Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 23 de Junio de 2010

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak23 de Junio de 2010
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Familiesector

Uitspraak : 23 juni 2010

Zaaknummer : 200.062.948.01

Rekestnr. rechtbank : JE RK 10-305

[de minderjarige],

wonende te [woonplaats], thans verblijvende te [verblijfplaats],

verzoekster in hoger beroep,

hierna te noemen: de minderjarige,

advocaat mr. A.C.H. Walkate te ‘s-Gravenhage,

tegen

Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden,

vestiging Den Haag Centrum/Scheveningen,

kantoorhoudende te ’s-Gravenhage,

hierna te noemen: Jeugdzorg.

Als belanghebbende zijn aangemerkt:

  1. [de vader],

    wonende te ‘s-Gravenhage,

    hierna te noemen: de vader,

  2. [de moeder],

    wonende te [woonplaats],

    hierna te noemen: de moeder.

    In zijn hoedanigheid als omschreven in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke

    Rechtsvordering is in de procedure gekend:

    de raad voor de kinderbescherming,

    kantoorhoudende te ’s-Gravenhage,

    hierna te noemen: de raad.

    PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

    De minderjarige is op 15 april 2010 in hoger beroep gekomen van de beschikkingen van 5 februari 2010 en 2 maart 2010 van de kinderrechter in de rechtbank ‘s-Gravenhage.

    Jeugdzorg heeft op 18 mei 2010 een verweerschrift ingediend.

    Van de zijde van de minderjarige zijn bij het hof op 4 mei 2010 aanvullende stukken ingekomen.

    De raad heeft het hof bij brief van 3 mei 2010 laten weten niet ter terechtzitting te zullen verschijnen. Bij die brief heeft de raad voorts het raadsrapport van 26 oktober 2009 aan het hof doen toekomen.

    Op 2 juni 2010 is de zaak mondeling behandeld. Verschenen zijn: de minderjarige, bijgestaan door haar advocaat en onder begeleiding van de heer [naam begeleider], namens Jeugdzorg: de heer O.R. Nijhof en mevrouw D.N. van Bergen van der Grijp, en de vader en de moeder. De aanwezigen hebben het woord gevoerd.

    De advocaat van de wederpartij heeft het beroep voorzover ingesteld tegen de beschikking van 5 februari 2010 ter terechtzitting ingetrokken.

    HET PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN

    Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de bestreden beschikking. Bij die beschikking is Jeugdzorg gemachtigd om de minderjarige gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg zoals bedoeld in artikel 29b, eerste lid van de Wet op de Jeugdzorg (Wjz), van 4 maart 2010 tot 1 augustus 2010, zulks ter effectuering van het indicatiebesluit van 25 februari 2010. Het meer of anders verzochte is afgewezen.

    Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daar in hoger beroep geen grief tegen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT