Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, 14 de Septiembre de 2011

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak14 de Septiembre de 2011
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Gravenhage

vonnis

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector civiel recht

Vonnis van 14 september 2011 in het exhibitie-incident en in de hoofdzaak

in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 337050 / HA ZA 09-1580 van

  1. [eiser 1],

    wonende te [woonplaats], Nigeria,

  2. de vereniging met rechtspersoonlijkheid VERENIGING MILIEUDEFENSIE,

    gevestigd te Amsterdam,

    eisers in de hoofdzaak, eisers in het incident,

    zaakadvocaat: mr. M.J.G. Uiterwaal,

    procesadvocaat: mr. W.P. den Hertog,

    tegen

  3. de rechtspersoon naar buitenlands recht ROYAL DUTCH SHELL PLC,

    gevestigd te Londen, Verenigd Koninkrijk, maar kantoorhoudende te Den Haag,

  4. de rechtspersoon naar buitenlands recht SHELL PETROLEUM DEVELOPMENT COMPANY OF NIGERIA LTD.,

    gevestigd te Port Harcourt, Rivers State, Nigeria,

    gedaagden in de hoofdzaak, verweersters in het incident,

    advocaat: mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk.

    De rechtbank zal de procespartijen hierna noemen "[eiser 1]", "Milieudefensie", "RDS" en "SPDC". [eiser 1] en Milieudefensie zullen gezamenlijk ook worden aangeduid als "[eisers c.s.]"; RDS en SPDC gezamenlijk als "Shell c.s.".

  5. De procedure

    1.1.Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het vonnis in het bevoegdheidsincident van 24 februari 2010 en alle daarin genoemde eerdere processtukken met alle producties;

    - het vonnis in het litispendentie-incident van 1 december 2010 en alle daarin genoemde eerdere processtukken met alle producties;

    - de incidentele conclusie ex artikel 843a Rv van [eisers c.s.];

    - de conclusie van antwoord in het incident ex artikel 843a Rv, met producties;

    - de conclusie van repliek in het incident ex artikel 843a Rv;

    - de conclusie van dupliek in het incident ex artikel 843a Rv, met producties.

    1.2.Op 19 mei 2011 heeft in het incident ex artikel 843a Rv een pleidooi plaatsgevonden, ter gelegenheid waarvan partijen (bij akte en nadere akte) nog producties hebben overgelegd. Partijen hebben zich bediend van pleitnotities.

    1.3.Ten slotte is vonnis in het incident bepaald op heden.

  6. De geschillen in de hoofdzaak

    2.1.[eisers c.s.] vorderen bij dagvaarding van 27 april 2009 van 86 bladzijden en met twee mappen met in totaal 82 producties om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

    Ivoor recht te verklaren dat Shell c.s. jegens [eiser 1] op grond van de stellingen in het lichaam van de dagvaarding onrechtmatig hebben gehandeld en jegens hem hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade die [eiser 1] geleden heeft en nog zal lijden als gevolg van deze onrechtmatige gedragingen van Shell c.s., welke schade is op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, een en ander te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;

    IIvoor recht te verklaren dat Shell c.s. jegens Milieudefensie op grond van de stellingen in het lichaam van de dagvaarding onrechtmatig hebben gehandeld en hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade aan het milieu nabij Ikot Ada Udo te Nigeria als gevolg van deze onrechtmatige gedragingen van Shell c.s.;

    IIIShell c.s. te gebieden om binnen twee maanden na betekening van het vonnis, althans binnen een door de rechtbank vast te stellen termijn, aan te vangen met het in overeenstemming brengen van de wellhead nabij Ikot Ada Udo te Nigeria (hierna te noemen: "de wellhead") met de huidige standaarden voor wellheads, en deze werkzaamheden binnen drie maanden na aanvang, althans binnen een door de rechtbank vast te stellen termijn, te voltooien;

    IVShell c.s. te gebieden om binnen twee weken na betekening van het vonnis aan te vangen met de sanering van de vervuiling als gevolg van de olielekkages, opdat deze zal voldoen aan de internationale en plaatselijke geldende milieunormen, en deze sanering binnen één maand na aanvang te voltooien, ten bewijze waarvan Shell c.s. binnen één maand na voltooiing van de sanering aan [eisers c.s.] een door een panel van drie deskundigen op te stellen unanieme verklaring van sanering over zullen leggen, welke deskundigen zullen worden benoemd binnen twee weken na het vonnis zodanig dat één deskundige door Shell c.s. gezamenlijk, één door Milieudefensie en één door de twee aldus aangewezen deskundigen wordt benoemd, althans binnen door de rechtbank vast te stellen termijnen en op een door de rechtbank vast te stellen wijze van bewijs van de sanering;

    VShell c.s. te gebieden om binnen twee weken na betekening van het vonnis aan te vangen met het zuiveren van de waterbronnen in en nabij Ikot Ada Udo en deze zuivering binnen één maand na aanvang te voltooien, ten bewijze waarvan Shell c.s. binnen één maand na voltooiing van de sanering aan [eisers c.s.] een door een panel van drie deskundigen op te stellen unanieme verklaring van zuivering over zullen leggen, welke deskundigen zullen worden benoemd binnen twee weken na het vonnis, zodanig dat één deskundige door Shell c.s. gezamenlijk, één door Milieudefensie en één door de twee aldus aangewezen deskundigen wordt benoemd, althans binnen door de rechtbank vast te stellen termijnen en op een door de rechtbank vast te stellen wijze van bewijs van de zuivering;

    VIShell c.s. te gebieden de wellhead na de aanpassingen aan de huidige standaarden in goede staat te behouden, overeenkomstig de "good oil field practices", waaronder tenminste wordt verstaan het voldoen aan de verplichte inspecties van de wellhead, het opstellen dan wel in stand houden van een adequaat systeem van inspectie en het overeenkomstig daarmee zorgvuldig handelen; Shell c.s. te gebieden van deze inspecties telkens binnen twee weken nadat deze hebben plaatsgevonden schriftelijk verslag aan [eisers c.s.] over te leggen;

    VIIShell c.s. te bevelen een adequaat plan voor reactie op olielekkages te implementeren in Nigeria en ervoor zorg te dragen dat aan alle voorwaarden is voldaan voor een tijdige en adequate reactie voor het geval zich opnieuw een olielekkage nabij Ikot Ada Udo voordoet; hieronder verstaan [eisers c.s.] in ieder geval het beschikbaar stellen van voldoende materiaal en middelen - ten bewijze waarvan Shell c.s. overzichten aan [eisers c.s.] zullen verstrekken - teneinde de schade van een potentiële olielekkage zoveel mogelijk te beperken;

    VIIIShell c.s. te bevelen om aan [eisers c.s.] een dwangsom van € 100.000,- te betalen (of een ander door de rechter in goede justitie te bepalen bedrag) voor elke keer dat Shell c.s. ieder voor zich of gezamenlijk handelen in strijd met de onder III, IV, V en/of VI bedoelde geboden;

    IXShell c.s. hoofdelijk te veroordelen tot vergoeding van de buitengerechtelijke kosten;

    XShell c.s. te veroordelen in de kosten van dit geding, althans de kosten van partijen te compenseren.

    2.2.Aan de tien vorderingen in de hoofdzaak leggen [eisers c.s.] in dit stadium van de procedure - samengevat - het volgende ten grondslag. In 1958 heeft de rechtsvoorganger van SPDC een oliebron genaamd Ibibio-I - gelegen nabij Ikot Ada Udo, Akwa Ibom State te Nigeria - aangeboord en afgedicht met een zogenaamde "wellhead" (hierna: de wellhead). Een wellhead is een installatie die een niet aan een pijpleiding gekoppelde oliebron afsluit. De wellhead bestaat uit een bovengronds en een ondergronds gedeelte. Vanaf 1996 is van tijd tot tijd enige olie gelekt uit de wellhead; de lekkages hebben vanaf augustus 2006 ernstiger vormen aangenomen. De meest ernstige lekkage heeft plaatsgevonden eind juli 2007, waarbij de lekkage heeft voortgeduurd tot 7 november 2007. Als gevolg van de olielekkages heeft [eiser 1] (materiële en immateriële) schade geleden. De visvijvers en landbouwgrond van [eiser 1] zijn sindsdien onbruikbaar geworden, evenals visvijvers van familieleden van [eiser 1], die hij beheerde en waaruit hij inkomsten genoot. Bovendien lijdt [eiser 1] (potentieel) gezondheidsschade als gevolg van de vervuiling van de bodem en het drinkwater. De olielekkages hebben het milieu in een groot gebied nabij Ikot Ada Udo aangetast. SPDC heeft als eigenaar en/of vergunninghouder en/of 'operator' van de wellhead onrechtmatig gehandeld jegens [eisers c.s.] omdat zij in strijd heeft gehandeld met de op haar rustende zorgplicht. SPDC heeft haar zorgplicht in de eerste plaats geschonden, omdat zij er niet voor heeft zorg gedragen dat de wellhead aan de huidige standaarden voldoet, deze niet grondig heeft onderhouden en deze evenmin tegen lekkages dan wel sabotage...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT