Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Middelburg, 28 de Marzo de 2012
Spreker | gepubliceerd |
Datum uitspraak | 28 de Marzo de 2012 |
Uitgevende instantie: | Rechtbank Middelburg |
vonnis
RECHTBANK MIDDELBURG
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 80131 / HA ZA 11-364
Vonnis van 28 maart 2012
in de zaak van
[eiseres],
wonende te Krabbendijke, gemeente Reimerswaal,
eiseres,
advocaat mr. V.J.C. Pieters te Goes,
tegen
[gedaagde],
wonende te Wemeldinge, gemeente Kapelle,
gedaagde,
advocaat mr. J.J.J. Jansen te Kapelle.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] worden genoemd.
-
De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 7 december 2011,
- het proces-verbaal van comparitie van 9 februari 2012.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
-
De feiten
Partijen zijn op [datum] 1965 met elkaar in gemeenschap van goederen gehuwd. Bij vonnis van de rechtbank Rotterdam van 8 januari 1990 is in het huwelijk van partijen de echtscheiding uitgesproken. Daarbij is [eiseres] veroordeeld om met [gedaagde] over te gaan tot scheiding en deling van de huwelijksgoederengemeenschap. Het vonnis is op [datum] 1991 ingeschreven in de registers van de gemeente Rotterdam. [gedaagde] heeft tijdens het huwelijk pensioen opgebouwd. Hij heeft in februari 2008 de pensioengerechtigde leeftijd bereikt.
-
Het geschil
3.1. [eiseres] vordert, samengevat, de verdeling van het door [gedaagde] opgebouwde nabestaanden- en ouderdomspensioen met veroordeling van [gedaagde] om aan de uitvoering hiervan mee te werken en tot betaling van de deswege verschuldigde gelden over te gaan, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2. [eiseres] grondt haar vordering op het arrest van de Hoge Raad van 27 november 1981, NJ 1982, 503 (Boon/Van Loon-arrest). Zij stelt dat partijen nimmer afspraken hebben gemaakt over de verdeling van de tijdens het huwelijk opgebouwde pensioenrechten en vordert alsnog verdeling hiervan.
[eiseres] betwist de stelling van [gedaagde] dat de gemeenschap volledig is verdeeld.
Voorts is volgens [eiseres] geen sprake van verjaring. Primair stelt zij zich op het standpunt dat het gaat om een verdelingsvordering, die volgens haar niet verjaart.
Subsidiair, indien wel een mogelijkheid tot verjaring bestaat, voert [eiseres] aan dat de verjaring is gestuit nu [gedaagde] op 23 december 2010 door haar raadsvrouw is aangeschreven.
3.3. [gedaagde] voert primair het verweer dat de huwelijksgoederengemeenschap na het
uiteengaan van partijen volledig is verdeeld, zodat er thans geen ruimte meer is voor verdeling van de pensioenrechten.
Subsidiair stelt [gedaagde] zich op het standpunt dat de vordering van...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT