Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Utrecht, 1 de Agosto de 2007

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 1 de Agosto de 2007
Uitgevende instantie:Rechtbank Utrecht

vonnis

RECHTBANK UTRECHT

Sector handels- en familierecht

zaaknummer / rolnummer: 206574 / HA ZA 06-101

Vonnis van 1 augustus 2007

in de zaak van

[de man],

wonende te [woonplaats],

eiser in conventie,

verweerder in reconventie,

procureur: mr. I.M. Jebbink,

tegen

[de vrouw],

wonende te [woonplaats],

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

procureur: mr. I.P.M. Boelens.

Partijen zullen hierna [de man] respectievelijk [de vrouw] genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende processtukken:

    - het tussenvonnis van 7 maart 2007;

    - de akte na tussenvonnis tevens inbrengen productie aan de zijde van [de vrouw];

    - de antwoordakte aan de zijde van [de man];

    1.2. Partijen hebben vervolgens vonnis gevraagd.

  2. De verdere beoordeling

    in conventie en in reconventie

    2.1. De vorderingen in conventie en reconventie strekken over en weer tot verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap en lenen zich voor een gezamenlijke behandeling.

    2.2. [de man] heeft zich bij akte van 15 november 2006 op het standpunt gesteld dat [de vrouw] niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vermeerdering c.q. wijziging van haar eis in reconventie, aangezien de wijziging op een ontijdig moment is gedaan en hij in zijn procespositie wordt geschaad. De rechtbank is van oordeel dat dit betoog van Van Velen niet slaagt. Ingevolge artikel 130 Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) is, zolang de rechter geen eindvonnis heeft gewe¨zen, de eisende partij bevoegd zijn eis te veranderen. Zonder nadere onderbouwing, die ontbreekt, kan niet worden gezegd dat in dit geval de eis¨verandering in strijd met de goede procesorde is of anderszins aan [de vrouw] dient te wor¨den ontzegd. De rechtbank zal der¨halve recht doen op de eis in reconventie zoals die thans luidt.

    2.3. Partijen zijn het erover eens dat de te verdelen gemeenschap de navolgende

    boedelbestanddelen bevat:

    a. de lijfsgoederen, kleding en sieraden;

    b. de inboedelgoederen;

    c. de auto van het merk Honda, type Civic met het kenteken [kenteken] (hierna: de auto);

    d. de (voor)huwelijkse schulden.

    Verder hebben partijen een aantal verrekenposten opgevoerd.

    Ad a. lijfsgoederen, kleding en sieraden

    2.4. Partijen zijn het er over eens dat aan ieder van hen - zonder nadere verrekening -wordt toegescheiden de eigen lijfsgoederen, kleding en sieraden, zodat de rechtbank hierover geen beslissing meer behoeft te geven.

    Ad b. Inboedelgoederen

    2.5. Partijen hebben tijdens de comparitie overeenstemming bereikt

    omtrent de verdeling van de inboedelgoederen. De verdeling zal - zonder...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT