Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 31 de Marzo de 2011

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak31 de Marzo de 2011
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Nevenzittingsplaats Arnhem

Sector civiel recht

zaaknummer 200.082.929

(zaaknummer rechtbank: 11/29 F)

arrest van de eerste civiele kamer van 31 maart 2011

inzake

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Brandblok B.V.,

statutair gevestigd te Utrecht,

appellante, verder te noemen: Brandblok B.V.,

advocaat: mr. F. Duygu,

en

  1. de stichting Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek,

    gevestigd te Rijswijk (ZH),

  2. de stichting Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf,

    gevestigd te Rijswijk (ZH),

  3. de stichting Stichting Motor- en het Tweewielerbedrijf,

    statutair gevestigd te Bunnik en kantoorhoudende te Rijswijk (ZH),

  4. de naamloze vennootschap N.V. Schadeverzekering Metaal en Technische Bedrijfstakken,

    gevestigd te Rijswijk (ZH),

    verder te noemen: aanvragers,

    advocaat: mr. A.M. van Heest.

  5. Het geding in eerste aanleg

    1.1 Bij verstekvonnis van de rechtbank Utrecht van 18 januari 2011 is Brandblok B.V. op verzoek van de hiervoor genoemde aanvragers in staat van faillissement verklaard. Hierbij is tot rechter-commissaris benoemd mr. C.M. Dijksterhuis en tot curator aangesteld mr. R. Dufour (verder: de curator).

    1.2 Bij vonnis van 15 februari 2011 is het verzet van Brandblok B.V. tegen de faillietverklaring ongegrond verklaard.

    1.3 Het hof verwijst naar voornoemd vonnissen, die in fotokopie aan dit arrest zijn gehecht.

  6. Het geding in hoger beroep

    2.1 Bij ter griffie van het hof op 22 februari 2011 ingekomen verzoekschrift is Brandblok B.V. in hoger beroep gekomen van voornoemd vonnis en heeft zij het hof verzocht het vonnis van 15 februari 2011 te vernietigen.

    2.2 Het hof heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de daarbij behorende stukken, alsmede van de brieven met bijlagen van 3 maart 2011 en 16 maart 2011 van mr. Duygu, de brief met bijlagen van 16 maart 2011 van mr. van Heest, de brief met bijlagen van 15 maart 2011 van de curator, en van het ter mondelinge behandeling door mr. Duygu overgelegde proces-verbaal van de mondelinge behandeling bij de rechtbank Utrecht.

    2.3 De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 17 maart 2011, waarbij Brandblok B.V. is vertegenwoordigd door mr. Duygu en mr. R. Slotboom, advocaten te Rotterdam en namens de aanvragers mr. van Heest, eveneens advocaat te Rotterdam. Voorts is de curator verschenen.

    2.4 Na de mondelinge behandeling is met toestemming van het hof ter griffie van het hof ingekomen een brief van 28 maart 2011 met als bijlage het salarisvoorstel van de curator. Deze brief met bijlage is ter informatie aan partijen toegezonden.

  7. De motivering van de beslissing in hoger beroep

    3.1 Nu niet is gesteld of gebleken dat het centrum van de voornaamste belangen van Brandblok B.V. zich in een andere lidstaat bevindt dan die waarin de plaats van de statutaire zetel is gelegen, gaat het hof op grond van het bepaalde in artikel 3 van de EU Insolventieverordening uit van de bevoegdheid van de Nederlandse rechter.

    3.2 Op grond van artikel 2:19 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek houdt een rechtspersoon, indien hij op het tijdstip van zijn ontbinding geen baten meer heeft, op te bestaan. Indien een schuldeiser, stellende dat een rechtspersoon nog baten heeft...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT