kon zijn rond het middaguur op een woensdag ten tijde van coronamaatregelen (zoals het thuiswerkadvies), is de omslag in de verklaringen opmerkelijk te noemen. Indien het hof tot de conclusie komt dat er geen reële mogelijkheid tot staandehouding was...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT