Hoger beroep van Court of Appeal of Arnhem (Netherlands), 3 de Mayo de 2011
Spreker | gepubliceerd |
Datum uitspraak | 3 de Mayo de 2011 |
Uitgevende instantie: | Court of Appeal of Arnhem (Netherlands) |
GERECHTSHOF ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.073.228
(zaaknummer rechtbank 640638)
arrest van de vijfde civiele kamer van 3 mei 2011 (bij vervroeging)
inzake
[appellant],
wonende te [woonplaats],
appellant,
advocaat: mr. L.G.U. Compri,
tegen:
[geïntimeerde], h.o.d.n. [...],
wonende en zaakdoende te [woonplaats],
geïntimeerde,
advocaat: mr. M. Snel- de Kroon.
-
Het geding in eerste aanleg
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van het vonnis van 7 mei 2010 dat de rechtbank Arnhem, sector kanton, locatie Nijmegen (hierna: de kantonrechter) tussen appellant (hierna ook te noemen: [appellant]) als eiser en geïntimeerde (hierna ook te noemen: [geïntimeerde]) als gedaagde heeft gewezen; van dat vonnis is een fotokopie aan dit arrest gehecht.
-
Het geding in hoger beroep
2.1 Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep d.d. 3 augustus 2010, hersteld bij exploten van 31 augustus en van 6 september 2010 ,
- de memorie van grieven,
- de memorie van antwoord.
-
De grieven
3.1 [appellant] heeft de volgende grieven aangevoerd.
Grief I: De kantonrechter heeft de vordering van € 4.500,- ten onrechte afgewezen. Gelet op het door [appellant] hierbij overgelegde bewijs van eigendom, zijnde de factuur van de betreffende auto (productie 1), is [appellant] wel degelijk aan te merken als de rechtmatige eigenaar van de betreffende auto.
Grief II: Nu hiermee voldoende aannemelijk is gemaakt dat [appellant] als rechtmatige eigenaar van de auto is aan te merken, heeft hij aldus wel degelijk schade geleden ten gevolge van de onderverzekering welke te wijten is aan [geïntimeerde]. Er is sprake van toerekenbare tekortkoming in de nakoming aan de zijde van [geïntimeerde], van het contract van dienstverlening tussen [geïntimeerde] en [appellant]. [geïntimeerde] is aldus aansprakelijk voor de schade op grond van artikel 6:74 jo 6:98 BW.
-
De vaststaande feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist, staan vast de door de kantonrechter vastgestelde feiten.
-
De motivering van de beslissing in hoger beroep
5.1 De zaak gaat over het volgende. [appellant] heeft in september 2007 een autoverzekering bij Fortis ASR afgesloten voor zijn Volkswagen met kenteken [...].
In opdracht van [appellant] heeft [geïntimeerde] nadien bij Fortis ASR een wijziging van de auto voor deze polis doorgevoerd. De verzekerde auto is gewijzigd in een Volkswagen Golf met kenteken [....] (hierna: de auto). Op het polisblad is vermeld dat de auto casco beperkt verzekerd is tegen een bedrag van € 5.000,-. De auto is op 31 januari 2009 gestolen.
Op 2 februari 2009 is hiervan bij de regiopolitie Gelderland-Zuid een proces-verbaal van afgifte opgemaakt waarin als aangever/benadeelde vermeld is: ‘[A.]’. In een verklaring ter zake diefstal voertuig bij CED Forensic heeft [appellant] als eigenaar vermeld ‘[A.] [geboortedatum]’. De waarde van de vermiste VW Golf is vastgesteld op een bedrag van € 9.500,-. Bij brief van 8 april 2009 laat Fortis ASR aan [geïntimeerde] weten dat in verband met het verzekerd bedrag van € 5.000, de schade-uitkering tot deze verzekerde som is gemaximeerd en rekening houdende met eigen risico een bedrag van € 4.850,- rechtstreeks aan verzekerde is overgemaakt. [appellant] verwijt [geïntimeerde] de onderverzekering van de auto en stelt, kort samengevat, dat sprake is van een beroepsfout als assurantietussenpersoon nu [geïntimeerde] hem op deze onderverzekering had moeten wijzen. Op grond van wanprestatie/onrechtmatige daad is [geïntimeerde] aansprakelijk voor de schade ten belope van het...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT