Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Almelo, 4 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 4 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Almelo

Rechtbank Almelo

Sector strafrecht

Parketnummer: 08/700527-12

Datum vonnis: 4 december 2012.

Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo tegen:

[Verdachte],

geboren op [datum] in [plaats],

nu verblijvende in PI Overijssel, HvB De Karelskamp

te Almelo, Bornsestraat 333.

  1. Het onderzoek op de terechtzitting

    Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 20 november 2012. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier

    van justitie mr. Y. Cenik en van hetgeen door de verdachte en diens raadsvrouw

    mr. P.M Breukink, advocaat te Arnhem, naar voren is gebracht.

    De benadeelde partij, [slachtoffer 1], was op de zitting aanwezig.

    Zij heeft gebruik gemaakt van haar spreekrecht en haar verklaring in schrift overgelegd. Zij heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om haar civiele vordering nader toe te lichten.

    De voorzitter heeft de slachtofferverklaring van aangever [slachtoffer 2] voorgelezen.

  2. De tenlastelegging

    De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer:

    Feit 1: dat verdachte op of omstreeks 18 augustus 2012 door met bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen geld af te geven.

    Feit 2: dat verdachte op 1 september 2012 door bedreiging met geweld geld van [slachtoffer 2] heeft gestolen.

    Feit 3: dat verdachte op of omstreeks 18 augustus 2012 een op een vuurwapen gelijkend voorwerp voorhanden heeft gehad en

    Feit 4: dat verdachte op 27 augustus 2012 een fiets heeft gestolen.

    Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:

  3. hij op of omstreeks 18 augustus 2012 in de gemeente Enschede

    met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door

    geweld en/of bedreiging met geweld een medewerkster van een cafetaria aan het

    G.J. van Heekplein, genaamd [slachtoffer 1], heeft gedwongen tot de afgifte van

    een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan Toons Snelbuffet en/of

    [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,

    welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte

    tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd/geroegen: "He, ben jij wel eens overvallen"

    en/of (daarbij/vervolgens) een pistool, althans een op een (vuur)wapen

    gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 1] heeft gericht (gehouden);

    art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht

  4. hij op of omstreeks 1 september 2012 in de gemeente Enschede

    op/aan de openbare weg, de Wethouder Nijhuisstraat,

    met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een

    geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,

    welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld

    en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die

    diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping

    op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit

    van het gestolene te verzekeren,

    welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat

    verdachte een pistool, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp op

    die [slachtoffer 2] heeft gericht (gehouden);

    art 310 Wetboek van Strafrecht

    art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht

  5. hij op of omstreeks 18 augustus 2012 te Enschede een wapen van categorie I

    onder 7°, te weten een balletjespistool (sof airgun), zijnde een voorwerp dat

    voor wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde

    met een vuurwapen (namelijk een pistool van het merk sig Sauer, model P228)

    en/of met een voor ontploffing bestemd voorwerp voorhanden heeft gehad;

    De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover

    daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde

    betekenis te zijn gebezigd;

    art 13 lid 1 Wet wapens en munitie

  6. hij op of omstreeks 27 augustus 2012 te Enschede met het oogmerk van

    wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een gazelle (dames)fiets (merk

    Davos), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;

    art 310 Wetboek van Strafrecht

  7. De vordering van de officier van justitie

    De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het sub 1, sub 2, sub 3 en sub 4 tenlastegelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaren, met aftrek van het voorarrest,

    met toewijzing van de civiele vordering van:

    - de benadeelde partij [slachtoffer 4] tot een bedrag van € 30,00, te vermeerderen met de wettelijke rente,oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en afwijzing van het overige,

    - de benadeelde partij [slachtoffer 2] tot een bedrag van € 1.981,23, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel,

    - de benadeelde partij [slachtoffer 1] van een bedrag van €1.773,00, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel,

    - de benadeelde partij Toon’s Snelbuffet van een bedrag van € 771,60, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

  8. De voorvragen

    De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennis-neming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in haar vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

  9. De beoordeling van het bewijs

    Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of de tenlastegelegde feiten bewezenverklaard kunnen worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte de feiten heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.

    5.1 De standpunten van de officier van justitie

    De officier van justitie heeft, gelet op de bekennende verklaring van verdachte bij de politie en ter terechtzitting van de rechtbank in samenhang met de overige bewijsmiddelen in het dossier gerequireerd tot een bewezenverklaring van de sub 1, sub 2, sub 3 en sub 4 tenlastegelegde feiten. Zij heeft gevorderd dat aan verdachte daarvoor een gevangenisstraf van vier jaren, met aftrek van het voorarrest, zal worden opgelegd,

    met toewijzing van de civiele vorderingen als hiervoor weergegeven.

    5.2 De standpunten van de verdediging

    De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de tenlastegelegde feiten bewezenverklaard kunnen worden. Zij heeft betoogd dat aan verdachte ter zake van de bewezenverklaarde feiten een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van niet meer dan 3 jaren opgelegd zou moeten worden, zodat verdachte na de voorwaardelijke invrijheidstelling aan een behandeling voor zijn verslavingsprobleem kan beginnen. Met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en Toon’s Snelbuffet heeft zij het standpunt ingenomen dat die vorderingen integraal kunnen worden toegewezen; de vordering van [slachtoffer 2] kan slechts worden toegewezen tot een bedrag van € 1.613,23 en de benadeelde partij [slachtoffer 4] dient volgens de raadsvrouw niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar vordering nu die vordering onvoldoende onderbouwd is.

    5.3 De bewijsoverwegingen van de rechtbank

    De rechtbank acht, evenals de officier van justitie en de verdediging, de sub 1, sub 2, sub 3 en sub 4 tenlastegelegde feiten wettig en overtuigend bewezen nu verdachte die feiten ter terechtzitting van de rechtbank heeft erkend en er ook overigens voor elk van die feiten voldoende ondersteunend bewijsmateriaal aanwezig is in het dossier..

    5.4 De conclusie

    De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het sub 1, sub 2, sub 3 en sub 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:

  10. hij op 17 augustus 2012 in de gemeente Enschede met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld een medewerkster van een cafetaria aan het G.J. van Heekplein, genaamd [slachtoffer 1], heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag, toebehorende aan Toons Snelbuffet en/of [slachtoffer 3], welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd: "He, ben jij wel eens overvallen" en (daarbij/vervolgens) een op een vuurwapen

    gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 1] heeft gericht (gehouden);

  11. hij op 1 september 2012 in de gemeente Enschede op de openbare weg, de Wethouder Nijhuisstraat, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een

    geldbedrag, toebehorende aan [slachtoffer 2], welke diefstal werd vergezeld en gevolgd van bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op die [slachtoffer 2] heeft gericht (gehouden);

  12. hij op 18 augustus 2012 te Enschede een wapen van categorie I onder 7°, te weten een balletjespistool (sof airgun), zijnde een voorwerp dat voor wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde met een vuurwapen (namelijk een pistool van het merk Sig Sauer, model P228) voorhanden heeft gehad;

  13. hij op 27 augustus 2012 te Enschede met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een Gazelle damesfiets (model Davos), toebehorende aan

    [slachtoffer 4].

    De rechtbank heeft de eventueel in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten in de bewezenverklaring verbeterd...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT