Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Groningen, 28 de Julio de 2004

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak28 de Julio de 2004
Uitgevende instantie:Rechtbank Groningen

RECHTBANK GRONINGEN

SECTOR CIVIEL RECHT

MEERVOUDIGE KAMER

Reg.nr.: 67563 HA ZA 03-635

Datum uitspraak:

V O N N I S

in de zaak van:

Dexia Bank Nederland N.V,

gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,

e i s e r e s in de hoofdzaak,

v e r w e e r s t e r in het incident,

verder te noemen Dexia,

procureur mr. M.H. Heeg,

advocaat mr. H. Post

en

[g[gedaagde],

wonende te [woonplaats],

g e d a a g d e in de hoofdzaak,

e i s e r in het incident,

verder te noemen [gedaagde],

procureur mr. M.J. Blokzijl.

PROCESVERLOOP

Dexia heeft op de bij dagvaarding geformuleerde gronden, onder overlegging van producties, gevorderd, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen om aan haar tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van ? 12.498,65, vermeerderd met de contractuele rente van 0,96 % per maand, althans de wettelijke rente, over ? 11.042,97 vanaf 16 augustus 2003 tot de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van de procedure.

[gedaagde] heeft de exceptie van onbevoegdheid opgeworpen en gevorderd dat de rechtbank, sector civiel, zich onbevoegd verklaart van het onderhavige geschil kennis te nemen en de zaak verwijst naar de sector kanton van de rechtbank.

Dexia heeft bij conclusie van antwoord in het incident geconcludeerd [gedaagde] in zijn incidentele vordering niet-ontvankelijk te verklaren, althans hem deze te ontzeggen, met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van het incident.

Partijen hebben vervolgens vonnis gevraagd.

RECHTSOVERWEGINGEN

IN HET INCIDENT

Vaststaande feiten

  1. Dexia is rechtsopvolgster van Bank Labouchere N.V., welke destijds handelde onder de naam Legio-Lease. Waar bepalingen uit de overeenkomsten, dan wel de bijzondere voorwaarden worden geciteerd, dient voor "Bank Labouchere N.V.", "de Bank" en "Legio Lease" te worden gelezen: "Dexia", voor "lessee": "[gedaagde]" en voor "waarden": "aandelen".

  2. [gedaagde] en Dexia hebben op 3 maart 2000 een effectenlease-overeenkomst gesloten onder de naam WinstVerDriedubbelaar. De overeenkomst is aangegaan voor een periode van 36 maanden.

    [gedaagde] heeft van Dexia aandelen ABN-AMRO, AHOLD en ING geleasd. De aandelen zijn op 3 verschillende tijdstippen aangekocht voor een bedrag van totaal ? 19.451,52.

    Partijen zijn een rente van 0,96% per maand overeen gekomen, waardoor de totaal te betalen rente tijdens de looptijd van de overeenkomst ? 4.081,32 bedraagt. De totale leasesom komt daardoor op ? 23.532,84.

  3. Met betrekking tot de betaling van de leasesom zijn partijen in artikel 3 van de overeenkomst het volgende overeengekomen.

    "De lease-som bedraagt:

    1. Het totaal van 36 gelijke termijnen van zegge: f. 249,83 (? 113,37)

      ........

    2. Een bedrag van f. 100,-; ... op of omstreeks de 35e maand.

    3. Aan het einde van de lease-overeenkomst het restant van zegge: f. 42.765,51 (? 19.406,14)

      ......

      Dit restant wordt in principe verrekend met de verkoopopbrengst van de waarden".

  4. In artikel 5 van de overeenkomst is met betrekking tot de eigendomsoverdracht van de aandelen de volgende opschortende voorwaarde opgenomen:

    Zodra lessee al datgene aan Legio-Lease heeft betaald wat hij haar krachtens deze lease overeenkomst en de daarbij behorende Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease verschuldigd is of zal worden, is lessee automatisch en van rechtswege eigenaar van de waarden geworden.

  5. Van de overeenkomst maken deel uit de Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease (verder de bijzondere voorwaarden). Daarvan zijn de volgende bepalingen van belang:

    Artikel 2

    Legio Lease en lessee komen overeen dat het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT