Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 3 de Noviembre de 2010

Datum uitspraak 3 de Noviembre de 2010
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

09/1020 WAZ

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[appellant], wonende te [woonplaats] (hierna: appellant),

tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 5 januari 2009, 08/992 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellant

en

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).

Datum uitspraak: 3 november 2010

  1. PROCESVERLOOP

    Namens appellant heeft mr. G.J.A.M. Gloudi, advocaat te Lelystad, hoger beroep ingesteld.

    Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

    Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 september 2010. Appellant is verschenen, bijgestaan door mr. Gloudi. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. A.H. Rebel.

  2. OVERWEGINGEN

    1.1. Bij besluit van 1 augustus 2005 heeft het Uwv de uitkering van appellant ingevolge de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) met ingang van 2 oktober 2005 ingetrokken. Het hiertegen gerichte bezwaar van 23 mei 2006 is bij besluit op bezwaar van 29 augustus 2006 niet-ontvankelijk verklaard. Appellant heeft hiertegen geen rechtsmiddel aangewend, zodat het besluit van 1 augustus 2005 in rechte onaantastbaar is geworden.

    1.2. Het Uwv heeft na 1 augustus 2005 naar aanleiding van diverse daartoe strekkende verzoeken van appellant, meerdere keren geweigerd om het besluit van 1 augustus 2005 te herzien. Laatstelijk deed het Uwv dit bij besluit van 27 april 2006.

    1.3. Bij uitspraak van 2 maart 2007 (LJN AZ9652) heeft de Raad geoordeeld dat de maximering van de urenomvang van de maatman bij de berekening van de resterende verdiencapaciteit op 38 uur per week, zoals opgenomen in artikel 9, aanhef en onder b, en artikel 10, eerste lid, onder a, van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (zoals vastgesteld op 18 augustus 2004 en in werking getreden op 1 oktober 2004; Stb. 2004, 434), verbindende kracht mist.

    1.4. Naar aanleiding van deze uitspraak van de Raad is het Uwv overgegaan tot herberekening van de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant. Op basis van deze herberekening heeft het Uwv bij besluit van 12 februari 2008 aan appellant te kennen gegeven dat hij vanaf 2 maart 2007 geen uitkering krijgt ingevolge de WAZ. Uitgaande van zijn situatie per 2 oktober 2005, bedraagt de mate van zijn arbeidsongeschiktheid volgens het Uwv ook bij een berekening waarbij is uitgegaan van het volledige aantal van 50 uren per week dat appellant in zijn maatmanarbeid...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT